GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Te Sliedrecht, zoo melden

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Te Sliedrecht, zoo melden

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

Amsterdam, 30 Mei 1890.

Te Sliedrecht, zoo melden de politieke bladen, is de quaestie nog niet uit.

Reeds dit zeggen, als gold het een verrassend bericht, toont hoe weinig deze meest Joodsche organen de diepte van deze quaestiën gepeild hebben.

Hoe zou te Sliedrecht, of waar ook, ooit deze quaestie van voor den Christus of tegen den Christus uit kunnen zijn.'

Ja, indien de Christus, naar het ongeloof van de meeste dezer bladen niet leefde, en niet, met alle macht bekleed, in den hemel aan de rechterhand des Vaders zat, d^n gewisselijk, zou riezs quaestie van den Christus evengoed verouderen kunnen als elke andere en reeds lang haar tijd hebben gehad.

Maar nu kan dit niet; eenvoudig omdat de Christus zelf door zijnen Heiligen Geest gedurig menschenharten in geestdrift voor zijn eere ontvonkt, en zoo het schijnbaar gebluschte vuur toch weer telkens uitslaat.

Het heeft onze Libertijnsche landgenooten dan ook niets geholpen, of ze Bilderdijk al gesmaad en getrapt hebben. Reeds nu zijn de namen zijner smaders vergeten, en de naam van Bilderdijk leeft op aller lippen, niet om wat hij persoonlijk was, maar om zijn getuigenis voor den Christus. En of ze den boozen schrijver van de Bezwaren testen den geest der eeuw, onzen eenigen Da Costa, al in den ban deden en uit hun letterkundige synagoog wierpen, en uitkreten als een eclips in onze verlichte eeuw, en rechercheurs bij zijn huis plaatsten, toch klinkt Da Costa's naam nog heel het land door en is zijn te vroeg gestorven Seminarie op de Erwtenmarkt in de Vrije Universiteit machtiger opgestaan.

En wie anders nu schonk zulke mannen van den eersten rang en bond hun ziel voor eeuwig aan Immanuël, dan de HEERE .•" Wie anders dan die God die leeft, en, boven alle wisseling der tijden verheven, keer op keer de fijnberekende plannen der Libertijnen en Moderaten verijdeld heeft, door getuigen voor zijn Naam te verwekken aan wier stem geen smoren is.

Dat smoren heeft men oudtijds beproefd, door hun bloed te vergieten, en zie, hun vergoten bloed heeft geroepen sterker dan hun levende stem ooit kon. En dat smore beproeft onze eeuw door verguizing, smaad en krenking, en toch, de ondervinding leert telkens weer, dat de inhumane personen die zich voor deze beulsofiicie leenden, voorbijgaan, zonder genoemd te worden, en dat juist die smaad en die krenking den invloed van hun slachtoffers heeft verhoogd.

En nu stemmen we toe, dat hierin een mysterie schuilt, want de macht van den Christus op den Troon der eere, kan alleen door het geloof verstaan worden, maar mannen als Bilderdijk en Da Costa zijn dan toch levende figuren in ons midden geweest, en onze tegenstanders konden toch eindelijk zoo verstandig worden, om te erkennen, dat dit onbegrepen mysterie hun telkens den pas afsnijdt.

Vandaar dan ook het kinderachtige van hun poging, om thans een deel van de belijders des Heeren tegen hun broederen uit te spelen.

Ze moesten toch begrijpen, dat er ook bij de belijders des Heeren altoos kaf onder het koren Is, en dat dit kat, of het nu onder ons, of onder onze dissentieerende broederen wordt gevonden, toch niet meerekent, en ten vuregaat. Maar dat omgekeerd de oprechte en gaarne getrouwe belijders des Heeren, ook al rees er thans geschil onder hen, toch ten slotte als één : man tegenover hen ageeren.

Alleen de schoone dienst van Immanuël 1 drijft en bezielt hen en ons; en al ons ' geschil is maar, dat de ééne onder ons meent, dat dt.: '.e dienst ofïjrs vergt en plichten oplegt, waartoe de ander meent nog niet gehouden ie zijn.

Dat dit soms tot zoo tellen strijd leidt, toont slechts hoe ernstig we het beiderzijds met onze heilige roeping nemen. En de uitkomst zal aan de Libertijnen en Moderaten dan ook doen zien, hoe de vrucht van dezen arbeid aan beide zijden, zich ten slotte toch tegen hen keert, al is het ook, dat zij tijdelijk bij de stembus met eenige gestolen stemmen strijken gaan.

Ook te Sliedrecht openbaart zich ditzelfde verschijnsel weer.

De vrienden van de Synode en de N, Rott. Cour. dachten, dat als Lieftinck nu maar in Sliedrecht was, de geest van Lieftinck had getriomfeerd.

Doch nu reeds merken ze hun misre­ Doch kening.

Terstond heeft zich te Sliedrecht, na Lieftincks optreden, een actie tegen den door hem vertolkten geest geopenbaard, en deze actie heeft zich belichaamd in een Vereeniging, die een gebouw laat zetten, en in dit gebouw godsdienstige saamkomsten tegenover den dusgenaamden dienst van Dr. Lieftinck zal doen houden.

Nu staat deze wijze van perzet o, i. niet hoog.

Men behelpt zich zoodoende met een behulpsel. Het is een doekje voor het bloeden, en in zooverre gedeeltelijke zelfmisleïding. Kerkrechtelijk is deze Vereen i-ging zelfs geheel van de wijs.

Immers als Dr. Lieftinck in de door den kerkeraad verordende beurt optreedt, en Ds. Van Oosterzee komt met eenige vrienden in een hulpgebouw saam, dan is de Dienst des Woords in de kerk en houdt hij slechts een particulier conventikel of oefening; waarbij hij noch zijn vrienden zich ooit kunnen losmakan van ds zedelijke verant> 7oordelijkheid voor de monstrueuse Prediking en Sacramentsbediening van dezen wolf in de schaapskooi.

Maar ook zoo is deze actie dan toch een protest, een bewijs dat men niet berust in het voldongen feit.

Hét is nog altoos de oude methode der dusgenaamde Evangelisatie, waarvan het verkeerde lange jaren zelfs niet door de Gereformeerden was ingezien.

Deze broederen zijn dus achterlijk, niet op de hoogte van hun tijd.

Maar met dat al, zitten ze dan toch niet stil.

Ze houden het verzet gaande, en de uitkomst zal toonen, dat de loochening van den Christus te Sliedrecht niet wint, maar in kracht verliest, en dat het besef van wat men den Christus schuldig is, bij zijn belijders allengs zoo meer opwaakt.

Dit nu verheugt ons, en teekent scherp de tegenstelling tusschen het valsch conservatisme en tusschen het opkomen voor den Christus.

De conservatief stribbelt zoolang tegen als hij kan; reiaar geeft de uitkomst hem gelijk, dan berust hij in het voldongen feit, schikt er zich in, en laat er zich door omzetten.

Dat komt omdat een conservatief geen eigen beginsel heeft en „het vuur in de beenderen" niet kent.

Hem drijft niets, hem bezielt niets, hem prikkelt niets. Zoo min op kerkelijk als staatkundig gebied.

Zooals de stroom gaat zoo gaat hij. Met vloed en ebbe op en neder.

Maar zoo zijn de belijders van den Messias niet. Zij hebben een eigen iets. Hen drijft en dringt en perst een macht, die over hun eigen geest heerscht, en die hen ook zonder afspraak, en bij allerlei verschil van inzicht, ja soms onder feilen strijd door, toch aan doet werken op eenzelfde doel.

Vandaar dat een optreden als van Dr. Lieftinck eer prikkelt, dan dat het in slaap wiegt.

Waaruit natuurlijk niet de conclusie mag getrokken, dat men daarom den wolf maar op de schaapskooi los moet laten.

Zouden we het kwade doen opdat het goede er uit voortkome .? Dat zij verre!

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 juni 1890

De Heraut | 4 Pagina's

Te Sliedrecht, zoo melden

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 juni 1890

De Heraut | 4 Pagina's