GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Buitenland.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Buitenland.

10 minuten leestijd Arcering uitzetten

Engeland. De sociale" quaestie in de najaarsvergadering der Congre; jj^tionalistische kerken.

In "de herfstsamenkomst der Congregationalistische kerken is een resolutie aangenomen, aangaande de groote werkstaking in de Engelsche steenkolenmijnen. Deze resolutie verdedigt de stelling: i, »dat de rechten der menschelijkheid altijd moeten gaan voor die van den eigendom", en 2, »dat koninklijke voordeden en winsten uit de mijnen getrokken en verkregen worden, door den arbeid van menschen die werkloonen verdienen welke niet voldoende zijn om voor het onderhoud van henzelven en hunnehuisgezinnea ie zorgen en kennelijk niet bestaanbaar zijn met rechtvaardigheid en broederschap."

Het tiemen van deze resolutie door eene vergadering die zulk een groot deel van de Engdsche Nonconformisten vertegenwoordigt, heeft heel wat beweging veroorzaakt. In de vergadering werd wel uitgesproken, dat men door het aannemen van de bovengenoemde resolutie geen uitspraak wilde doen in een moeilijk economisch vraagstuk, waartoe de kennis en ervaring van een in die zaken practisch en wetenschappelijk ontwikkeld man noodig is — maar men wijst er op, dat logisch uit het aangenomene volgt, dat voortaan een mensch die honger heeft, gerechtigd is om brood te stelen; dat de mijnwerkers dus in hun recht waren toen zij boomgaarden gingen afstroopen en boerderijen berooven van hun pluimvee, en dat een landlooper het recht heeft om een huis dat door spaarzaamheid gebouwd is, binnen te dringen, om onderkomen en voedsel te eischen.

Het komt ons voor dat de eerste stelling der congregationalistische vergadering al zeer onvoorzichtig, ja geheel ondoordacht gesteld is. Ook komt het ons voor dat de tweede stelUng er niet door kan, wanneer men althans in aanmerking neemt, dat in dit jaar de loonen der mijnwerkers, vergeleken met 1888, 40 percent gestegen waren, en de mijneigei; aars 25 percent van die verhooging wilden afnemen, netgeen nog altijd eene verhooging van 15 percent sedert 1888 zou uitgemaakt hebben. De oorspronkelijke resolutie aan de vergadering voorgesteld, bedoelde niets anders, dan sympathie uit te spreken voor het lijden der werkstakers, en aan te dringen op eene wederkeerige goede verstandhouding tusschen werkgevers en werkUeden, Doch Alderman Williams meende dat zulk een resolutie niet ver genoeg ging, en stelde daarom het amendement van boven vermelde strekking voor,

Hoe wijs waren onze Gereformeerde vaderen, toen deze in de kerkenordening bepaalden, dat in kerkelijke vergaderingen alleen kerkelijke zaken mochten behandeld worden. Terecht wijst men er in Engeland dan ook op, dat de najaarsraeeting der Congregationalistische kerken kennelijk hare bevoegdheid te buiten ging, door het aannemen van eene resolutie, die, hoe goed bedoeld, tot gevolgtrekkingen aanleiding geeft, die niet kHOBM mtdewerkaa tet , oplossing van het sociale vraagstuk, maar die ' integendeel geschikt is om de maatschappelijke toestand nog meer verward te maken.

Wel achten wij het de roeping der kerk, om licht te verspreiden omtrent de beginselen in Gods Woord neergelegd, die tot oplossing van den socialen nood kunnen leiden; maar zij doe het dan niet incidenteel, wanneer eene groote dreigende werkstaking plaats heeft; maar principieel, wanneer de gemoederen der strijdende partijen tot bedaren gekomen zijn. Meer licht moet in elk geval op dit gebied ontstoken worden.

Het verwondert ons niet, dat de resolutie der congregationalisten door alle conservatieven in Engeland, niet het minst door de Times, scherp wordt aangevallen.

Frankrijk, Overwinning van het liberalisme op kerkel ij k gebied. De liberale of moderne Franschen, die zich nog tooien met den naam van Gereformeerd, roemen niet weinig in hun vooruitgang in de laatste jaren.

In 1872 zegevierden op de officieele synode de rechtzinnigen, maar toen het er op aan kwam om de op die Synode genomen besluiten ook uit te voeren, belette de regeering het samenkomen van een officieele synode. Het spreekt wel van zelf, dat dit geschiedde door den invloed die moderne predikanten op de regeering wisten uit te oefenen. Daarna wisten de modernen van de regeering gedaan te krijgen dat er te Parijs eene faculteit voor Protestantsche theologie gesticht werd. De toenmalige minister van onderwijs, Waddington, dreef dit door om, naar het heette, de Fransche protestanten schadeloos te stellen voor het verlies van de protestantsche faculteit van Straatsburg. Zeker was men bang, dat, wanneer de aanstaande leeraars der Gereformeerde staatskerk alleen te Montauban zouden op geleid worden, de rechtzinnigen te zeer de overhand zouden krijgen. Jules Ferry sprak bij gelegenheid van het openen der Protestantsche faculteit te Parijs : Gij zijt te Parijs, evenals gij te Straatsburg waart, een gemengde faculteit; d, w, z. dat wij hier ademen in een dampkring van milde vrijzinnigheid en gezonde verdraagzaamheid, en dat deze deur blijft toegesloten voor den sektegeest, dien geest van jaloerschheid en uitsluiting, die een spotbeeld van het Evangelie is. Het Protestantisme gaf ons, in den nieuiveren tijd, het beste voorbeeld van de vrijheid. Ons staatkundig Evangelie is hetzelfde als het uwe. Daarom groet ik uwe faculteit als een vriendschappelijke macht, als een noodzakelijke bondgenoot, die noch de republiek, noch de zaak der vrijheid ooit zal teleurstellen."

Men kan u't deze woorden opmerken, met welke oogmerken de faculteit te Parijs gesticht werd. De geestverwanten dier faculteit roemen er dan ook in, dat zij ten zeerste bijgedragen heeft tot volkomen ontbinding van het oude Calvinisme.

Doch die faculteit van Protestantsche Theologie was nog niet genoeg. Er bestaat te Parijs een Ecole pratique des Hautes-Etudes. De heer Liard, directeur van het openbaar hooger onderwijs, gaf aan die school eene godgeleerde afdeeling, opdat ook daar gelegenheid zou zijn om aan critiek, uitlegkunde en geschiedenis der godsdiensten te doen. De ook in Nederland zoo bekende Albert Réville, en zijn zoon Jean zijn van die instelling de ziel, Roomschen, Protestanten, Joden, ja zelfs een Boedhist geven daar aan de studeerende jongelingschap onderwijs. Die afdeeling is dus een waar parlement van godsdiensten, of beter gezegd afgoderijen.

Sedert 1872 bezit de hberale of moderne partij in de Gereformeerde staatskerk eene organisatie. Alle liberale gemeenten komen in hare afgevaardigden om de drie jaren saam en verkiezen eene delegation, eene soort van synode, van 50 leden. Dit lichaam ondersteunt de armste en kleinste moderne gemeenten.

Deze delegation wist in 1879 van de Fransche regeering te verkrijgen, dat de kerk van Parijs verdeeld werd in acht parochiën, elk met een presbyterium aan het hoofd. De kerk moest zich dit ingrijpen van de overheid in hare zaken laten welgevallen, wilde zij niet van de tractementen, door den Staat uitbetaald, beroofd worden. Tengevolge van de verscheuring van de kerk van Frankrijks hoofdstad, geheel tegen het recht van de kerk in, konden de modernen zegevieren in de parochie die de oratoire, het voornaamste protestantsche kerkgebouw in Parijs, tot bedehuis heeft. Daardoor konden moderne, predikers weder beroepen worden, nadat zij sedert 18 jaren van het dienen van de kerk van Parijs waren uitgesloten.

Zelfs wist de moderne partij te verkrijgen, dat te Montauban een modern hoogleeraar benoemd werd in de persoon van F. Montct. Laat er ons echter bij voegen, dat onderscheidene zich noemend evangelische kerkeraden zich voor de benoeming van den heer Montet verklaard hadden, op grond dat hij een zeer gematigd moderne, op het orthodox af, was.

In 1885 werd door de modernen de Samuel Vincent-school gesticht, tot opleiding van jongdiedin die de liberale gemeenten zullen dienen. Onder het opzicht van den predikant MouUnié worden dertig aanstaande studenten van 14-19 jaren voorbereid voor het volgen van de lessen aan de Hooge school. Die instelling is onlangs opgenomen onder de instellingen van openbaar nut, zeker met het doel om daarvoor geld te ontvangen uit de staatskas.

Onze lezers kunnen uit het bovenstaande zien dat de voornaamste triumfen van het liberale Fransche Protestantisme verkregen zijn, door het ingrijpen van de menschheid in de dingen, die de kerken alleen aangaan. Voorwaar, die triumfen zijn daarmede te duur gekochr.

Volgens ons behoeven de liberalen in Frankrijk zich niet al te veel inspanning te getroosten om het modernisme in de Staatskerk en daarbuiten te propageeren. Want zij die zich orthodox noemen, hebben zich schier zonder uitzondering op de lijn der moderne beginselen geplaatst. Het Calvinisme wordt er niet ontbonden, dit staat niet in de macht der moderne heeren, maar van lieverlede laten de zich noemende Evangelischen stuk voor stuk van de Calvinistische belijdenis los. De Duitsche Theologie van een Ritahl heeft de harten zoo ingenomen, dat onder de predikanten van naam niet een te noemen is, die voor de Gereformeerde belijdenis strijdt of ook maar belijdt

De wijze waarop de Eglise Libre de jongste Encycliek van den Paus bespreekt, doet zien hoever men van het geloof der vaderen is afgedoold ook in de kringen van hen die tuk zijn op de naam van «Evangelisch", Het is den heer H, Droussin niet mogelijk om in dit stuk te waardeeren het vast houden aan de algeheel* inipiratie van het Woord Gods.

Noord-Amerlka. Een theologisch Seminarium van professoren ontbloot. Een Schouwburg in het gebouw der Christel ij ke jongeling s-vereenigingt e-Chicago.

Het Presbyteriaansch Lane Seminarie te Cincinnati is in zijn bestaan bedreigd door het drijven van de z.g. nieuwe school. Twee jaren geleden had deze inrichting tot opleiding van dienaren des Woords voor de Presbyteriaansche kerk nog zes professoren; op het oogenblik bezit zij er niet één meer!

Eerst gevoelde de jeugdige hoogleeraar Craigh zich genoopt heen te gaan, daarna nam de thans overleden professer Evans eene benoeming als theologisch professor aan het Theologisch Seminarium te Bala in Wales aan. Hierop geschiedde het dat de hoogleeraar Smith, na een lang kerkelijk proces op zijde werd gezet, omdat hij een handlanger bleek te zijn van s> de nieuwe school". De Trustees of bestuurders van het Seminarium waren echter allen op de hand van professor Smith, en deze, die onafzelbaar zijn, noodzaakten den voornaamsten tegenstander van Smith, den hoogleeraar W. H. Roberts, om zijn ontslag als hoogleeraar te vragen. Tegelijk nam de hoogleeraar Mr. Giffert een benoeming als professor aan het Unie-Seminarium aan. Nu bleef alleen professor Morris over, die nu president van het Seminarie geworden was en op wien de taak rustte om nieuwe leerkrachten voor de inrichting op te zoeken.

De hoogleeraar Morris trachtte verzoenend en bemiddelend op te treden, en daarom koesterden de vrienden van het Seminarium de hoop, dat alles zich nog ten beste schikken zou, nu de heethoofden weg waren. Doch het is gebleken dat alle pogingen van den overgebleven hoogleeraar om tusschen de twistende partijen vrede te stichten op niets zijn uitgeloopen. Het einde der zaak was, .gelijk altijd in dergelijke gevallen, dat Morris geen der partijen kon bevredigen. Hij zag zich dan ook ten slotte genoodzaakt om ook zijn ontslag te nemen als hoogleeraar, en het bestuur van het Seminarie aan de Trustee's over te laten.

Wat nu het lot zal zijn van het Seminarium, is moeilijk te zeggen. Toen prol. Morris zijn ambt neerlegde, waren er nog slechts drie studenten over I Maar wellicht bezit het Seminarium rijke fondsen en kan het daardoor voorloopig blijven bestaan.

In Chicago is voor eene som van ut)'/ mil-Hoen guldens^ zegge vijf millioen guldens, een gebouw gesticht voor de Christelijke Jongelingsvereenigingen. Er is daarin een badinrichting gemaakt, waarin men kan zwemmen, er is eene remise voor 300 velocipedes aan verbonden, terwijl in de prachtige leeszaal 300 tijdschriften en bladen te vinden zijn. Dit alles moge ons Nederlanders vreemd in de ooren klinken, in beginsel is er geen bezwaar tegen. Maar ergerlijk is het, dat er een schouwburgzaal in dit gebouw is gemaakt, met een tooneel waarop 150 komedianten plaats kunnen vinden. De jongelirgs< rereeniging te Chicago is daarmede, gelijk het ons voorkomt, op den weg om der wereld geheel gelijkvormig te worden.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 24 december 1893

De Heraut | 4 Pagina's

Buitenland.

Bekijk de hele uitgave van zondag 24 december 1893

De Heraut | 4 Pagina's