GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Buitenland.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Buitenland.

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

Engeland. Voorstel tot scheiding van kerk en staat in het Vorstendom Wales.

Maandag voor acht dagen werd in het Engelsch Lagerhuis een wetsvoorstel ingediend tot losmaking der Engelsche Episcopale kerk ; in Wales van de banden, die haar aan den staat verbinden. Het is dit jaar juist een halve eeuw geleden, dat er eene vereeniging werd opgericht om tot verbreking van de banden, die de kerk aan den staat verbinden, te geraken. Ook is er door het parlement een maatregel genomen om de privilegiën der Schotsche staatskerk in te korten. De heer J. Carvell Williams was van het begin af lid van bovengenoemde vereeniging en sedert 47 jaren haar secretaris. Na een strijd van vijftig jaren ziet deze nog krachtige grijsaard, dat de lersche Episcopale kerk [geheel vrijgemaakt is; dat de gegronde hoop bestaat, dat in Wales de staatskerk op het punt staat verlost te worden van het staatsjuk, dat een juk mag genoemd worden, ook al brengt het vele geldelijke voordeden _ aan; dat de_ Schotsche staatskerk van haar uitsluitende privilegiën staat beroofd te worden, terwijl Engeland's eerste staatslieden zeer wel toonente begrijpen, dat ook voor Oud-Engeland de staatskerk niet op den duur te. behouden is.

Het is wel te denken, dat de voorstanders der staatskerk alles in het werk stellen wat mogelijk is om dezelve nog in Wales te redden. De hertog van Westminster vraagt niet minder dan drie tonnen gouds om eene agitatie in het leven te roepen, ten einde den gevreesden slag van »de kerk van Wales" af te wenden. Daarentegen zit de JÜberation society" ook niet stil; deze vereeniging zoekt ƒ 60, 000 saam te brengen ten einde eene compagne te houden ter bepleiting van het beginsel van gelijkheid voor de wet voor alle gezindten.

Wanneer de Episcopale kerk van Wales ophoudt staatskerk te zijn, kunnen hare bisschoppen niet meer als leden van het Hoogerhuis zitting nemen; de regeering wil aan enkele bisschoppen in Engeland toestaan, om met de «Peers" van het Hoogerhuis te vergaderen^ om daardoor het getal bisschoppen, dat thans zitting heeft te vergrooten. Geen wonder, dat tegen dit voorstel van de regeering eenige parlementsleden opkwamen; ook is het uit de Bill niet duidelijk wat men doen zal met Kathedralen, wanneer de staatskerk wordt opgeheven, daar in sommige streken het getal aanhangers der staatskerk zoo geslonken is, dat onbillijk moet genoemd worden, dat aan de enkele een groot kerkgebouw, hetwelk staatseigendom is, wordt afgestaan. Ook komt het sommige wat heet gebakerde leden voor dat het voorstel der regeering eene al te langzame losmaking van de banden, die de Episcopale kerk van Wales aan den staat verbinden, voorstelt.

Het pleit voor bevrijding der kerk van staatsbanden wordt in Engeland niet alleen gevoerd met bewijsgronden, die aan de politiek onüeend zijn. Zeker is het onrechtvaardig uit een staatkundig oogpunt, dat sommige burgers trotsche kerkgebouwen, rijke tractementen voor predikanten en bisschoppen enz. enz. voor hun eeredienst van de overheid ontvangen, terwijl andere» daaraan mede kunnen betalen en zelven nog in het onderhoud van herders en leeraars, van kerkgebouwen enz. kunnen voorzien. Doch er wordt ook op gewezen, dat het staatkundig argument bij de vrijmaking der Episcopale kerk niet den boventoon hebben mag; dat veelmeer den nadruk dient gelegd op de Kroonrechten van den Koning der kerk, en op het geestelijk karakter van de kerk van Christus. Erkent men Christus als de koning door God gezalfd over Zijn Zion, dan mag de kerk alleen geregeerd door hen, die instrumenten kunnen genoemd worden naar Gods Woord, in] de hand des Heeren, d. w. z. door de wettige ambtsdragers, en tot deze kon men toch niet de overheidspersonen rekenen. De belangen van de kerk des Heeren zijn te teeder om door de handen behandeld te worden van hen die het zwaard dragen.

Bij de worsteling der partijen heeft lord Rosebery zich in eene rede, te Edinburgh gehouden, uitgelaten, dat de staat evengoed recht heeft tot het stichten van eene kerk als tot het saambrengen van een leger. Het is wel te denken, dat deze uitlating groot opzien verwekt heeft en nu door de voorstanders van de vrijmaking der staatskerk vlijtig geëxploiteerd _ wordt, om aan te toonen hoe onhoudbaar het is te stellen, dat het verzamelen van eene kerk het werk zou ijn van de overheid.

Dit is zeker, dat het op zijde zetten van de ersche Home-rulequaestie, dthans dit goede eeft uitgewerkt, dat men in het parlement aan den arbeid is getogen om de kerkelijke vraagstukken tot oplossing te brengen. Wij houden r ons van overtuigd, dat het RituaUsrae, d, i. die richting in de Episcopale kerk die er naar streeft om Roomsche ceremoniën bij den eereienst in te voeren, een knak zal krijgen die et nooit zal te boven komen, zoo spoedig de eden der Episcopale [kerk in de kosten van den erkedienst uit eigen middelen zullen moeten oorzien,

Duitschland, Krenking van het recht er Gereformeerde kerk in Pruisen, In 1817 werd in Pruisen de Unie afgekondigd door koning Fr. Wilhelm III. In het stuk waarin it geschiedde, verklaarde de koning, dat noch e Luthersche kerk Gereformeerd werd, noch de ereformeerde Luthersch, maar dat beide eene pnieuw bezielde, evangelisch Christelijke kerk n den geest van haren heiligen stichter zouden orden. In eene kabinetsorde van i834zeidede oning: »De Unie heeft niet tot doel en beduidt ook niet het opgeven van de geloofsbelijdenis die tot hiertoe van kracht was; ook is het gezag, hetwelk de belijdenisschriften van de beide Evangelische confessiën tot hiertoe gehad hebben, door haar niet opgeheven?

Sedert het jaar 1850 werd de geünieerde Evangelische kerk niet meer door het ministerie van eeredienst, doch door den Evangelischen opperkerkeraad geregeerd, een lichaam dat onmiddellijk onder den koning staat, In 1852 werd bepaald, dat deze opperkerkeraad uit Gereformeerde en Luthersche leden behoorde te bestaan. Wanneer er eene beslissing moest genomen worden, de Gereformeerde kerk betreffende, dan mochten alleen de Geretormeerde leden van den opperkerkeraad daarover hunne stem uitbrengen; gold het zaken, de Luthersche kerk betreffende, dan hadden daarover alleen de Luthersche leden te besUssen. Dit bood althans eenigen waarborg, dat de kerken hare belijdenis zouden kunnen houden.

Maar hoe is het tegenwoordig gesteld? In den Evangelischen opperkerkeraad is geen enkel lid meer te vinden, dat gerekend kan worden tot de Gereformeerde kerk te behooren. Daarom is de vraag niet ongepast, hoe het moge-

lijk is, dat de opperkerkeraad in aangelegenheden de Gereformeerde kerk betreffende, rechtvaardige besluiten nemen kan, indien in dat lichaam niet één lid dier kerk zitting heeft? De feiten bewijzen dit zonneklaar. Heeft niet de opperkerkeraad in zake de stichting MmispietaUs getoond, dat hij de belangen der Gereformeerden verwaarloosde. Heeft niet hetzelfde lichaam in het afwijzend beschikken op een verzoek om geldelij ken steun tot het stichten en onderhouden van een Seminarium tot opleiding van predikanten voor de Gereformeerde kerken in Pruisen, getoond geen hart te hebben voor het in stand houden van de Gereformeerde belijdenis?

Daarom eischen de Gereformeerden, dat in den opperkerkeraad en ook in de Provinciale kerkbesturen vertegenwoordigers zullen komen van de Gereformeerde kerken. Nu kunnen we ons dat van de Duitsche Gereformeerden zeer goed begrijpen. Zij schijnen wel doordrongen van de noodzakelijkheid om de Gereformeerde belijdenis te handhaven, doch beseffen niet, dat de Gereformeerde kerken ook iets belijden omtrent de regeering der kerk en dat dit deel der belijdenis in lijnrechten strijd is met den toestand waarin zich thans de kerkregeering bevindt. Op Gereformeerd terrein is een opperste bisschop, legeerende door een door hem benoemden opperkerkeraad, beslist te verwerpen. In de Gereformeerde kerken hebben alleen de kerkeraden en de meerdere vergaderingen te regeeren.

Dat de Gereformeerde belangen in de handen van den thans regeerenden opperkerkeraad niet veilig zijn, blijkt wel uit het feit, dat de president van dit bestuurscollege eenmaal uitsprak: ïDe Gereformeerde kerk is eenmaal aan het uitsterven, daaraan is niets te doen." De vroegere president van het Consistorium van Brandenburg zeide eenmaal tot een Gereformeerd predikant onder zijn ressort: nGij behoeft geen onderwijs te geven naar den Heidelberger Catechismus, verzoek het mij maar, dan geef ik u verlof, om de Luthersche Catechismus in te voeren."

Men hoopt nu in Gereformeerde kringen, dat de tegenwoordige keizer aan de 700 Gereformeerde kerken die tot de Unie behooren de bescherming zal verleenen, die zijn grootvader ook aan de Luthersche en Gereformeerde kerken buiten de Unie eenmaal toezeide. Keizer Wilhelm I zeide toch eenmaal tot den ouderling van de Geref. kerk van EIberfeld, Daniël van der Heydt. »Met belangstelling heb ik de Nederlandsch-Gereformeerde gemeente en de Oud-Luthersche gade geslagen, en ik aarzel niet te zeggen, dat zulke zich afscheidende gemeenten indruischen tegen mijne innigste overtuiging en tegen mijne eigene beginselen. Maar mijne persoonlijke overtuiging verschilt van datgene wat ik mij als heer des lands li'^ot een plicht reken. Ik zal beschermen wat bestaat, en wanneer men u wat zou willen ontnemen, reken dan op mijne bescherming."

Daniël van der Heydt was ouderling bij de Nederl.-Gereformeerde gemeente, die Dr Kohlbrugge tot herder en leeraar had.

WiNCKEL.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 20 mei 1894

De Heraut | 4 Pagina's

Buitenland.

Bekijk de hele uitgave van zondag 20 mei 1894

De Heraut | 4 Pagina's