De Zending.

VIII.

Van Arable noordelijk optrekkende bereiken wij Voor-Azië, waarvan verscheidene streken door de missie worden bearbeid. Hier triumfeerde eens en wel in het begin onzer jaartelling het rijk van Christus over het Heidendom. Sints echter de valsche profeet van Mekka en zijne aanhangers den Islam uit Arabië met het zwaard hebben verbreid,

heeft de Koran de plaats ingenomen van den Bijbel. Bezoeken wij het eerst Palestina. Drie kwart der bevolking is hier Mohammedaansch. Naast hen leven 50 a 60 duizend Joden en omstreeks 30.000 Christenen (Roomsche en Grieksche). Van 1841 tot 1887 is er te Jeruzalem een Protestantsch bisdom geweest, dat onder toezicht stond van Engeland en Pruissen. De opheffing er van heeft even­

min het Protestantisme geschaad als de zending, die Joden en Muzelmannen tracht te winnen voor den Heere en uitgaat van Engelschen zoowel als Duitschers. „Nergens vindt men echter harder zendingsbodem dan hier, " zegt Dr.

Gundert terecht, want bitter is de weerstand der Joodsche liabbi's, bitter die der Muzelmannen. Wel is waar heeft de Sultan godsdienstvrijheid verzekerd, maar zelfs de Turksche overheid bekommert zich hier niet over. Vandaar dat meer dan één bloedbad, onder Christenen aangericht, van het Evangelie moesten afschrikken. De medische zending alleen heeft eenigen voorspoed. „Een groot bezwaar voor de zending vloeit voort uit de moeielijkheid om toegang tot het volk te krijgen", zegt een zendeling-arts. De Londensche Zendingvereeniging heeft daarom aan den zendingspost te Jeruzalem eene medische zending verbonden, waar gratis hulp verleend wordt aan de kranken, die zich aanmelden. Als door de ziekte des lichaams het trotsche hart gebroken is, is dit ontvankelijker voor de stem, die van het Goddelijk mededoogen over den zondaar gewaagt, vooral als die komt van den zelfden persoon, die met teederheid voor het lichaam heeft gezorgd." Ook Nazareth heeft een hospitaal, waar Christus wordt verkondigd. Aan Palestina grenst Syrië, tusschen de Middellandsche zee en den Eufraat gelegen, waar zendingsposten zijn te Beyroet, Damascus, Antiochié, beide laatste verbonden met de medische zending.

Desniettemin zijn de vruchten der missie hier en in het andere deel des Turkschen rijks zeer gering. De meeste plukt zij nog in haar pogen om de overblijfsels der Christelijke gemeenten, die hier en daar nog in het rijk des Sultans gevonden worden, voor geheelen ondergang te behoeden.

Van Palestina en Syrië zetten wij onze reis voort naar Klein-Azië. Van de 8.365.000 inwoners van dit schiereiland zijn 4/5 Turken, derhalve Mohammedanen; de overige behooren tot de Grieken, Armeniërs, Joden, Kurden enz. De Amerikaansche zending werkt hier tegenv^i-oordig niet zonder zegen. In het begin echter werden hare zendelingen veel vervolgd; zelfs vielen er eenige door roovershanden. Haar invloed is ook hier, grooter op de oud-Christelijke kerken, die verbasterd zijn, dan op de Muzelmannen.

In Oost-Turkije, dat bestaat uit Armenië, Kurdistan en Mesopotamië, heeft alweder de Amerikaansche zending haar arbeidsveld. Vooral in Armenië draagt zij thans vruchten. Nauwelijks was zij evenwel in het Noorden, de Armenische hoogvlakte en te Trapezunt begonnen met het prediken des Evangelies, of eene zware vervolging stak op; toch hield zij vol en zag het Christendom uitgebreid onder de Armeniërs, de Jacobiten (Syrische Monophysitpn), Nestorianen (Nasrani) en Kurden, wier godsdienst is een mengsel van het Mohammedanisme, Christendom en sterrendienst. Toen in 1896/1897 en nog dit jaar de Turken en hunne aanhangers de Armenische Christenen ten bloede toe ver­ volgden, waren het vooral de Amerikaansche zendelingen, die zich het lot der verdrukten aantrokken, daarin gesteund door Christenen van vele landen in Europa.

Gaan wij noordelijker op, dan komen wij aan het Kaukasische gebergte, waarvan sommige toppen meer dan 5000 meter hoog zijn en dat Azië van Rusland scheidt. Zoowel aan deze als aan gene zijde van dezen bergketen wonen volken, die in verscheidene stammen verdeeld zijn en een zwervend leven leiden. Velen dezer volken waren reeds vroeg met het Christendom bekend en storiden onder hunne eigen bisschoppen. Toen evenwel Constantinopel voor de overmacht der Turken bezweek en vele grooten uit deze bergvolken uit staatkunde den Islam omhelsden,

werden zij meer en meer aan zich zelve overgelaten. Tal van ruïnen van kerken en sommige in zwang zijnde Christelijke gebruiken en feestdagen toonen nog, dat hier eens een volk woonde, dat in den Christus geloofde. Door den in het begin dezer eeuw ontwaakten zendingsijver aangevuurd, vaardigde het Schotsche zendinggenootschap in 1802 de zendelingen Paterson en Burton af, om aan de volken tusschen de Zwarte en Kaspische zee het Evangelie te brengen. Dat pogen vond steun bij den toenmaligen keizer van Rusland, die den zendelingen een vrijheidsbrief gaf. Hierdoor aangemoedigd vertrokken in het volgende jaar vijf andere zendelingen derwaarts, die zich beijverden, de Turksche en Tartaarsche talen aan te keren, slaven vrij te koopen en in de waarheden des Christendoms te onderwijzen. De tegenstand der Mohammedaansche priesters was onder dit alles zeer groot. Toch

werd menige zendingspost gesticht zooals in Astrakan, Orenburg en de Krim. Ten zuiden van het Kaukasusgebergte ligt het vroegere koninkrijk Georgië (Grusiën), dat in 1799 Russisch werd. Daar vestigden zich in 1817 omstreeks 500 Wurtenbergsche familiën en stichtten 7 koloniën. In Schuscha (in het zuiden des genoemden lands) heeft de Bazelsche zendingvereeniging van 1822—1835 onder de Tartaren gearbeid en tegelijk en later nog onder de Ameniërs, van welke velen in 1866 tot de Luthersche kerk over­ gingen. Zuid westelijk optrekkende bereiken wij Perzié of Iran, een land zoo groot als Duitschland, Oostenrijk-Hongarije en Frankrijk te zamen, bewoond door ± 7.000.000 zielen. Deze geringe bevolking is deels een gevolg van de groote woestenijen van Perzië, deels van de regeering, die zonder twijfel nog veel slechter is dan de Turksche. Ieder ambtenaar is omkoopbaar zelfs de Schah. De Indo-Europeesche telegraaf was er langen tijd het eenige bewijs van beschaving. Maar sints de laatste reis van den vorigen schah naar Europa zijn er vele hervormingen tot stand gekomen. De bewoners zijn Schiïten of Mohammedanen, die Mohammed's stiefzoon hooger dan den valschen profeet zelven stellen. In i8ii kwam de zendeling Hendrik Martijn naar Schiras. Hij was een nederig en geleerd man, die dadelijk met de overzetting van het Nieuwe Testament in het Per­

zisch begon, welk werk hij met de hulp van geleerde Perzen voltooide. Zijne zwakke gezondheid noodzaakte hem echter naar Europa terug te keeren. Op weg van Armenië naar Constantinopel overleed hij in 1812. Het Oude Testament werd door den Schotschen zendeling Glen vertaald.

Na dezen kwamen nog andere arbeiders. Een blijvende zending hebben Amerikaansche zendelingen gevestigd onder de Nestorianen bij het Urmimeer. Daar zijn 21 gameenten met ongeveer 1300 toegelatenen tot het Avondmaal. Nadat echter de Engelsch-kerkelijke missionair Brftce in 1869 Perzië bezocht en zich te Ispahan gevestigd had,

aldaar ook veel gelegenheid gevonden had om er in hongersnood de armen te helpen, besloten de Amerikaansche (Presbyteriaansche) zendelingen ook te gaan arbeiden in de Perzische steden z. a. Ispahan, Teheran enz.

Tot nu toe zijn de Christelijke gemeenten van Perzië klein en slechts weinige Perzen zijn tot het Christendom overgegaan.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Terug naar resultaten Printen