GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Buitenland

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Buitenland

10 minuten leestijd Arcering uitzetten

Het oordeel van een Duitscher over de houding der Transvalers tegenover de zending.

Het is te begrijpen, dat ook in het buitenland de_ strijd der Transvalers de aandacht trekt. Bijna eenstemmig zijn ook de kerkelijke bladen in het veroordeelen van de roofpolitiek van het Engelsche ministerie. Zoo schrijft de A lig. Ev. Liith. Kirchenzeit. dat zelden een kennelijk onrechtvaardige zaak op meer huichelachtige manier gemaskeerd is geworden, dan de ondernomen onderwerping van de Transvaal om aldus de opperhoogheid van Engeland over Zuid-Afrika te laten gelden."

Maar die sympathie verhindert niet dat men ernstige critiek uitoefent omtrent de houding die de Boeren tegenover de „Evangelische Mission" hebben aangenomen. Wij meenen dat het Duitsch kerkelijk blad onzen stamverwanten in Zuid-Afrika geen recht doet wedervaren, omdat het putte uit Engelsche bron, of wijl het ziet door een Engelsche bril.

Het blad schreef, na mededeeling van eenige cijfers, de kerkelijke statistiek betreffende:

„Zoowel de staatspresident als de leden der dubbele volksvertegenwoordiging, moeten tot eene Protestantsche kerk behooren. De vergaderingen van den Volksraad worden volgens de grondvvet met gebed begonnen en gesloten. Op Zondag zijn op weinige uitzonderingen na, alle winkels gesloten, terwijl veld-, tuin-en fabrieksarbeid en ook het jagen en schieten verboden is. Ook tegenwoordig toont de van de vaderen overgeërfde en met groote taaiheid vastgehouden vroomheid, het streng Gereformeerd karakter. Zij voedt zich met het Oude Testament, in het bijzonder met de historische boeken en beweegt zich met voorliefde in Oud-Testamentische beelden en beschouwingen. Bij de inwijding van de kerk van Bolschabela, het boven andere gezegende Berlijnsche zendingsstation, zagen de Boeren met grenzelooze verwondering neder, op het met een crucifix versierd altaar, en waren toen overtuigd, dat het gerucht waarheid bevatte, dat deze zendelingen Roomsch waren. In een echte Boerenfamilie ligt de Bijbel op de tafel, en wordt elke dag met eene huisgodsdienstoefening besloten. Het preekenboek wordt ook op de reizen medegenomen, terwijl de godsdienstoefeningen onder de moeilijkste omstandigheden worden bijgewoond. Daar de boerenhofsteden op grooten afstand van elkander liggen, zoo is de geestelijke verzorging der bewoners zeer gebrekkig, zoodat men op honderden vierkante mijlen dikwijls slechts één predikant vindt. Kan er daarom geen sprake van zijn, dat de kerk eiken Zondag bezocht wordt, des te meer hecht men er daarom aan, dat men elke drie maanden met het geheele gezin naar het kerkdorp trekt. De kerk wordt dan ingesloten door de wagens der Boeren, zoodat een wagenburcht gevormd wordt en op het vieren van het Avondmaal volgt een verblijf van onderscheidene dagen, welke men gebruikt voor' koopen en verkoopen, ook voor het aangaan van verlovingen en het sluiten van huwelijken ; welk verblijf echter niet gekruid wordt door wereldsche vermaken als dansen, ofschoon de Boerenjeugd zich daaraan gaarne en met buitengewone volharding overgeeft. De Boer ziet altijd met groote vreugde den dominee, voor wien hij groot respect gevoelt, in zijn huis komen; aanstonds roept hij dan de buren tot het houden van een godsdienstoefening samen, waartoe alleen de ouderlingen gerechtigd zijn. Overigens zijn ook de orthodoxe Boeren in twee gemeenschappen gescheiden, de Afgescheidenen of [Doppers, die bij de godsdienstoefeningen alleen psalmen zingen en ook overigens de strengere richting vertegenwoordigen, terwijl de meerderheid ook gezangen zingt. Tot de eersten behoort de man die reeds zoovele jaren president is: Paul Kruger, zonder twijfel een man van diepe religieusiteit, voor wien de Bijbel de eenige bron van zijne vorming was. Hij leeft in de overtuiging, dat het oude volk van God in zijn geslacht en volk wordt voortgezet, terwijl hij tot de zijnen spreekt als een Oud-Testamentisch profeet. Al laat hij ook aan anderen de vrijheid om anders te denken, zoo verlangt hij toch van een ieder rekenschap omtrent zijn geloof. Toen hem eens een Hollandsch geleerde voorgesteld werd, vroeg hij hem aanstonds: „Welk is uw geloof? " en toen deze hem weigerde té antwoorden, zeide hij: „Maar weet gij dan niet dat een Christen ten allen tijde bereid moet zijn, om rekenschap van zijn geloof af te leggen? " Bij een latere ontmoeting wees hij zijn vrouw op dien Hollander, met de woorden: „Dat is de man, die mij niet zeggen wilde, wat hij gelooft."

Over het algemeen wordt bij de boeren minder een diepe innige religieusiteit als een recht uitwendig, wettelijk gewoonte-christendom openbaar, hetwelk ernstige openbaringen van den ouden mensch, niet buiten sluit. Toen de zendeling Merensky in 1864 van een veldkornet (onderrechter) eischte, dat hij een meisje zou straffen, dat gepoogd had om hare tante te vergiftigen, en hem er op wees dat zulk een misdaad in Holland, Engeland of Duitschland zwaar gestraft werd, moest hij het antwoord hooren, dat het wel waar kon zijn dat dergelijke misdaden daar wel konden gestraft worden, doch dat bij de Afrikaansche boeren het vergiftigen altijd aangezien was voor een „vrije kunst." Bijzonder pijnlijk komt ons deze tweespalt tusschen uitwendige kerkschheid en christelijke gezindheid voor in de verhouding der boeren tot de inboorlingen.

Dit vormt zonder twijfel het donkerste punt in hunne geheele geschiedenis. Vooral toen het er in het begin voor hen op aankwam om door te dringen tot het binnenste des lands, en zij daarbij evenzeer de gronden die tot hiertoe aan _ de inboorlingen toebehoorden, als de arbeidskrachten dier lieden, noodig hadden, zijn zij niet teruggedeinsd voor de ergerlijkste daden, en dit doen werd te meer afstootend en verwerpelijk door de rechtvaardiging die zij op godsdienstige gronden daarvan zochten te doen. Zij noemden de Kaffers slechtweg Cham's geslacht, dat óf dienen óf sterven moest; zij beriepen zich op de praedestinatie, welke leer onder hen veeltijds tot een oorkussen voor vlceschelijke gerustheid en pharizeesche zelfverheffing diende, terwijl zij meenden, dat het tegen Gods wil was, aan deze verdoemden, — want dat waren de inboorlingen even zeker als dat zij zelven uitverkorenen moesten genoemd worden — Gods Woord en Sacrament te brengen. Anderen meenden dat de zwarten een soort van middending waren tusschen aap en mensch, dat geen aan-

spraak op den naam en op de rechten van den mensch kon laten gelden."

Laat ons in een volgend artikel zien wat er van deze beschouwingen aan is.

Frankrijk, Het Protestantisme in de gunst.

Er komen andere tijden voor de Protestanten in Frankrijk. Werden zij voor eenige jaren ook in de liberalistische pers verdacht gemaakt alsof zij het verderf voor het land waren, terwijl uit de historie blijkt dat Frankrijk's glorie onderging sedert het de Hugenooten uit het land dreef en het aldus van zijn edelste elementen beroofde, in de laatste maanden is hierin eene kentering gekomen en wel, naar wij meenen, door den jammerlijken afloop van het proces Dreyfusz. De Siècle bevatte onlangs een drietal artikelen van de hand van den gewezen karmelieten monnik Hyacinthe Loyson over „het verval der Katholieke natiën", waarin hij o. a. schreef: „wanneer er in de geschiedenis een gericht Gods is zoo is het datgene wat wij sedert meer dan drie honderd jaren zagen voltrekken, namelijk de verheffing van die natiën, welke Christus vrij, en de vernedering van die welke de paus tot slaven gemaakt heeft." Onmiddelijk daarop schreef de hoofdredacteur van de Sück, eene reeks artikelen, die sedert in den vorm eener brochure zijn uitgegeven, om het noodzakelijke te betoogen van concurrentie op godsdienstig terrein. Het concordaat, waardoor de staat de kosten van den Roomschen eeredienst betaalt, maakt volgens de Siècle dat Rome bijna onbeperkt op godsdienstig terrein heerscht. Vreest men dat Frankrijk dan in de handen van radicalisme en vrijgeesterij zal vallen, zegt de schrijver, die zelf een vrijdenker is hoewel in naam Roomsch, dan is er nog een uitweg, namelijk het Protestantisme. De redacteur zegt dat hij op het Protestantisme rekent om Frankrijk vrij te maken van Rome.

De redacteur van de Siècle vergist zich echter zeer, wanneer hij beweert dat de kerk van Rome zou overwonnen worden wanneer het staatsgeld haar werd onttrokken. Wij houden het er integendeel voor dat Rome's invloed zou versterkt worden, wanneer het gelukken zou om de staatstractementen voor pastoors en bisschoppen te laten vervallen. Zooals een twintigtal jaren geleden in Duitschland is gezien, waar men de kerk van Rome heeft willen fnuiken door de befaamde Meiwetten, is de Roomsche kerk versterkt uit den strijd, die tegen haar aangebonden werd, te voorschijn getreden.

Ditzelfde resultaat zal men ook verkrijgen als men in Frankrijk de Roomsche kerk niet langer wil laten leven van de staatskas. Wat op het gebied van het onderwijs sedert eenige jaren daar te lande gezien wordt, is een bewijs voor hetgeen we beweren. Immers is nadat de wet op het leeken-onderwijs aangenomen was, het Roomsch bijzonder onderwijs zoo gaan bloeien, dat de openbare neutrale school daardoor schier is overvleugeld. En toch worden de vrije Roomsche scholen alleen onderhouden door de offervaardigheid der voorstanders.

We zouden het voor een grooten zegen houden indien de staatstractementen enz. door de Overheid niet langer werden uitbetaald. Dan was tegelijk ook de Gereformeerde staatskerk verlost van een moeilijken strijd, een strijd die haar belemmert in de uitoefening van hare roeping om aan Frankrijk het Evangelie te brengen.

Door het staatsgeld wonen op den huidigen oogenblik evangelischen of orthodoxen samen met liberalen of modernen in één kerkverband. Men heeft van evangelische zijde gevoeld dat dit niet aanging. En toen de regeering weigerde eene algemeene synode bijeen te roepen, waardoor het mogelijk zou zijn geweest het boven natuurlijk karakter der kerk te handhaven, heeft men eene officieuse synodale organisatie in het leven geroepen, waardoor de Evangelischen een banier kregen waaronder zij zich gemeenschappelijk konden vereenigen. Doch spoedig kwam er verdeeldheid.

Er waren er onder de orthodoxen die het niet goed konden vinden dat men kerkelijk van de liberalen, die men voor leden van het Protestantsche huisgezin hield, gescheiden zou leven. Vandaar dat men nu drie jaren geleden eene vergadering gehouden heeft van orthodoxen en liberalen, die ten doel had om eene verbroedering tusschen de partijen te weeg te brengen. De liberalen hadden geleerd dat men ook kerkelijk niet alleen van ontkenning leven kon, bij de orthodoxen waren de scherpe puntjes een weinig afgeslepen, dank zij het volgen van de Duitsche vermittelüngs-theologie en van de moderne schriftcritiek. Doch de jongste officieuse synode te Bordeaux gehouden, besliste dat het broederlijk samengaan met de liberalen geen kerkelijke en godsdienstige zaken zou betreffen.

Daaraan heeft men zich op de driedaagsche samenkomst te Lyon gehouden, door er zich toe te bepalen om een commissie te benoemen die een sociale en moreele actie zal in het leven roepen, of duidelijker uitgedrukt die op maatschappelijk en zedelijk gebied moet werken. Maar wij vragen, moesten daartoe liberale en orthodoxe protestanten een drietal dagen vergaderen? Kon men op zedelijk en sociaal gebied ook niet samenwerken met Roomschgezinden ?

Wij houden al den tijd, dien men èn in de Synode te Bordeaux en te Lyon op de driedaagsche vergadering aan de beraadslaging over een saamwerken van liberalen en orthodoxen besteed heeft, voor verloren. En dan hoeveel inkt is er over die quaestie verschreven nu al jaren lang! Dergelijke dingen belemmeren het Fransche protestantisme in het volbrengen van zijn roeping.

WiNCKEL.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 10 december 1899

De Heraut | 4 Pagina's

Buitenland

Bekijk de hele uitgave van zondag 10 december 1899

De Heraut | 4 Pagina's