GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

PERSSCHOUW

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

PERSSCHOUW

14 minuten leestijd Arcering uitzetten

Prof. Kuyper schrijft in „De Heraut" (25 Mei) het volgende:

In „Die Kerkblad, officieel orgaan van die Gereformeerde Kerk" in Zuid-Afrika komt de volgende mededeeling voor:

In „Het Zoeklicht" van Maart publiseer Prof. du Plessis 'n ongetekende brief van 'n predikant van die Gereformeerde Kerke in Nederland wat danig met hom slmpatiseer en sy beskouings deel. Ek gee hier 'n paar sinne uit die brief. Die skrywer vril verduidelik waarom hy belang stel in wat hier gebeur en sê dan: — „Als student heb ik moeite gedaan om als vrijwilliger met de Boeren tegen de Engelsen te mogen optrekken. Als predikant heb ik eens een voorstel ontvangen om met een predikant uit Johannesburg te ruilen.

Ik had het wel gaarne gedaan, doch meende toen mijn studie niet te mogen onderbreken. Mijn vrienden in Potchefstroom — nu zult u wel schrikken: maar ik denk dat ik even sterk tegen de „ver-Doppering" der Kerk ben als u: het zijn heus edele kerels, maar zij zien het niet, even min als de hoogleraren van de Vrije Universiteit on te Kampen het zien — mijn vrienden in Potchefstroom deden moeite mij daar te krijgen, doch de Synode van de Geref. Kerk vond, dat het een Zuid-Afrikaner moest zijn. Ik heb ze ook geschreven, vóór ik nog het verslag van uw procedure in „Die Burger" gelezen had, dat ik in wat ik van u gelezen had, aan uw zijde stond en zij uw standpunt niet voor Modemisme moesten aanzien; dat wij, als wij de Bijbel ook aan wetenschappel i k e beschouwing onderwerpen, ook voor dezelfde moeilikheden komen te staan."

Verder deel hy mee, dat „men (in Nederland) ook tegen mij een aanklacht heeft willen indienen: maar er is niets van gekomen, anders was ik ook zeker afgezet. Ik heb mij steeds openlik en klaar uitgelaten, dat ik niet aan de zijde van Assen sta".

Verder deel hierdie predikant sy beskouings mee oor inspirasie, ens., ens.

Wie hierdie predikant is vermoed ek wel, maar ons sal maar eers bietjie wag.

Wie sy vriende in Potchefstroom, die „edele kerels", is, weet ek egter nie. H ij is egter 'n Geelkerkiaan en ook 'n du Plessiaan en miskien kom hy nog na Suid-Afrika om sy geleerdheid hier te gebruik in die stryd vir die edele(? ) saak. Ons sal hierdie broeder maar uit die kring van die Doppers hou en gun hom van harte die geselskap van die „anti-verdoppering"-groep.

Of Prof. du Plessis met goedvinden van den schrijver dezen brief gepubliceerd heeft in „Het Zoeklicht" weten we niet. Maar nu deze brief eenmaal gepubliceerd is zonder den naam van den schrijver te noemen, mag zeker wel de eisch gesteld worden, dat de predikant, die zooals hij zelf meedeelt, tot onze Gereformeerde Kerken behoort, nu ook openlijk zijn naam

zal noemen. Dat in Zuid-Afrika zulk een schrijven een fatalen indruk moet maken, is duidelijk. Niet alleen omdat deze predikant het oirbaar acht zijn volle instemming te betuigen met een Hoogleeraar, die wegens zijn van de Belijdenis afwijkende gevoelens door de Synode aldaar is afgezet, maar ook, omdat hij verklaart, dat hij steeds openlijk en klaar zich heeft uitgelaten, dat hij niet aan de zijde van Assen staat, maar dat men desniettegenstaande hem niet kerkelijk behandeld heeft. De schijn wordt daardoor gegeven alsof onze Kerken met twee maten zouden meten, in den een zouden dulden wat ze in den ander ontoelaatbaar achten, wat met elk rechtsgevoel in strijd zou zijn, of wel, dat onze Kerken het standpunt te Assen ingenomen feitelijk zouden prijs hebben gegeven en ieder predikant in dit opzicht vrij zou mogen zijn om te leeren wat hij wilde. In beide gevallen raakt dit de eer onzer Kerken, die we ook in Zuid-Afrika hoog willen houden.

Het is daarom wel noodig, om onze Kerken van dezen blaam te zuiveren, dat de hier bedoelde predikant niet alleen openlijk zijn naam noeme, maar ook verklare wat hij bedoelde met zijn uitdrukking, dat hij „niet aan de zijde van Assen staat". Bezwaar daartegen kan hij natuurlijk niet hebben, waar hij zelf verklaart, dat hij „dit steeds openlijk en klaar heeft uitgesproken". En hij zelf zal zeker niet willen, dat nu zijn brief gepubliceerd is zonder zijn naam, de verdenking van dien brief geschreven te hebben op andere predikanten zou vallen, die daaraan geheel onschuldig zijn.

Vermoedelijk zal dit iemand zijn, die traag pleegt te zijn in het geven van antwoord.

Maar iets weten we toch.

Dat is b.v. dit, dat deze predikant tijdens den „boerenoorlog" student was. Door die mededeeling voelen de menschen, die eens 'n heel of 'n half beroep uit Transvaal of Or. Vrijstaat gehad hebben, maar éérder of later student waren, zich al vast opgelucht.

Natuurlijk verdenken we nu allen, die tijdens den Boerenoorlog student waren!!

Merkwaardig is het meest karakteristieke: het onderwerpen van den B ij bel aan „wetenschappelijke beschouwing". Van welke principia deze „wetenschappelijke" beschouwing dan wel uit mag gaan, wordt niet gezegd.

Gewoonlijk is dat negatief. En loopt het alles op onderwerping van den Bijbel

aan iets anders uit. Intusschen laat de man nu zélf spreken!

De groei onzer scholen.

Uit „De School met den Bijbel" knipte ik deze regels:

Hoe sterk de Christelijke school in de laatste kwarteeuw vooruit is gegaan, blijkt uit de cijfers. Het verloop was als volgt (ik neem 1918 erbij, omdat toen de wet 1905 doorgewerkt was):

1905:750 scholen met 121675 leerlingen 1918:1190 „ „ 195113 1930:1978 „ „ 301393

Welk een roeping om te zorgen, dat verbreeding hier ook door verdieping wordt vergezelschapt!

Reformatie noodig.

In verband met een vroeger door hem gemaakte opmerking en de reactie op deze opmerking uit de classis Brielle wordt Ds Schilder genoodzaakt zijn stem vanuit Duitschland te laten hooren in „De Bazuin", Het gaat over de kerkelijke toestanden in Middelharnis. Ja, het gaat over de Gereformeerde Kerk aldaar. Men weet, daar is ook het „Geref. Weeshuis" van Zuid-Holland. Ds Schilder begint met het citeeren uit een betrouwbaren brief, en geeft aan het slot dan zijn opmerkingen. Wij voegen aan het bericht niets toe, dan ons opschrift.

In de bediening des Woords.

Vaak is ons hier voorgehouden •'^) dat er drie categoriën van menschen zijn:1. wereldlingen; 2. historisch geloovigen; 3. hartelijk geloovigen. De beide laatsten mogen belijdenis doen (zij treden toe tot de „rechten der kerk"). M.i. vloeit uit dit valsche kerkbegrip veel ellende voort.

Het valt te begrijpen wat er van een gemeente, die jaren lang zoo bearbeid is, terecht komt, hoe de „ligging" van zoo'n gemeente wordt.

Onze Classis-predikanten (en ze weten het allen!) hooren wij ^) te Middelhamis dan ook niet preeken.') Enkelen zijn'') eenmaal geweest, anderen nooit! Het wordt „geprobeerd" met andere predikanten die meestal eenmaal komen en verder geen uitnoodiging meer krijgen, omdat ze te licht bevonden worden^), hetgeen hun ook wel op duidelijke manier te kennen wordt gegeven.

gegeven. Vaak^) stellen we het met „preeklezen". Dat zijn dan altijd oude preeken uit het zwakste tijdperk der Geref. kerkhistorie. Eens was een vrouw van een mijner kennissen ter „leeskerk" geweest, maar de preek, die zij te hooren kreeg joeg haar den schaamteblos op het gelaat. Het was een preek uit het Hooglied. De preekindeeling was Ie. Zijt gij al door Christus bevreeën? 2e. Zijt gij al door Christus bekend? 3e. Zijt gij al door Christus bevrucht? ...

En daar zitten ook een 40 weeskinderen onder. Waag uw kinderen maar eens aan zulk een „bediening van het Woord". Natuurlijk wordt er nooit een preek uit „Menigerlei Genade" gelezen. Dat is maar „slappe" neo-kost!

In de bediening der sacramenten.

Het H. Avondmaal is voor zeer enkelen. Vroom staat het, zoo „zwaar" te zijn, dat men niet aan durft gaan. Het is dan ook een algemeen en veelvuldig voorkomend verschijnsel, dat zelfs ouderlingen en diakenen in hun bank blijven zitten. Wat er op die manier terecht komt van de gemeenschap der heiligen, behoeft evenmin betoog. Die z.g. schuchterheid ten aanzien van het H. Avondmaal (wonderlijk dualisme! ten aanzien van den H. Doop blijkt van die schuchterheid niet het minste!) leidt er toe, dat dit Sacrament veronachtzaamd wordt. Tusschen Sept. 1928 en Sept. 1929 hebben we slechts eenmaal H. Avondmaal gehad. Van Sept. tot heden nog niet één keer!')

Wat den Doop betreft: aak werd tot doopouders gezegd (ook als er geen „preeklezen" was) *): acht nog een paar weken, dan doopen die en die ook tegelijkertijd. Bij de laatste doopsbediening waren er verscheidene kinderen waaronder verschillende van enkele maanden oud. Na de doopsbediening werd vaak gezongen Ps 134 : 3: Dat 's Heeren zegen op u daal", enz.*).

In de toepassing der tucht.

Wat dunkt u van de volgende feiten ^''): Op een Zaterdagavond krijgt N. N. ^*) een briefje thuis van den kerkeraad, waarin het besluit wordt medegedeeld, dat hij als lid der kerk „geroyeerd" is en dat dit Zondag a.s. zal worden afgelezen. Deze broeder schrikt. Hij is het niet eens met de kerkelijke toestanden te Middelhamis, maar wil toch voor alles lid der Geref. Kerken in Nederland blijven! Met een paar andere broeders gaat hij terstond naar een ouderling en krijgt de toezegging, als hij meer in de kerk komt zal hij niet „geroyeerd" worden. „Royeeren" is hier uitvloeisel van het valsche kerkbegrip, dat de saamvergadering der waarachtige Christ-geloovigen tot een doodgewone vereeniging maakt, met trappen en standen. Huisbezoek had deze man nooit gehad!

Huisbezoek wordt sporadisch en willekeurig gedaan. Er zijn broeders die nooit huisbezoek gehad hebben, er zijn er die in geen 4, 6 en 8 jaar huisbezoek kregen. Het Geref. Prov. Weeshuis met zijn 40 kinderen krijgt nooit huisbezoek. Weten de Geref. Diaconieën in Zuid-Holland hier iets van?

Gevallen, die werkelijk voor kerkelijke behandeling in aanmerking komen, zooals openbare dronkenschap, kinderen op de openbare school enz., blijven liggen!

kinderen op de openbare school enz., blijven liggen! IndeAmbten.

Hiermee is het niet beter gesteld. Van de kerkenorde (al is ook die van de „oud-vaders") trekt men zich weinig aan. Ofschoon er te Middelharnis zeer goed ouderlingen uit de gemeente te formeeren zijn, blijven de ambtsdragers trouw zitten, jaar in jaar uit; 10, 12 en 16 jaar lang. Gecandideerd worden bij de verkiezing ook^^) menschen, die nimmer aan het H. Avondmaal aanzitten Dat er een ouderling bij is die drie zitplaatsen in de Geref. gemeente van Ds Kersten huurde is reeds gemeld. Maar ook bijna alle andere ambtsdragers komen trouw in dat kerkje wanneer Ds Kersten, Barth, Fraanje en Lamain komen preeken. Alles vanwege verheldering van het Geref. kerkbegrip onder ons opkomend geslacht! Nog een frappant staaltje van kerkbegrip bij onze broeders ambtsdragers: Een Geref. jonge man, belijdend lid onzer kerk, aangesteld door den Raad van Arbeid met standplaats te Dirksland, waar geen Geref. Kerk maar wel een Geref. gemeente van Ds Kersten is, komt pas hier wonen en brengt natuurlijk in goede gemoede zijn attestatie bij onze kerk te M. Maar een der ouderlingen vraagt hem waarom hij dat doet, waarom brengt hij zijn attestatie niet bij de Geref. gemeente te Dirksland, waar toch ook de „bevindelijk» waarheid" gevonden wordt?

Al wat we schrijven zijn nuchtere feiten! Er valt een boekdeel over te schrijven. Indien U de zaak voldoende interesseert kan ik U verwijzen naar enkele vroegere nummers van^') het „Geref. Jongelingsblad" en naar de „Maas-en Scheldebode", waarin een schrijven geciteerd wordt van wijlen Dr De Moor, die in „De Heraut" schreef, dat het in Middelharnis niet beter wordt eer er een uittreding heeft plaats gehad. Men heeft hem dit indertijd kwalijk genomen, maar in een „Heraut" van enkele weken later schreef hij, dat hij wel verschillende brieven had ontvangen maar geen enkele gaf hem aanleiding om van zijn gepubliceerde opinie terug te komen. Eigenaardig dat U thans ongeveer in de zelfde positie gebracht zijt.

De grond der zaak ligt in het valsch-mysticisme^ waarvan de Kerstenbeweging doordrongen is. Wormser zei: leert ons volk zijn Doop verstaan en het zal behouden worden Het is omreden dat m.i. de ondergrond van heel deze kwestie veel breedere beteekenis heeft, dat ik U zoo uitvoerig durf schrijven. U begrijpt mij wel

Mocht U van de hier verstrekte gegevens gebruik wenschen te maken, dan kunt U dit doen.. „jÉs^^^L

Tot zoover de brief.

Wat ik hier publiceer zijn maar fragmenten; namen en enkele persoonlijke of niet-direct officieel aantoonbare dingen liet ik weg. Mij wordt nog bericht, dat een indertijd door de classis gegeven advies (bij een andere kwestie) tot uitbreiding van den kerkeraad tot nu toe niet is opgevolgd.

Ik heb — nog eens — de vraag van al-of-niet-publicatie rijp overwogen en weet, wat ik doe. Zuivere afbakening van grenzen is altijd een gebod; en het wordt tijd, dat in de plaats, waar onze weeskinderen zijn en waar schapen van Christus' kudde zijn, Gereformeerd gehandeld wordt. Publicatie van feiten maakt geen scheiding, doch toont ze slechts. Een paaschpreek ontsieren door een uitval tegen wie zulke publicaties aandurven, zelfs met gebruikmaking van den tekst, dat het beter ware dat een molensteen om den hals van zoo'n ergernis-gevend mensch gedaan ware, is gemakkelijk genoeg; maar het is geen argument (historisch, anno 1930). De argumenten moeten we allemaal zoeken uit de officiöele stukken der Kerken, welke wij krachtens Kerkverband voor God erkennen als openbaring van Christus' lichaam. En de leden der kerk, die op zulke preektirades onthaald worden (de weeshuiskinderen praten al over dien molensteen) hebben rechten van Christus' wege. R e c h t op de genademiddelen, recht op de zuivere tucht, recht op consequente aanvaarding van het Kerkverband. Dr de Moor is begonnen; ik bedoel slechts een noodzakelijk gevolg.

K. S.

Het gaat goed.

„Patrimonium" van 29 Mei schrijft: Het gaat goed.

Het Christelijk Nationaal Vakverbond heeft de 75.000 leden bereikt. Ja zelfs werd dit getal met 170 overschreden.

Het gaat goed. Bijna is het hoogste cijfer van den na-oorlogstijd weer bereikt.

Ook overigens heeft ons Vakverbond alle reden, om zich over den gang van zaken te verheugen .De drukkerij te Hoorn werd belangrijk uitgebreid. Deze onderneming bloeit. Ook met het Tuberculosefonds en het Vacantieoord gaat hot niet slecht.

Wie had vijftien jaar geleden kunnen denken, dat men in 1930 reeds zoover zou zijn?

God heeft ons wel rijk gezegend.

Christelijk-sociaal leven ontwaakt eveneens in Zwitserland en in Hongarije. Maar ook in het Alpenland erkent men, dat Holland bovenaan staat. En in Hongarije is men nog niet zoover als in Zwitserland. Naar verhouding is de positie van de Christelijke on Roomsch-Katholieke Vakbeweging ten onzent ook sterker dan bij onze Duitsche buren.

Toch zijn wij nog lang niet, waar wij wezen moeten.

Het moderne N.V.V. telt altoos nog meer leden dan de Christelijke en Roomsche Vakcentrales te zamen.

Dat kan in Nederland anders worden. Wanneer slechts alle Christelijke arbeiders hun roeping verstaan!

We meenen, dat het zijn nut kan hebben, ook eens de aandacht te vestigen op dezen vorm van s t r ij d.

Denken zij, die niet rechtstreeks bij het C.N.V. en zijn vertakkingen zijn betrokken, wel genoeg aan den kostelijken arbeid door dit verbond verricht? Gedenken we allen ook dit werk in onze gebeden?

J. W.


^) Hier is een kleine redactiewijziging van mü, K. S.

2) Idem.

') Om alle misverstand af te snijden: de sehrijvers zeggen iet, dat ds S. niet bereid zou zijn; hier is geen crïtiek p de cl. predilsauten, K. S.

*) Redactiewijziging van mij, K. S.

^) Hiervan weet ik zelf merkwaardige staaltjes, die op lakkee volstrekt niet geheim zijn, te vertellen, K. S.

^) Redactiewijziging van mij, K. S.

^) Redactiewijziging van mij, K. S. ') Uit een bijlage meld ik:22 Sept '29 voorbereiding, 9 Sept. avondmaal, maar daarvóór was het een jaar geleden. a Sept. 1929 tot heden — 23 Mei '30 — weer niet. Er s nu een vacature van 2 jaar, en in dien tijd is 2 maal et H. A. gevierd. K. S.

8) Redactiewijziging van mij, K. S.

9) Als voren. K. S.

^'') Ik laat hier een groote passage uitvallen. K. S.

1') Naam weggelaten. K. S.

12) Redactiewijziging van mtj, K. S.

13) Redactiewijziging van mij, ik heb bedoelde bladen gelezen, K. S.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 6 juni 1930

De Reformatie | 8 Pagina's

PERSSCHOUW

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 6 juni 1930

De Reformatie | 8 Pagina's