GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Evangelisatie-motieven uit de werkten van Mevrouw Bosboom Toussaint.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Evangelisatie-motieven uit de werkten van Mevrouw Bosboom Toussaint.

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

Haar kunst is wel waarlijk: Kunst der Wedergeboorte. S. ANEMA.

Inleiding.

I.

Zeer velen, als zij hooren spreken over de romantische werken van Mevrouw Bosboom, denken dan aan iets, dat oud is en verouderd, iets waarmee zij voor goed hebben afgerekend. Zij achten de boeken van deze zoo rijk begaafde auteur, die langen tijd meê aan de spits der Nederlandsche letteren heeft gestaan, geheel en al uit „de mode". Wij plaatsen dit woord tusschen aanhalingsteekens, omdat maar al te velen, óók op literair gebied, zich door de mode, door den waan van den dag, laten beheerschen. Doch bij wie dit zoo werd, is dat hun schade, geenszins die van zulke schrijvers, die hun inspiratie ontleenen niet aan de mode van den dag, maar aan een krachtig levensbeginsel, dat lijn en richting biedt aan hun werk.

Wij geven toe, dat in de boeken van Mevrouw Bosboom vele bladzijden voorkomen, die het geslacht van dezen rennenden tijd om de lange dialogen en de sterk in details tredende beschrijvingen in-saai vindt.

„Naar ons meer modern gevoel, dat echter van haast en gejaagdheid niet vrij is, schreef zij wat lang uitgesponnen, maar vele van haar romantische werken wekken nog bewondering." i)

Dr Schaepman getuigt ten opzichte barer fijne detailleering: „ledere bijzonderheid in haar teekening van de binnenhuisjes was juist, iedere trek volledig, ieder puntje stipt gezet, maar het geheel was altijd licht en leven. Rembrandt en Van der Meer beiden behoorden tot haar geestelijke voorzaten". 2) De gevierde geschiedschrijver der Fransche letteren J. J. Ampère bewondert vooral haar ongemeene historische kennis en haar schitterend talent als romancière. Hij looft de groot© kunst barer portretschildering, een kunst, die haar wijding ontving in de school van Remi)randt, Van der Helst en Govert Flinck. s)

Het genoemde bezwaar kan dus niet gelden als een voldoenden grond om de boeken van Bosboom-Toussaint op de benedenste plank te zetten. En al zou de entourage van een juweel ook minder fraai zijn, zij vermag toch niets af te doen van de innerlijke waarde en schoonheid.

Tegenover hen, die haar romans verouderd achten, staat het oordeel van bevoegde recensenten, die verklaren, hoe daarin zeer veel wordt aange^ troffen, dat volstrekt verheven is boven de eb en vloed van den tijd.

Slechts enkele harer motieven willen wij hier noemen.

Mevrouw Bosboom voert de liefde in haar romans niet in zooals dit bij de „liefde-romans" plaats heeft. Zij schetst geen dichterlijke minnarijen, maar wordende echtverbintenissen, duurzaam als het leven zelf. Zij is wars van spektakels en hartstochtelijke scènes. Verrassende wendingen of treffende oplossingen behandelt zij en passant, zonder ophef. Haar doel is tot het hart en tot het Terstand te spreken — niet om beide op hol te maken. *)

Mevrouw Bosboom beweegt zich bij voorkeur op het ruime gebied van het openbare leven. Zelden vindt zij behagen in den zwaren dampkring Tan het slagveld. Haar romans zijn geen oorlogsboeken, waarop onze tijd zoo jammerlijk tuk is. Daartegenover teekent zij met groote voorliefde de bange worsteling, die in het binnenste van het menschenhart wordt gestreden.

Als men zegt, dat haar romans verouderd zijn, stellen wij daartegenover, dat deze auteur in ruime mate haar deel heeft ontvangen van wat juist karakteristiek is aan de hedendaagsche letterkunde, n.l. een sterk psychologisch streven. Ook Mevrouw Bosboom bezit dien lust tot zielsontleding, die neiging tot verklaren en uit elkander leggen der verborgen drijfveexen in het menschelijk gemoed.

Dr J. ten Brink roemt de teekening der zielsgeschiedenis als haar bijzondere gave, haar psycho^ logisch genie5), en Bern. Koster zegt: „Zij' is een Ililp onder de romanciers", s)

Vele moderne auteurs konden in Mevrouw Bosboom een voortreffelijk© leermeesteres vinden, als zij dit ten minste wilden! Zij houdt er van, haar karakters geheel open te leggen; soms laat zij geen enkel gaasjen het innerlijkste omsluieren. ledere draad van het geheime weefsel der beweegredenen en bedoelingen wordt door haar ter hand genomen. Soms is zij uitvoerig tot uitrafelens toe.') Mij dunkt, dit is hypermodem, inplaats van ouderwets.

'Ook onder het Christelijk volksdeel zijn er zeer velen, die voor de Bosboom-lectuur de schouders ophalen, omdat zij niet goed weten, wat zij er eigenlijk aan hebben. De oorzaak hiervan ligt niet bij de lezers, maar groot©ndeels stellig bij de auteur zelf.

Er is in meer dan één opzicht bij deze kuasteh nares iets tweeslachtigs. Verschillende haxer boeken — en zij behooren tot haar hoofdwerken — zijn van een diep-Christelijken geest dooraderd. Daartegenover zijn ©r andere, waarin niets Christelijks is te vinden.

te vinden. Zij is dat zich levendig bewust. „Ik weet wel", zoo schrijft zij aan Busken Huet, „dat in den 'Wonderdokter meer inzit dan in Majoor Frans, maar il y a deux hommes en nous. De één drijft tot het serieuse, de geschiedenis, — de ander© tot wat luchtiger opvatting". Hierin ligt een niet te verhelen dualisme. Want eenerzij ds verklaart zij: „Ik schreef mijn romans niet om lieden den tijd te korten". Ook stelt zij haar fijne pen niet in dienst van bloot letterkundig genot. Andererzijds wil zij haar boeken dienstbaar doen zijn aan de belijdenis van haar geloof.

Nog scherper valt dat dualisme in 'toog, als zij in haar negenden brief aan Busken Huet schrijft, dat in Majoor Frans het religieuze element afwezig is, „althans slechts sous entendu, indien het er is". Het deed haar leed, dat de roman getiteld „Langs een Omweg" niet genoeg gewaardeerd en begrepen werd. Als haar vriend Van Oosterzee zijn ergernis uitspreekt over de volkomen absentie van het religieus element in dit boek, geeft zij luchtigjes ten antwoord : „Ik wild© nu eenmaal geen stichtelijke lectuur geven, ©n ik ben er niet toe gehouden, dunkt mij." 8) Maar gelet op wat zij telkens als haar groote levensroeping verklaart, was zij daartoe ontwijfelbaar gehouden. Een Christen heeft nooit en nergens het recht, zijn belijdenis van 'sHeeren naam onder stoelen en banken te steken.

Deze tweeslachtigheid moge voor een deel verband houden met het temperamentvolle bloed der oude Hugenoten, van wie zij, zoowel van vadersals van moederszijde afstamt, de eigenlijke oorzaak ligt dieper, n.l. in haar standpunt als discipelinn© van het Réveil. Daardoor vinden wij ook bij haar de eenzijdigheid, waaraan het Réveil, dat wél ©en religieuze, maar geen kerkelijke beweging was, mank ging. Deze heeft er haar toe gebracht, de 'Gereformeerde belijdenis ten opzichte van verschillende capitate stukken te miskennen. Het geloof in Christus is voor haar alles. De liefde acht zij de kern van het Evangelie. De Kerk en de Formulieren des geloO'fs zijn haar zoo goed alS niets. Op

stuitende wijze laat zij zich daar telkens O'ver uit. Zoo schrijft zij aan Dr Wilkens, Duitsch predikant in de residentie, „dat men in de zich noemend© O'rthodoxe kringen elkander de vrijheid niet gunt, anders te denken, te voelen en t© handelen, dan naar zekere geijkte formules. D'us blijf ik daarbuiten en ben niet van de coterie der geloovigen." Zij ge^ voelt zich daar oo'k niet thuis, hoewel zij er vrienden onder heeft, die zij ho'Og acht.

En tot Busken Huet zegt zij: „Wees zoo O'Ukerkelijk als gij wilt, n'importe — hoe meer gij er buiten staat hoe beter, des te vrijer en hooger 133 staat gij, maar zonder God in de wereld, dat is mij ondenkbaar".

Mevrouw Bosboom-Toussaint verwachtte het in den kamp voor het Evangelisch volksgeloof alléén van wat het Réveil haar geboden had. Voor de Kerk, voor de Formulieren van Eenigheid, voor Kerkregeering, heeft zij veelal slechts schimp. En toch kunnen déze alleen het geloof, waarvoor zij streed, duurzaam beveiligen. Zoo is het te begrijpen, dat zij met name de 'Gereformeerde belijders ten deel© dicht nadert, en ten deele O'ok vèr van zich verwijdert. Zij heeft de 'Gerefo-rmeerde belijdenis: lief — doch op haar wijze. S. Anema zegt het pittig ©n teekenachtig: „Half Gerefoirmeerd was zij, met verticale doorsnede". ^)

De vraag is dan ook niet af te wijzen of de auteur, die de worsteling der Reformatie op zoo aangrijpende wijze teekende, door de miskenning van het hart der Gerefo'rmeerde belijdenis er niet toe móést vervallen, te grijpen „naast het hart onzer historie, en het hart, dat haar ©n haar werk lief kreeg telkens (te) wonden".") Dit neemt echter niets weg van het feit, dat het oeuvre van Mevrouw Bosboom ten aanzien van het Christelijk geloof en van h©t Christelijk leven een schatkamer is van schoon© ©n rijk uitgewerkte gedachten. Heemstede.


') Dr J. C. Rullmann. Christelijke Encyclopaedic. J. H. Kok, I, blz. 358.

") Dr H. J. A. M. Schaepman. Menschen en boeken, I, blz. 86.

") Revue des deux Mondes, 1848.

*) C. Mulder. Nederland's grootste romancière. Vrije Kerk, November-aflevering 1880.

') Dr J. ten Brink. Mevr. Bosboom beschreven, blz. 63.

°) „Fictie en Historie". Gids, 1860, II, blz. 687.

') Dr Schaepman, t. a. p.

') Dr Johs Dyserinck. A. L. G. Bosboom-Toussaint. Levensen karakterschets, blz. 223.

°) Seerp Anema. Wat Verzen en Proza, blz. 205.

"°) S. Anema, t.a.p., blz. 188.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 22 januari 1932

De Reformatie | 8 Pagina's

Evangelisatie-motieven uit de werkten van Mevrouw Bosboom Toussaint.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 22 januari 1932

De Reformatie | 8 Pagina's