GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

ZIEL KUNDE

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

ZIEL KUNDE

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

De ontwikkeling van 't begrip „geest".

Naast algemeene leiding waarin de redactie geen „ja" en „neen" tegelijk het woord geeft, beoogt „De Reformatie" volgens den oorspronkelijken opzet óók het woord tö geven aan meeningen, waarvan de uitspraak bijdrags wil zijn tot d© algemeene discussie. Een discussie over het onderwerp van dit artikel is voorgenomen op een vergadering aan het eind der maand. Daarom nemen

we dit artikel gaarne op.

Redactie.

De discussie in de pers over het begrip „geest"' wordt o.i. vertroebeld, doordat men niet let op de historie, die dit begrip heeft doorgemaakl. Eenerzijds wordt „geest" opgevat als een term voor het hoogere zieleleven, anderzijds als een term voor de substantie van de ziel. Beide opvattingen worden verdedigd met een beroep op ric H. Schrift, waarbij bewijsplaatsen uit het O. en N, Testament naast elkander geplaatst worden. Hiertegen is geen bezwaar als in 'IN. Testament worden voortgezet de Oud-Testamentische uitdrukkingen, doch wel wanneer het geheel nieuwe gedachten geldt. Dan moet met de historie van de taal gerekend worden, en de invloeden, die daarop gewerkt hebben.

We willen hier enkele voorbeelden uit de H. Schrift geven om te laten zien, welke veranderingen in de historie van het begrip „geest" zijn ingetreden.

Allereerst merken we op, dat de beide Hebreeuwsche woorden „rüach" en „neschamah" niet identische faeteekenis hebben en ten onrechte met elkaar vereenzelvigd worden. Ruach heeft veel

fruimer zin dan neschamah. Het staat vaak voor levenskracht en levensrichting, b.v. in uitdrukkingen, als „een geest des diepen slaaps". (Voor beïwijsplaatsen zie men mijn: „Gevoel in de Heiliga Schrift", pag. 16 v.v.).

" Voorts blijkt, dat de oudste beteekenis van .„geest" is „neiging", impuls, begeerte. Bij den aartsvader Jakob ging de geest weg door schrik, 'iaj Simson en bij den Amelekiet te Ziklag keerde ; |iij weder door voedsel. De dorre doodsbeenderen van Ez. 37 kregen geest om op hun voeten te staan. Van de cherubs heet het: „waarheen de geest was om te gaan, gingen ze". Hierbij kan men toch niet denken aan het wezen van de ziel of aan hoogere functies, want die gaan niet weg om straks terug te keeren.

Ook wordt de geest verbonden met het gevoel van lust en onlust, vooral bij dichters, zoodat zij spreken van oen opgewekten en een verslagen geest. 'sMenschen geest kan zijn bitter, benauwd, bezwaard, gemelijk, gebroken, bezwijkend, overstelpt, bedroefd, doorstoken, gewillig, blij. De geest : kan dus tegenwerlung en medewerldng ondervinden van de zijde van hét gevoel. Liefhebben en haten doet de mensch niet met zijn geest, maar met zijn ziel en haar receptieve zij de, het hart. Denken evenmin, volgens de Oud-Testamentische schrijvers. Op •d© ééne plaats, Psalm 77 vs 7, waar de geest onderzoekt, volgens de Statenvertaling, hebben de LXX skallein, d.i. omwoelen. Ook heerscht de geest niet, maar wordt geregeerd volgens Spr. 16 vs 32, Pred. 8 vs 8 e.a.p.

Het komt ons voor, dat in het O. Testament naar oosterschen trant de onderscheiding van het zieleleven in allerlei functies ontbreekt. De tegenstelling van hel „ik" en zijn functies is van wes- 'terschen oorsprong. Het Oude Testament kent hier /•alleen de oorrelatie actief en passief. Het hart is de menscli naar zijn passieve zijde, de geest de mensch naar zijn actieve zijde. Daarmede stemt overeen, dat bij het sterven de .geest weggaat en wederkeert tot God, die hem gegeven heeft, want bij den dood houdt alle aardsdie activiteit op, door God in den mensch geschapen.

Geest en ziel zijn dus in het Oude Testament niet hetzelfde begrip met verschillende namen. De ziel heeft alle emoties, ze begeert, ze heeft lief en ze haat, ze heeft zelfbewustzijn en verantwoordelijkheid (a.w. pag. 97—100). Bij de ziel denken de Oud-Testamentische schrijvers ook aan activiteit, maar ze is van anderen aard, n.l. zelf-activiteit. Nergens lezen we, dat we God moeten liefhebben met den geest, maar wel met de ziel. Bij den dood van Rachel gaat hare ziel uit en Bileam verwacht, dat zijn ziel zal sterven. Dit beteekent, dat bij den dood ook de aardsche zelf-activiteit des menschen ophoudt.

Bij de Zeventigen is de Grieksche invloed op bovengenoemde terminologie reeds merkbaar. Bij de vertaling van Gen. 7 vs 22 is neshamah-rüach nog pnoë, d.i. levens-adem, maar in Num. 27 vs 16 wordt de geest (pneuma) gesteld tegenover het vleesch door de invoeging van kal d.i. „en". God is een God der geesten en van alle vleesch.

In het Nieuwe Testament werkt de Oud-Testamentische beteekenis van „geest" als activiteit nog na. Het Uchaam is dood zonder geest en de mensch geeft den geest bij het sterven. Het beeld van het beest in Op. 13 vs 15 wordt een ^©est gegeven, op» dat het zou spreken.

Het nieuwe van den Nieuw-Testamentischen term „geesf is, dat de geest (pneuma) nu voorkomt als principe van beweging, evenals bij de Grieken, in tegenstelling met „vleesch" (sarks) als principe van de stoffelijke zijde des menschen, o.a. Hebreen 12 vs 9: de Vader der geesten en de vaders onzes vleesches. Bovendien bevat het N. Testament een andere tegenstelling, die de Grieksche schrijvers niet kennen, n.l. die tusschen vleesch als zondige levensrichting en den Heiligen Geest, die aan de geloovigen gegeven is door Christus, o.a. Gal. 5 vs 17.

Deze drieërlei beteekenis van „geest" in het N. Testament correspondeert met de veranderde beteekenis van de begrippen „hart" en „ziel". Doch daarover moet apart worden gehandeld.

LOS.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 25 oktober 1935

De Reformatie | 8 Pagina's

ZIEL KUNDE

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 25 oktober 1935

De Reformatie | 8 Pagina's