GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

LITERATUUR EN KUNST

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

LITERATUUR EN KUNST

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

Een vonnis over '80.

Een eigenaardig boek verscheen in derden druk in de Salamander-reeks. Men zou het kunnen noemen, een historischen roman over de beweging van 1880. De eerste druk van 1898 en de tweede van 1908 maakten niet zoo veel opgang, omdat de overwinning der taalrevoluüonairen zoo volledig was geweest, dat een tegenstander geen schijn van kans op succes bleek te hebben.

Hoewel de nawerking der '80-er beweging nog merkbaar is, heeft zij zich reeds lang overleefd en de jongere generaLie spreekt nog slechts smalend, of zwijgt liever geheel over de eertijds groote mannen.

Nadat Kloos c.s. de oudere critici erin hadden laten loopen met het boekje „Julia", en daarna in de „Nieuwe Gids" de onbevoegdheid dier heeren inzake literaire criüek overtuigend hadden aangetoond, was het pleit voor de jongeren gewonnen. Tegen een zoo geforceerden aanval bleken de oudere schrijvers niet bestand. Wat zich nog niet gewonnen gaf, werd door Van Deyssel in daverende scheldrecensies afgemaakt, waarop deze virtuoos in het schelden te kennen gaf, dat hij voortaan zou schrijven en dat zij konden ophouden. Kloos ontwikkelde, kalmer betoogend, het programma der nieuwe richting en decreteerde dat klankrijke woorden en oorspronkelijke beelden de oude rhetoriek moesten vervangen.

Het is hier niet de plaats uitvoerig het kwade en goede van deze geruchtmakende beweging te behandelen. Ieder, die iets aan literatuur-studie heeft gedaan, weet hoe snel de schijnbare eenheid afbrokkelde en uiteen viel. Het individuahsnie, als hoogste goed bewierookt, bleek de gevaarlijkste sphjtzwam te zijn. De mannen die gezamenlijk de oudere generatie hadden afgemaakt, vielen al spoedig elkaar even heftig aan als ze het vroeger anderen deden.

De felste aanval wellicht kwam van den kant van een der oprichters van de „Nieuwe Gids", die door het veelvuldig persoonhjk contact alle voormannen intiem kende en dus over veel materiaal kon bescliikken. Op soms geestige, maar meestal scherp sarcastische wijze liet Paap do groote mannen van '80 in al hun kleinheid en onbeduidendheid optreden in zijn sleutelroman: Vincent Haman.

Heel gemakkelijk was het achter dezen hoofdpersoon de figuur van Lodewijk van Deyssel te •ontdekken. Dat niet alle trekken van deze beiden overeenkomen spreekt van zelf, als men weet dat Paap met zijn boek een roman bedoelde te schrijven, waarin het inhoudlooze aestheticis'me bespottelijk gemaakt werd. Daar Van Deyssel dé iman was van den nieuwen prozasüjl, en Paap , als ras-echt Multatuhaan de poëzie niet hoog aansloeg, richtte hij zijn aanval op den prozaïst,

Kloos zag hij meer als een naleven droomer, die van het werkelijke leven niets begreep en na enkele goede artikelen en slechte sonnetten, al spoedig verviel tot een onbeduidende verzenmakerij naar Engelsch voorbeeld.

Als trouwe leerling van Multatuli, deelde hij diens haat tegen de Nederlandsche literatuur van de tweede helft der negentiende eeuw. Aanvankelijk kon hij derhalve meegaan met de jongeren die deze „napraters" van hun plaats wilden duwen. Toen hij evenwel begreep, dat zij niet Multatuli's eisch van rechtschapenheid wilden navolgen, maar in schoonen, zelfs vaak inhoudloozen stijl, hun doel vonden, keerde hij zich van hen : af. Voor hem braditen zij niet iets nieuws tot stand, maar werden zij op hun beurt weer navertellers van hun bespotte voorgangers. Vmcent is daarom de zoon van Godevaert Haman, die evenals zijn broers en voorvaderen slechts 0Yer\'ertelden, wat anderen over onze groote dichters hadden geschreven en ijverig bloemlezingen maakten uit hun werken.

De opzet van den roman is dan ook keurig. Op een diner ten huize van vader Godevaert komen oude en jongere generatie met elkaar in aanraking. De ouderen, zich nog van hun meerderheid bewust, beheerschen den avond en dulden goedig den spot der jongeren. Tevergeefs tracht de sympathieke Esther, dochter van een der dorste loude-schrijvers-napluisers, den opvliegenden Vincent te kalmeeren. Zij blijft het geheele boek door een trait d'union tusschen beide generaties. Zelf voortgekomen uit den meest bespotten kring der ouderen, is ze door aanleg en neiging een vriendin en beschermster der jongeren. Het door haar vader nagelaten geld gebruikt ze om daarmee diens felle tegenstanders in hun werk te steunen.

Toch wordt ze nooit een der hunnen. Tot een huwelijk tusschen haar en Vincent komt het niet, ondanks hun wederzijdsche hoogadhting. Ten slotte trouwt Vincent, die zich niet thuis voelt bij de edele, fijngevoelige Esther, een verloopen cabaretartiste.

Dit huwelijk, zoo geheel in strijd met de tradities

van het aanzienlijke Haman-geslacht, wordt gevierc met een grootsch diner, ten huize van een der oudere liamans. Weer zijn beide generaties bijeen, maar in geheel andere verhouding. Van de ongegeneerde vrijmoedigheid der jongeren is niets meer over. Het zijn deftige, maatschappelijke menschen geworden, die zich keurig kleeden en gedragen. Zij hebben hun doel bereikt; men spreekt over hen en schrijft hen na. En de ouderen, zij hebben hun zelfgenoegzaamheid' verloren, ze zijn büj dat ze nog ouder de auspiciën der jongeren mee mogen doen.

Het toppunt van sarcasme bereikt Paap in de feestrede, die hij een der ouderen laat houden in den inhoudloozen, taal-ontwrichtenden „aesthetischen" stijl der jongeren, op dit feest in de Nederlandsche literatuur, waarbij de voorman der aesthetischen zich verbindt met een straatmeid.

Voor het eind der 19de eeuw is hierdoor een vonnis gesproken pver de literaire beweging van '80, zwaarder dan later ooit is uitgesproken. Omdat daardoor alle voormannen geh-offen werden, liebben ze dit boek nog eenparig kunnen wegcritiseeren, ondanks hun toen reeds bes.taande oneenigheden.

Nu heeft de beweging zich zelf overleefd, is ze van weinig belang meer en dit boek is daartnee alleen literair document geworden. Als zoodanig zal het zijn beteekenis blijven behouden. Als roman heeft het zijn verdiensten, zooals we zagen. Daarnaast staan echter bezwaren. Veel te lang wordt uitgeweid over de personen, de karakteristiek is dikwijls te persoonlijk en sterk eenzijdig. De Multatuliaan kan slechts in Multatiüi een groot man zien, de Zola van Nederland. Van de anderen deugt haast niets.

Maar vooral: De geheele toon is zoo grof realistisch en zoo Multatuliaansch anti-godsdienstig, dat het boek als roman niet kan aanbevolen worden. Voor literatuur-beoefenaars was het boek nog wel Ie verkrijgen, voor gewone lezers had het niet herdrukt behoeven te worden.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 25 september 1936

De Reformatie | 12 Pagina's

LITERATUUR EN KUNST

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 25 september 1936

De Reformatie | 12 Pagina's