GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Aangaande mij en mijn huis

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Aangaande mij en mijn huis

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

Als gij langs den weg gaat.

Het spreekt nog steeds tot ons, als we in de Evangeliën lezen, hoe de Heere met Zijn discipelen en met de scharen omging, en hen onderwees: als Hij nederzat op den berg en zoo tot de schare sprak; of zittende op het schip, het volk leerde, dat zich verzameld had aan den oever der zee; dan weer met hen wandelde door het gezaaide; een anderen keer zich, vermoeid van de reis, neerzette bij de fontein Jacobs te Sichar en daar een gesprek aanknoopte met de Samaritaansche vrouw; of op weg naar Jeruzalem over haar

weende en haar het ras naderende oordeel voorspelde; op den dag Zijner opstanding Zich voegde bij de, met sombei'e gedachten vervulde, Emmaüsgangers en hun de Schriften opende, gelijk Hij op den morgen van den Hemelvaartsdag voor het laatst met de elven den Olijfberg opklom, sprekende met hen over de komst van het Koninkrijk Gods.

Wij lazen daarvan niet met zooveel woorden, maar uit de geschiedenis zelf, zooals die ons in het Evangelie beschreven wordt, is het ons duidelijk, dat ook de Hejland van Zijn Vader het gebod ontvangen had, dat Hij het voJlj Israël, en in het bijzonder Zijn jongeren, de geh^'imenissen van het Koninkrijk der hemelen zou openbaren, als Hij langs den weg ging. En hoe is Hij hierin den Vader gehoorzaam geweest!

Maar ook van ons, vaders, eischt de God des Verbonds, dat wij tot onze kinderen zullen spreken van Zijn wonderen, van den rijkdom Zijner genade, van de vastigheid, de beloften en de eischen van Zijn verbond, niet alleen als we met hén thuis zijn, ook als wij met hen langs den weg gaan. Ons verkeer met hen moet er altijd op gericht zijn, als iets vanzelfsprekends, dat zij al beter den Heere, Zijn dienst en Zijn Woord leeren kennen. Zooals de zon niet anders kan, dan licht en warmte uit te stralen, en daarmee vroolljkheid en vruchtbaarheid rondom zich verspreidt — zoo zal van de waarlijk godvruchtige ouders overal en altijd, waar ze de kinderen om zich heen hebben, iets moeten uitgaan, waardoor hun kennen van den Heere en hun leven voor den Heere wordt verrijkt; dus ook als we met hen langs den weg gaan.

Als de vader met zijn jonge volkje uit wandelen gaat, de stad uit, de velden of bosschen in, waar overheen zich de hemel welft, dan moet het voor hen zijn, alsof ze de toonzalen binnentreden van wat de Heere gewrocht heeft. En daarom de oogen en ooren, en voofal ook het hart open! Want altijd en overal is er iets moois, iets wonders, iets heerlijks te zien en te beluisteren. En dan niet met fiets of auto er op uit, zooals velen in marsch-tempo door het museum hollen — maar zich j-ustig den tijd gunnen; nu eens zich neervhjen in het gras, om blad en bloem te bewonderen in haar schoonen bouw; of vlinders en bijen bespieden in hun druk beweeg, door God bekwaam toegerust tot hun werk; of de velerlei vogels volgen in hun vlucht; dan weer, gezeten aan den waterkant, zich verbazen over den rijkdom van planten en dieren, in allerlei formatie' en kleur; of zich verlustigen in het kleurenspel van den avondhemel en het woord uit Psalm 8 weerklank vindt in de harten: „Als ik Uwen hemel aanzie, het werk Uwer vingeren, de maan en de sterren, die Gij bereid hebt: wat is de mensch, dat' Gij zijner gedenkt? en de zoon des menschen, dat Gij hem bezoekt? " „O Heere, onze Heere, hoe heerlijk is Uw Naam op de gansche aarde!"

Als wij met onze kinderen langs den weg gaan en aan den hemel vertoont zich de regenboog, die altijd het kind opnieuw in vervoering breng; t, hoe schoon is dan de gelegenheid om te spreken van de onveranderlijke trouw des Heeren, die naar Zijn belofte, zaaiing en oogst, en koude en hitte, en zomer en winter, en dag en nacht, nimmer doet ophouden, zoodat we in Hem gerust kunnen zijn.

Als we langs den weg gaan, en de wolken onheilspellend zich samenpakken, in koperen gloed gezet door de zon, die daar achter brandt, en het hart vervuld wordt met angst — hoe zal de vader als vanzelf wijzen op wat er in de wereld gaande is, vol dreigingen, van oorlog en revolutie, die God om onzer zonden wil over de volken brengt, maar waarin Zijn volk gescheepje in nood, omdat de Meester aan boord was!

Navolgers zullen we ook hierin hebben te zijn van onzen groeten Profeet, Die sprak van de muschjes, die verkocht werden twee voor een penning, maar toch niet van den hemelschen Vader vergeten; Die wees op de leliën des velds, bekleed met grooter heerlijkheid dan ooit Salomo had bezeten: hoe zou Hij Zijn kinderen dan niet veel meer bekleeden!; Die heenwijzend naar een stad, gelegen op een berg en van verre gezien wordt. Zijn discipelen wees op hun roeping in het midden der wereld; Die aan den zaalenden landman, aan den visscher in zijn bedrijf, aan den wijnstok en • den vijgeboom de stof ontleende voor Zijn onderricht!

Op één ding moge ik nog wijzen. Als de vader met zijn zoon langs den weg gaat, omsloten van de stilte, door niemand beluisterd — hoe schoon is dan de gelegenheid voor den zoon, om de vragen, die leven in zijn hart, de zorgen, die zijn jeugd versomberen, de twijfelingen, die zijn kinderlijk geloof doen wankelen —• voor zijn vader uit te spreken; hoe vindt de vader dan gelegenheid om hem te spreken van de onwankelbare trouw van Gods Verbond, van de wondere zorg, die de Heere heeft voor Zijn kinderen, van de genade, die er in Christus is voor allen, die Hem vreezen: „Zoo hoog de hemel is boven de aarde, is Zijne goedertierenheid geweldig over degenen, die Hem • vreezen; zoo ver het Oosten is van het Westen, zoo ver doet Hij onze overtredingen van ons; gehjk een vader zich ontfermt over de kinderen, ontfermt zich de Heere over die Hem vreezen".

HUISMAN.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 5 november 1949

De Reformatie | 8 Pagina's

Aangaande mij en mijn huis

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 5 november 1949

De Reformatie | 8 Pagina's