GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Hoe bouw jij je menu?

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Hoe bouw jij je menu?

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

Amice,

Een wijnimporteur, zomer 1951, gaf onlangs een reclame-brochure uit, die uitliep op zoo iets als een paradox. De laatste bladzij, eerste regel, en dezelfde bladzij, laatste regel, leken me zoo'n beetje paradoxaal. De eerste regel stelt met groote letter de vraag: „welke wijn bij weilc gereclit? " Dat is zooveel als het opschrift. Je deukt dus: dit Is de laatste bladzij, met de laatste collectie zachte wenken. Je kunt nu leeren, wat te schenken Is

toij een nagerecht, wat bij een fole gras, wat bij een vischgerecht, wat bij een vleescligerecht van wit vleesch en gevogelte, wat bij een vleeschgerecht van (Jonker vleesch en wild, wat bij het nagerecht (taart, parfait, blanc manger) en wat bij kaas en noten, en wat bij de koffie. Je droomt bij de lectuur even, alsof je nog in Europa woonde. En dat is niet zoo. Je woont tussehen Washington en Moskou, en laat den importeur dus maar adviseeren. Maar als je nu denkt, dat je een goeie leerling en een goed kenner bent, zoodra je al die adviezen van buiten geleerd hebt, dan heb je toch je vergist. De adviseur schraapt de keel, en zegt pardoes: „overigens". Dat Is een mooi woord, je moet er geweldig mee oppassen — ik heb ook mijn „overigens-periode" gehad, maar later drong het tot me door, dat dat een teeken van luiheid of van domheid was, als je erg vaak: , , overigens" zegt. Onze wijnimporteur valt hier buiten: die zegt het maar één keer, zoo tegen het afscheid. Als je het zóó doet, met een matte stem, Ietwat herablassend, met een handgebaar, dat het afscheid als voor niet zoo heel zwaar komt verklaren, dan ben je een diplomaat gebleken, die gedurende heel het onderhoud nog niet zijn vollen geest heeft uitgelaten, en den bezoeker critisch bekeken heeft, heel den tijd, zonder dat deze 't merkte. Pas op voor zulke diplomaten — als ze kwaad zijn, en houd ze in de gaten, zelfs als ze goed zijn. Sommige diplomaten laten nèt even aan hun laatste zinnetje bij het afscheid hun reserve even 'n heel klein tUcje varen; dan weet jij — als je zelf niet lul en dom bent — zoo ongeveer wat er In den geest van je partner wezen zal en hoe hij kijken zal, als hij weer alleen Is. •

Overigens is dit maar een uitstapje.

Het is overigens niet heelemaal buiten de orde.

Want ik kom weer op onzen wijnleverancier terug. Hij besluit — nog altijd onder het opschrift: , , welke wijn bij het gerecht? " — met deze afscheidswoorden:

, , De ware (accent van mij, A. V.), de wSre wijnliefhebber kiest overigens eerst zijn wijnen en groepeert daaromheen de gerechten".

Ziezoo, nu weet je het: je was maar een kleinburgerlijk mannetje, ook toen je eens — lang geleden — je gasten wou onthalen op een wijn, die bij het gerecht paste. Je was nog de ware wijnllefhebber niet. De ware kiest geen wijn bij het gerecht, doch het gerecht bij den wijn. De ware groepeert geen flessehen om de borden, doch de borden om de flessehen. De wé.re zegt niet: wat zullen we vandaag eten (en dan eens verder kijken naar wat er in den kelder Is) ? , doch: wat zullen we vandaag drinken (en dan eens verder kijken naar wat er in de ijskast of in de provlandkast is, blikjes en zoo). De ware wijnllefhebber drinkt geen Chablis bij de visch, maar eet visch bij den Chablis. De ware wijnllefhebber schiet geen reebok, om dan bij het bokkevleesch een hoogen Bourgogne te drinken, of een Grand Cru uit de Medoc doch hij besluit een Bourgogne, een Grand Cru te drinken, en deswege neemt hij zijn geweer en schiet dien reebok. Anders schoot hij een bok, vindt hij.

Met zijn „overigens" heeft die wijn-importeur precies gezegd, waar je woont — tussehen oost en west. Als je nog in wijlen Europa woonde — cultuurgebied, de heele wereld de baas — dan zou je van je wijnleverancier een reeks zachte wenken krijgen onder den titel: welk gerecht bij welken wijn? Maar met zijn „overigens" bij het afscheid wil de adviseur-diplomaat zeggen: ik heb je wel door, en weet wel, dat jij ook platzak bent, en dat Europa doodgaat, en dat ze niks meer geven om Italiaanschen stedenbouw, Portugeeschen stijl, Vlaamsche klokken, Nederlandsche schilderkunst. Dat we liggen te wachten op ons strookje tussehen oost en west op wat ze ginds en elders hebben besloten. Vandaar dat: „overigens". De leverancier glimlachte fijntjes, toen hij je uitliet. Maar hij keek sip, toen hij alleen was. Hij was niet geméén — overigens kun je ook „fijn" spreken met een „overigens".

Wat ik hiermee wil, vraag je? Wel — da's nog al simpel. Ik wou je er aan herinneren, dat twee jeugdprogramma's op elkaar kunnen lijken als twee druppels water, en toch evenveel kunnen verschillen als twee menu's. Net zoo goed als Chablis bij visch, en Bourgogne bij reerug erg veel lijkt op visch bij Chablis en reerug bij Bourgogne. Toch is er verschil. Den éénen keer ben je bij een eter, den anderen keer bij een drinker.

Zoo ook bij ons. Den éénen keer heb je sport met bijbel, je hebt een sportdag; den anderen keer bijbelstudie en sport: je hebt een bijbeldag.

De een heeft „chrlstelijkheden" uitgezocht als garneering voor „natuurlijkheden"; de ander gebruikt „natuurlijke gaven" bij het christelijk geloofseten uit de hand van zijn Heere.

Val je de kamer binnen, dan kun je niet veel verschil zien In het menu. Van die twee: den vleesch-met-wijnman, èn den wijn-met-vleesch-man. Maar het verschil is er wel degelijk: de één een eter, de ander een drinker.

Ik had eerst op mijn lijstje heel wat onderwerpjes, om bij wijze van voorbeeld te gebruiken. Bij nader. Inzien doe ik het niet zóó, ik laat ze allemaal maar rusten. Ik wou alleen maar, dat jij eens goed hierover nadacht: de één Is een eter, de ander een drinker, zelfs als ze — wat mogelijk Is — precies hetzelfde menu hebben opgebouwd.

Want achter de menu's liggen de harten.

Het komt tenslotte aan op de laatste keus, die steeds de eerste wezen moet. Ook in je uitgaansdagen, je tijdverdeellng, je lectuur, je ontspanning, je vermaak.

Als jij dat zinnetje onthoudt van dien wijnleverancier, en er mee Inkeert tot je zelf, wel, ik geloof, dat je dan wat hebt opgestoken, dat je helpen kan.

Als een ezelsbruggetje?

Natuurlijk, beste kerel, want je kunt het veel beter zeggen in christelijk proza.

Prozaïsch gegroet,

van je ADOLPHUS VENATOR.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 30 juni 1951

De Reformatie | 8 Pagina's

Hoe bouw jij je menu?

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 30 juni 1951

De Reformatie | 8 Pagina's