GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Uit de Pers.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Uit de Pers.

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

Ter snede merkt Ds. Gispen in de Bazuin op, dat niet meer het vraagstuk der vereeniging, maar alleen de quaestie van uitvoering op de straks dagende Synode aan de orde komt.

In ons kerkelijk leven krijgen we een druk voorjaar. Nu we reeds in het begin van Juni Synode moeten houden, moeten alle mindere vergaderingen half Mei met alles klaar zijn. Doch het is wat men noemt eene Synode itad hoc" d-i. eene Synode voor eene bepaalde zaak en voor een bepaald doel. En dat doel is, de ten vorige jare in beginsel tot stand gekoniene vereeniging der Ned. Geref. en Christ. Geref. kerken, practisch tot uitvoering te brengen. De vraag: kunnen, zullen we vereenigen? bestaat niet meer. Zij is, ten vorige jare, van weerszijden toestemmend beantwoord, Nu is de vraag aan de orde: hoe kunnen en moeten we handelen om op elke plaats, in elke classis, in elke provincie, die eenheid des kerkelijken levens in het leven te doen treden, er eene zichtbare gestalte aangeven, overeenkomstig den aard en de natuur der Gereformeerde Kerkenordening?

Het waren geen twee schaakspelende partijen, waarvan de één won en de ander verloor. Verlies is hier voor niemand. Beiderzijds wint men.

Dat het antwoord op die vraag heel wat hoofdbrekens kost, dat er veel beleid, veel geduld, veel voorzichtigheid noodig zal zijn, om alles tot een goed einde te brengen, begrijpt gij lichtelijk. Doch wij hebben goeden moed. De voorteekenen zijn niet ongunstig. Er is van weerszijden een ernstige wil om tot eene goede uitkomst te komen. Er is, zoover mij bekend is, eenstemmigheid.

Dat er hier of daar nog een enkele bezwaarde broeder of zuster is, geloof ik wel. Die bezwaardheid vloeit meestal uit misverstand voort. Een Doleerende broeder kan denken: nu hebben ze mij toch tot het standpunt der Scheiding gebracht, en dat wil ik niet. En een Afgescheiden broeder kan denken; nu worden we toch door de Doleerenden opgeslokt, en is het met de Scheiding uit. Beide voorstellingen zijn onwaar en ongegrond. Wij eerbiedigen elkanders bijzondere zienswijze, zooals we dat ook in 1869 gedaan hebben. En practisch gaat dat gansche verschil, met den loop der jaren, van zelf de wereld uit; dan groeien we van zelf saam, op één zelfden wortel, die niet is: separatie of doleantie; maar de Belijdenis en de Kerkorde der Nederlandsche Gereformeerde kerken.

Op onze classis te Amsterdam is, met betrekking tot de roeping onzer kerken tegenover de Gereformeerden, die nog niet met ons vereenigd zijn, besloten aan de Synode voor te stellen: dat de Synode eenige algemeene regelen vaststelle, opdat zooveel mogelijk eenheid in de practijk worde verkregen, zoo ten op zichte van het opnemen van reeds bestaande kerkeraden in ons kerkverband als van het formeeren van kerkeraden op plaatsen, waar de rechte vorm der kerk ontbreekt, als ook ten opzichte van het opnemen van lidmaten in de plaatselijke kerlr, met dien verstande, dat bij de methode van reformatie en het opnemen van lidmaten uit de Ned. Herv. kerk rekening worde gehouden met den geestelijken toestand der plaatselijke afdeelingen van dit Genootschap.

Mocht dit, of een ander voorstel met dezelfde strekking, worden aangenomen, dan denk ik dat geen broeder of zuster, die werkelijk in en met de kerk meê leeft, op den duur bezwaard kan blijven-

En ook de Kerkelijke Kassen-quaestie vindt zich wel, mits men niet ^overhaaste, niet te veel dringe.

Eechtszekerheid op kerkelijk gebied is - zulk een ongrijpbare grootheid.

Doch alles hangt, ten slotte, van 'sHeeren zegen af. Voor de plaatselijke ineensraelting leveren zeker de Kerkelijke Kassen eenig bezwaar op-Of het een onoverkomelijk bezwaar is, kan ik niet beoordeelen. Ik voor mij wenschte het beheer van de stoffelijke goederen der kerk in dezelfde handen te zien, die ook in het geestelijke de gemeente regeeren, d. i. in handen van den kerkeraad, die uit zijn midden eene commissie ad hoc benoemt, eene commissie die zeer beperkt is in haar macht, en ten slotte ntoet uitvoeren, wat de kerljeraad besluit. Ik geloof, dat deze regeling geheel past voor eene vrije, van de burgelijke Overheid maar ook van een burgelijke Vereeniging, onafhankelijke kerk. Op dit stuk besloot onze classis dan ook er bij de Synode op aan te dringen, dat de Kerkelijke Kas sen, waar het kan met behoud van de rechtszekerh der goederen^ zo spoedig mogelijk worden opgeruimd Het onmogelijke en ongerijmde mogen we niet vergen. Te zeggea: de Kerkelijke Kas moet weg is nie^ moeilijk. Maar moeilijker is het aan te geven, wat er dan voor in de plaats moet komen, met behoud van de rechtszekerheid der kerkelijke goederen.

Het kamerdebat tusschen den Minister van Justitie en den heer Noordtzij heeft op dit punt groote onzekerheid aan het licht gebracht. En indien het gevoelen van den Minister, dat door vele rechtsgeleerden als het ware wordt erkend, eens door de rech terlijk'e macht, ten laatste door den Hoogen Raad, als zin en eisch der wet wordt aangenomen, komen we voor moeilijke vragen te staan.

In het maatschappelijke leven zeggen we wel eens: eulen en Aken zijn niet op één dag gebouwd Laten e dan ook in het kerkelijke leven niet alles op eens n voor altijd afgewerkt voor ons willen hebben, maar eeleer de handen - der bouwlieden sterken, met ons ertrouwen en ons gebed.

Van Vader Brumraelkamp heb ik geleerd, de kerk p aarde te beschouwen als een groot ziekenhuis, aar allerlei patiënten zich bevinden met allerlei walen. Doctoren en verplegers hebben dagelijks de anden vol. Als ze met het eene klaar zijn, staat het ndere weer te wachten. Klaar komen we nooit. iever zag ik de kerk als een grooten tuin met llerlei bloemen, vol geur en kleur, vol liefeijkheid en harmonie, een Eden en Paradijs op arde. Maar dat is nu eenmaal niet zoo. En als ons aak afmattend en ontmoedigend werk door God ezegend wordt om velen, mocht het zijn allen, als e het ziekenhuis voor goed verlaten, te doen komen n de plaats, waar men niet meer ziek is, omdat er een ongerechtigheden zijn, dan zal het ook blijken, at ons werk toch niet ijdel is geweest, z m b d t

De dagen korten nu op. Ons volgend nummer heet an nog vier a vijf weken, itten reeds. het reeds Mei. en de Synoden d r g

KUYPER.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 24 april 1892

De Heraut | 4 Pagina's

Uit de Pers.

Bekijk de hele uitgave van zondag 24 april 1892

De Heraut | 4 Pagina's