mate de subsidie toeneemt,

mate de subsidie toeneemt, ook dit is een les der historie, daalt de offervaardigheid der gemeente.

Nu is het volkomen waar, dat de voorgestelde regeling aan de verleening dezer subsidie thans geen enkele voorwaarde verbindt, en zoolang weeën Christelijke Regeering hebben, vreezen we niet, dat deze van de fiaantieele afhankelijkheid der Kerk partij zal trekken. Maar de mogelijkheid blijft bestaan, dat over korter of langer tijd de geest weer zal omkeeren, het radicalisme en socialisme in het pat lement het overwicht zal krijgen en de Regeeringsmacht in handen zal komen van een partij, die de Kerk vijandig is. Wat de Kerk dan te wachten zou staan, heeft het voorbeeld van Frankrijk getoond. De staatssubsidie zou gebonden worden aan voorwaarden, waaraan de Kerk niet zou mogen voldoen, of de fiaantieele band zou plotseling ruw-weg worden doorgesneden door alle staatssubsidiën in te houden. En welke gevolgen dit hebben zou, kan de Roomsche Kerk in Frankrijk leeren, waar de gemeente, aan geven ontwend, haar pastoors gebrek laat lijden en het bestaan der Kerk zelfs op menige plaats is bedreigd.

Het is daarom, dat we voor onze Gereformeerde Kerken het voorgestelde artikel niet zonder vreeze üea ingediend. Wordt het aangenomen, dan zal de verleiding voor menige Kerk, die met haar financiën tobt, zeer groot blijken, om deze Staatssubsidie te aanvaarden. En daarmede is de zilveren koorde, om wier losmaking we vroegen, ook over onze kerken heengeslagen, die dusverre in haar onafhankelijkheid van den Staat haar eere hebben gesteld.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen