GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Buitenland.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Buitenland.

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

Duitschland. De Roomsche Kerk wordt vrijer, de Evangelische blijft gekneveld.

In het orgaan der Pruisische nationale vergadering, heeft de Pruisische regeering doen weten, dat voortaan de z.g. «Anzeigepflicht* bij het bezetten van Kerkelijke ambten in de Roomsche Kerk als volgt zal gehandhaafd worden: wanneer de geestelijke superieuren bij het benoemen van candidaten den opperpresident gelijktijdig berichten, dat aan de wette'ijke eischen tot bekleeding van het geestelijk ambt voWaan werd, zullen de opper-presidenten van het nog bestaande recht tot verzet geen gebruik meer maken. Dat beteekent de opheffing van § 16—2 van de wet van 11 Mei 1873, welke bepaling gehandhaafd bleef tiois de intrekking der befaamde Mei-wetten in 1887.

De Roomsche «Germania* merkt daaibij op: «Het is een buitengewoon gewichtig deel barer vrijheid, dat aan de kerk door ophtfBüg van de voordracht tot approbatie teruggegeven is.

De Evangelische Kerk is er echter slechter afgekomen. Het Sumepiscopaat^ d.i. het ambt van Oppersten Bisschop over de Evanj> elische Kerk, dat vroeger door den Koning van Pruisen uitgeoefend werd, is door de naticnile vergadering aan drie m'nisters die tot de E'/angelische kerk beheoren, opgedragen. Zoo staal dan die kerk onder een bestuur van drie hoofden, dat in hare inwendige aangelegenheden ingrijpen kan, waardoor het mogelijk is, dat het op hare toekomst een beslissendcn invloed uitoefent. Al heeft men van Evangelische.zijde tegen deze legelmg zoo krachtig mogelijk geprotesteerd, men heeft het tot hiertoe niet noodig gevonden dat driehoofdig Bestuur op te heffen.

Dit is te verklaren uit het feit, dat de Roomsche kerk in Pruisen een eenheid vormt, waarmede men heeft te rekenen, terwijl de Pruissische landskerk verdeeld en verscheurd is, doordat men elkander bestiijriende richtingen daarin vindt. De Evangeliscne kerk is daardoor zwak en daarom kan de regeering over haar blijven heerschen.

Engeland. Een manifest aan het Enelsche volk.

Er is een man fest door de aartsbisschoppen van Canterbuiy tn York en door de leiders van e Vrije kerken tot de volken van het Britche lijk gericht. De inhoud komt op het volende neer.

Na vermeld te hebben, dat bij het begin van et jaar de donkere tijd dien wij beleven, vercht werd, doordat de eerste ministers van Eneland en der Dominions de natie uitnoodigden m te trachten den vrede en een beter leven e bevorderen door andere dan materieele dingen, woidt betoogd dat geen onderwijs, wetenchap, diploniatie of voorspoed in den handel en ordelijke ontwikkeling van het leven der wereld schenken kan, als dit gepaard gaat met het geloof, dat stoffelijke kracht 't voornaamste IS. Zij willen dat het Vaderschap Gods en het Goddelijk doel dat de Heere met de wereld heeft, als hoofdpunt van het Cüristendom zal erkend worden.

De geestelijke leiders van het Engelsche volk meenden dat zij de gedachten van de staatkundige leiders nader moesten aandringen, door er op te wij-en, dat eeist het Koninkrijk Gods dient gezocht te worden en Zijne gerechtigheid. Alle handelingen op sociaal, industrieel en internationaal gebied moeien op het geheele veld van onze wedcrkeerige verhoudingen tot onze raedemenschtn, door „Gerechtigheid beheerscht worden, een veld waarop liefde en rechtvaardigheid een vaste plaats behooren in te nemen.”

Een drietal dingen wordt den Christenen aanbevolen.

10. Wij hebben opnieuw persoonlijk de waarheden van het Evangelie voor het menschdom te aanvaarden, en ons opnieuw daadwerkelijk aan den dienst Gods te geven.

2o. Den drang tot zelfzuchtig gewin bestrijdend, hebben wij ons oordeel over sociale, industrieele en internationale zaken te toetsen aan den standaard van overeenstemming met den geest van Christus.

3o. Wij hebben ons te vereenigen tot gebed, beraadslaging en handelen, zoodat ons gemeenschappelijk Christelijk burgerschap de voornaamste macht in ons nationaal leven wordt.

Het is moeilijk in dezen tijl van velerlei inspanning en veiwaning, ons op te h-ffen tot nieuwe werkingen van den geest. Maar de macht om zich daartoe op te heffen, wordt juist beloofd als antwoord op ons gebed. De groote belofte is gegeven: „Niet door kracht, noch door geweld, maar door Mijnen Geest, zegt de Heere der heirscharen.”

Dit alles is goed gezegd. Doch wij missen in dit stuk het vermaan tot verootmoediging voor God. Of zouden de geestelijke leidslieden van Engeland meenen, dat het Engelsche volk en zijn regeering ten opzichte van den wereldbrand' geheel vrij uitgaat?

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 29 februari 1920

De Heraut | 4 Pagina's

Buitenland.

Bekijk de hele uitgave van zondag 29 februari 1920

De Heraut | 4 Pagina's