GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Het kerkrecht in zoover het de kerk met het recht in verband brengt - pagina 32

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Het kerkrecht in zoover het de kerk met het recht in verband brengt - pagina 32

Rede, gehouden bij de overdracht van het Rectoraat der Vrije Universiteit

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

28 ligt, wordt volkomen toegepast, met een e ijzeren consequentie, die voor niets terugdeinst. Laat mij van die gansche beschouwing althans eenig denkbeeld geven, door eene korte schets van de grondlijnen. Punt van uitgang is, dat aan de benaming „kerk" slechts deze beteekenis kan gegeven worden, dat zij is de saamvergadering der geloovigen, de gezamenlgke Christenheid, het lichaam van Christus. Als zoodanig is zij in een zeker opzicht onzichtbaar, maar ook in een ander opzicht weer zichtbaar; en dan zichtbaar, eeniglijk en alleen waar geloovigen samenkomen, door het feit van dat samenzijn zelf. Daarom dragen zulke samenkomsten ook den naam van //kerk.'' Dat wil echter geenszins zeggen, dat zij op zichzelve eene soort van eenheid zouden uitmaken. In een dergelijken zin zijn plaatselijke kerken zelfs onbestaanbaar en ondenkbaar. In dat opzicht zijn zij (om het zoo eens uit te drukken) eigenlijk hetzelfde wat men op ander gebied een meeting of congres noemt. Maar daarvan verschillen zij weer hierin, dat hetgeen in samenkomsten van geloovigen zichtbaar wordt, om het even waar, en al zijn er ook slechts twee of drie bijeen, altijd en immer de ééne algemeene kerk is. Wanneer plaatselijk van //de kerk* wordt gesproken, dan is dus hetgeen met dat woord bedoeld wordt, volstrekt niet eene bepaalde empirische grootheid of een sociaal begrip, maar alleenlijk eene dogmatische appreciatie; en deze kan natuurlijk slechts gelden voor zoolang het samenzijn duurt. IVóór en na zijn er weer niet anders dan de enkele geloovigen, ' en is de kerk als zoodanig onzichtbaar. ï.?5l?.?„J?l,li^T??* JRi?J'.„4?'^i'0)Ti, is die kerk ook georganiseerd» maar dan enkel met eene goddelijke organisatie; charismatisch, niet institutair. Van Christus, haar verheerlgkt Hoofd, krijgt zij gaven, gaven des woords en der leere en gaven der daad en der practijk, gaven, waarvan wel geen enkel lid geheel verstoken is, maar die voorts zeer onderscheidenlijk worden toebedeeld; en het is door de uitdeeling van die gaven, dat Christus zelf, en dan Hij alleen, zijne kerk regeert. Hare leden hebben te gebruiken, wat zij daarvan ontvingen, niet volgens opdracht eener plaatselijke samenkomst, of uitsluitend voor

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 20 oktober 1894

Rectorale redes | 52 Pagina's

Het kerkrecht in zoover het de kerk met het recht in verband brengt - pagina 32

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 20 oktober 1894

Rectorale redes | 52 Pagina's