GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Verdienste of genade? - pagina 43

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Verdienste of genade? - pagina 43

Rede ter gelegenheid van de achtenzeventigste herdenking van de stichting der Vrije Universiteit

3 minuten leestijd Arcering uitzetten

daarin bevestigd, wanneer we denken aan het feit, dat reeds in de Middeleeuwen binnen de grenzen der R. K. theologie een interessante strijd gevoerd is, die hiermee direct samenhangt nl. in verband met de zg. acceptatietheorie. Volgens deze theorie hadden de goede werken niet hun waarde in zichzelf, maar God aanvaardde ze als waarde•vol "*). In deze theorie is van een waarlijk verdienen geen sprake, gelijk we nog ten tijde van het concilie van Trente bij de Spanjaard Andreas Navarra horen, wanneer hij tegenover Seripando's leer van de dubbele gerechtigheid leert, dat er tussen God en mens van geen verhouding van „recht hebben op" sprake kan zijn en dat de goede werken nimmer een „Anspruch" kunnen hebben vanwege de ongelijkheid van prestatie, en loon. Er kan slechts sprake zijn van een „acceptatio" en het is duidehjk, dat de analogie hier doorbroken wordt, omdat verdienste en loon in de menselijke verhoudingen juist wèl op proportionaliteit en op wezenlijk verband berusten. In deze acceptatie-theorie is het nu zo, dat men in de practijk kan komen tot een versterking van het bouwen op goede werken, omdat van elke daad geldt, dat ze door God kan worden aangenomen als waardevol ^^^). 134) Ygi yoQj. (jg acceptatie-theorie: A. von Hamack, Dogmengesch. III, pag. 540 (hier in verband met de Christologie); H. Schultz, Der sittHche Begriff des Verdienstes und seine Anwendung auf das Verstandnis des Werkes Christi (.Theol. Stud, und Krit., 1894, pag. 294 V.) en vooral: H. Jedin, Girolamo Seripando. Sein Leben und Denken im Geisteskampf des 16. Jahrhunderts, I, 1957, pag. 399; C. Feckes, Die Rechtfertigungslehre des Gabriel Biel, 1925, pag. 84 v. ^^) Hierin ligt de eigenaardige problematiek van deze theorie. Het meritvmi de congruo en de condigno zijn nauwelijks meer te onderscheiden, omdat de acceptatio ook betrekking kan hebben op zuiver natuurlijke acten van de mens, (vgl. Jedin, a. w. I, pag. 85 en Feckes, a. w. pag. 85). Ten opzichte van geen enkel meritum kan er sprake zijn van een „Kausalnexus" (Feckes, pag. 84). Terecht schrijft Schultz: „Aber diese prinzipielle Herabsetzung des Wertes der menschlichen Leistungen Gott gegenüber wirkt praktisch nur als eine bedenkliche Steigerung des Vertrauens auf Verdienst", omdat het onderscheid tussen de verschillende acten van de mens vervaagt in het licht van de contingente acceptatie en via deze acceptatie intensieve aandacht gevraagd wordt voor de werken als (aangenomen) werken. Zie ook: W. Link, Das Ringen Luthers um die Freüieit der Theologie von der Phüosophie, 1940, pag. 274 v., over het nominalisme en over de vrijheid Gods tegenover alle „merita" (pag. 284 v.).

41

ê

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van maandag 20 oktober 1958

Rectorale redes | 92 Pagina's

Verdienste of genade? - pagina 43

Bekijk de hele uitgave van maandag 20 oktober 1958

Rectorale redes | 92 Pagina's