GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

LITERATUUR EN KUNST.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

LITERATUUR EN KUNST.

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

Marcellus Emants.

Enkele dagen geleden brachten ons de kranten het overlijdensbericht van Maxcellus Emants, een bekende persoonlijkheid op het terrein der literaire kunst. Oud reeds — een verre zeventiger — en zwaar ziek, was hij voor eenige jaren buitenslands gegaan, om daar genezing te zoeken; ma.arhij vond die niet. De berichten werden steeds ongunstiger en de hoop op terugkeer 'steeds minder, tot vorige week--het einde kwam.

Emants was onder de moderne kunstenaars de eenzame; hij behoorde tot een anderen tijd, ook tot een andere richting dan de tegenwoordige. Tot de ta.chtigers stond hij in geen ander verband, dan dat hij hun voorlooper was, die mee den weg htm baande in z'n tijdschrift „de Banier", - maar in de tachtigers-beweging ging hij niet mee; ofschoon de jongeren hem graag als een der hunnen beschouwden. En door, z'n groot fortuin, dat hem tot een leven uaiar' eigen verkiezing in sta, a, t stelde, ' stond hij ook eenigszins buiten een bepaald milieu. Daarbij maakte hem de omstandigheid, dat hij niets kende van den strijd om het bestaan, ook anders dan de overigen; eenerzijds een voordeel, wijl hij nimmer iets behoefde te doen gedreven meer door geldzorg dan door inspiratie, maar aan den anderen kant toch een nadeel, omdat de aanraking met het gewone leven ook den 'kunstenaar frisch' houden moet. Ten slotte was Mj een eenzame ook 'door z'n karakter, dat hem, terughoudend, in zichzelf gekeerd mensch, verwijderd hield van anderen.

Zoo is Em^ants geweest de eenzame.

Afzondei lijk staat hij ook' in z'n werk zelf omdat hij nog was een der allerlaatste vertegenwoordigers van 't naturalisme in de letterkunde, van de objeiktieve waarneming en reproducitie van 'tlevensgebeuren. Eerder a, l handelde ik in ons blad over dit naturalisme, zooals het, gekomen in den greep der tachtigers-individualiteit, geworden is tot realisme, tot realistiek zelfs en tot allerlei andere subjectiviteit.. Niet alzoo bij Emants. HHj is gebleven, die hjij! was, de naturalist, die beschreef wat hij zag en zooals hij het zag, en daarbij de verantwoordelijlkheid voor platheid of verhevenheid van de beschreven personen of toestanden legde op de menschen of den tijd zelf, niet wilde gedragen zien door hem, die het publiek den spiegel voorhoudt. Da, arom is er bij Emants geen tendenz, maar ook geen moraal, geen mooimakerij, maar ook geen vermijden van gevoeligheden.

Dit naturalisme, vereenigd met twee in hem zeer stei'ke eigenschappen van tachtigers-klaxakter, de psychologische analyse en het pessimisme, kenmerkt Emants, maar maaikt zijn werk tegelijk somber, zwart, pijnlijk-hard.

Scherp-critisch. waarnemer als hij is, en zonder eenige consideratie, geeft de ra, uvve waariheid en werkelijkheid te zien, werkelijldieid dus, maar huiveringwekkend door het cynische en bittere. Levensdesillusie, ijzig-koude bitterheid, die alle levenszoet vergalt, nacht-zwart scepticisme, waaruit alle levenslicht is-geblascht, sissende lioon, die alle levenswarmte versterven doet, dat alles is de doorgaande mentaliteit van Emants' werk, van zijn .romans zoowel als z!'n tooneelstükken en gedichten. Z'n zielsontleding, uiterst scherp, is vivisectie: koud en hard, omdat er geen• tegemoetkoming is aan levensgevoel; zonder troost, omdat er geen hoop is, wrang en vs^reed, omdat aan de mogelijkheid van pijn niet wordt gedacht.

Zoo is Emants — en zoo staat hij vlakaf tegenover 'de dhristelijke levens-en wereldbeschouwing. Want deze wenscht zich te richten naar het voorbeeld van den goeden Herder, die niet het verlorene ontleedt en in al z'n gruwelijkheid doet .zien, maar het zoekt, om te redden, te reinigen, die niet met hoonend cynisme, 'dooh met liefdevol erbarmen

komt, niet met sissenden hoon, maar met vertroostend medelijden.

Emanfs' werk is de reproductie van biet leven zonder Christus, zonder lidht in het lieden, zonder hoop op een toekomst, zonder steun, wijl zonder basis, zonder doel, wijl zonder ideaaL - Niets doet het' zien dan de somberheid van het dieper wegglijden in geestelijke donkerheid, dan de troosteloosheid van glanslooze levensfilosofie. In dit opzicht doet hij denken aan Couperus, maar 't verschil is toch heel groot en heel diep, zooals Querido met z'n gewone verrassende woorden het zegt: Couperus was de beminnelijke, de charmeur, Emants de stroeve en harde waarheidszegger , een flonkerende flacon naast een Babylonische munt, vol geheimschrift; 'Couperus een waaier, Emants een kraai... Couperus odeur; Emants peper....", verschillen inderdaad, die geen nadere omschrijving behoeven.

Beiden staan ze in de diepte van het donkere levensdal en zien niet de sterren van troost en genade daarboven, maar hun geest, .hun aanleg, hun individualiteit is een andere; odeur en peper zegt Querido. Da, arom ook heeft Couperus' werlk veel meer ingang gevonden dan dat van Emants, dweepte men zelfs met hetzelfde in Couperus' romans wat men gruwelijk vond in Emants' geschriften; want Couperus kon het verdriet omlooveren in een lach, terwijl het bij Emants al feller schrijnde. Maar , — in wezen is het 't zelfde verdriet, dezelfde onvoldaanheid, desillusie, bitterheid. Het bange noodlot van „Godenschemering" is geen , ander dan dat van „Illusie".

Ze staan inderdaad even ver af van ieder, die het leven onder andere belichting ziet, die grooter dan de ellende van het pessimisme weet het ontfermend mededoogen van Christus. Emants' psychologische analvse, cynisch, rauw, is de tegenstelling van de cJhristelijke zielsontleding. Zeker, ze gaan beide uit van den mensch zooals hij is, in z'n levenswerkelijkheid va, n bezoedeling, sdhuld, ellende, verlorenheid, maar — en ziedaar de tegenstelling — uit deze diepte voert het geloof naiar de hoogte, het pessimisme naar nóg dieper afgrond, nóg grooter troosteloosheid.

't Is daarom, dat een christelijke levensovertuiging zich niet vinden kan in het werik! van Couperus, Emants e.d. Zij zien de mistroostighieid^ en ellende onder de menschen en in het leven als feiten zonder m.eer, dingen, die er nu eenmaal bij hooren, die men eigenlijk als gewoon moet zien, omdat het meest cynische beeld, dat Emants u geeft, werkelijkheid is, werkelijkheid ook in al z'n huiveringwekkende .consequenties.

Miaar zij zeggen niet, dat daarin juist de schuld ligt van het menschdom, dat deze rea, liteit juist is de zonde-verwoesting, dat dit alles is de practijk van dat leven, dat zich yan den Christus heeft losgemaakt. Zij zeggen dit niet, omdat zij het als zoodanig niet zien, docih daarmee kunnen ze ook nooit bevredigen, jiem, ^die uit een andere overtuiging leeft. Daarom kan er ook' onzerzijds nimmer sprake zijn van een compromis tusschen waardeeren en verwerpen. Want bij alle erkenning - van technische verdiensten, taaikracht, stijlwarmte, óók bij Emants, die stellig een groot en veelzijdig kunstenaar is geweest, al is alles bij hem anders dan bij Couperus, blijft de antiihese, v^raarover we spraken, beslissend scheiden hen en ons.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 26 oktober 1923

De Reformatie | 8 Pagina's

LITERATUUR EN KUNST.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 26 oktober 1923

De Reformatie | 8 Pagina's