GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

DE BIJBELVERTALING OP HET AGENDDM.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

DE BIJBELVERTALING OP HET AGENDDM.

10 minuten leestijd Arcering uitzetten

.Mogen wij in eeu Iioofdartikel nog eens op de kwestie van de Bijbelvertaling terugkomen?

Men zal zich herinneren, dat wij daarover tal van artikelen hebben geschreven.

Daarin meenen wij te hebben aangetoond, dat onze Statenvertaling, ondanks haar hooge waarde, op tal van pla, a, tsen uiterst gebrekkig is.

' Oofe hebben wij laten zien, dat de voorarbeid van een verbetering van onze Bijbelvertaling voor een niet onbelangrijk deel is volbracht.

Wij staan er dus in 1927 geheel anders voor dan in 1917.

Rapporteerde toen een commissie, dat op voorarJieid diende gewacht, thans is de reden tot wachten vervallen.

In tien jaren is op dit gebied, dank zij den ijver, van onze Gereformeerde exegeten, buitengewoon veel gepresteerd.

Hoezeer wij dan ook zijn voor kontinuïteit in de besluiten van onze Synode, hier hebben wij een uitzonderingsgeval.

Er bestaat ineer dan voldoende reden om op het besluit van 1917 terug tè komen.

Of liever, op grond van het besluit van 1917 moeten onze kerken thans deze zaak ter hand nemen.

Aan de voornaamste voorwaiarde, destijds gesteld, is nu voldaan.

A"u hielden wij er een pleidooi voor om de zaak van de bijbelvertaling op de Synode van Groningen aan de orde te stellen.

J ja ter echter, toen de kans groot was, dat de meeste opdrachten van de Synode van Utrecht gereed zouden komen en het ons gewenscht voorkwam naar goede orde die eerst af te werken, gaven we te kennen, dat het dan maar beter was, dat zoo weinig mogelijk nieuwe kwesties zouden worden aangesneden.

-Maak eerst schoon schip met de oude, zeiden we. Wij vonden, dat eerlijkheid dit gebood.

Gedane beloften gaan vóór.

En nog steeds bezwaart het ons, dat die rapporten niet zijn verschenen.

Een niet zoo' gering deel van'ons Gereformeerd© volk rekende er op.

En dat er nu niets van op de Synodale tafel komt, stelt hen teleur.

Ware hier geen force majeure aan te voeren, wij voor ons zouden het gevoelen als woordbreuk.

Maar nu het oude niet kan worden afgewerkt en er dus plaats voor het nieuwe komt, zouden wij gaarne zien, dat daaronder ook de kwestie van een verbeterde vertaling van den Bijbel werd opgenomen.

Deze is veel belangrijker dan alle punten, welke totnogtoe op de mindere kerkelijke vergaderingen verhandeld zijn om naar de Generale Synode verhandeld te worden.

Wij noemden haar reeds een refoirmatorisch Vlaag stuk van den eersten rang.

Bracht de Synode van Groningen ons in deze een schrede voorwaarts, dan zou zij daardoor alleen reeds beteekenis kunnen krijgen.

Wij geven het dan ook onzen kerken 'dringend in overweging om dit op de Generale Synode aanhangig temaken.

Wenschelijk is het daarbij, dat, zoo men een voorhiel dienaangaande ontwerpt, men niet te zeer in Mizonderheden trede.

Want men verwachte niet, dat de Synode deze ^aak in haar geheel zelf zal onderzoeken.

Zij kan moeilijk meer doen dan een Deputaat-^ehap ad hoc benoemen.

Daarom verdient het aanbeveling zich in zijn verzoek tot de Synode daartoe te beperken.

Ook specificeere men niet, of men verlangt een geheel nieuwe of een verbeterde Statenvertaling.

Zelf gevoelen wij het meest voor de laatste.

Vooreerst, omdat de Statenvertaling voor een aanmerkelijk deel nog zeer bruikbaar is en in soanmige gedeelten, ondanks de meerdere kennis van het Hehrceuwsche en Grieksche taaieigen dan onze vaderen bezaten, op het oogenblik bijna niet voor verbetering vatbaar is.

Vervolgens ook, omdat de geschiedenis leert, dat een geheel nieuwe vertaling moeilijk ingang vindt. Vóór 1618 kregen de vertalers steeds in opdracht zich zoo dicht mogelijk bij de bestaande vertalingen aan te sluiten en daarvan te behouden, wat maar eenigszins te behouden viel. De groote Dordtsche Synode gaf ruimer maiidaat en wilde een nieuwe vertaling bezorgd zien. .Maar het resultaat viel anders uit. Ook de Statenvertaling nam nog veel uit de vroegere tweede handsche vertalingen over en deed onderscheiden verbeteringen naar de kantteekeningen verhuizen, in plaats van ze in den tekst aan te brengen. ZoO' zal 't wel altijd gaan. Aan een bestaande vertaling is het volk zeer gehecht. Er zijn er, die zoover gaan, dat zij om do bekende klanken, liever een oi n j u i s t e vertaling behouden, dan naar een juiste te grijpen. Da.t is natuurlijk geen standpuri, |.. Wie dit voorstaat, is het niet eerlijk om het Woord Gods te doen. Die wenscht niet te hooren naar wat God zegt, maar naar wat de ouden gezegd hebben. Zij stellen de vaderen boven den Heiligen Geest. Tegen zulk konservatisme moet krachtig wqrden gestreden. Zij, die dit aankleven, mogen niet ontzien worden. Maar jvij koesteren alle hoop, dat, wanneer zij' maar wat beter worden onderricht, zij de ongeestelijkheid van dit konservatisme. zullen inzien. Ons Gereformeerde volk heeft er overvloedige blijken van gegeven: het is voor overreding vatbaar. Men mag dus verlangen, dat het onjuiste uit onze Statenvertaling wordt weggenomen. Maar walt niet onjuist is en ook niet, doordat woorden gedurende drie eeuwen zijn uitgesleten en in onbruik geraakt of een andere beteekenis hebben verkregen., onduidelijk, om niet te zeggen onverstaanbaar is geworden, kan gevoeglijk onveranderd worden gelaten. Dat vergroot de .mogelijkheid, dat de te ondernemen vertaling spoedig na haar beëindiging algemeen door de kerken zal worden aanvaard.

Men overvrage in zijn voorstel dus niet.

Dat zou de aannemingskaus slechts verminderen.

Men stelle er zich tevreden mee het onderzoiek naar deze aangelegenheid a; ui het in te stellen Deputaatschap over te la.teu.

Toch kan zulk een Deputaatscliapi nog meer doen.

En het is ook uiterst gewenscht, dat dit aan de Deputaten worde opgedragen, opdat het niet een zaak worde zonder eind.

Indien Deputaten tot de konklusie komen, dat de verbetering der Statenvertaling dient te worden ter hand genomen, dan kan hun Oiok in last worden gegeven zich er over te beraden op-welke wijze zulk een vertaling het best kan worden uitgevoerd.

Onze Statenvertaling is tot stand gebracht door meerdere vertalers en overzieners. Dit systeem is goed bevallen. Maar het was niet vrij van fouten, gelijk de uitkomst bewezen heeft. Toen de Statenvertïiling werd afgeleverd, zullen de „Dordtsche vaderen", die nog in leven waren, wel bij zichzelf hebben gedacht: wanneer wij er weer vóór stonden, zouden wij het toch anders doen. Daarom kan thans dit systeem niet onveranderd worden gevolgd. Ook daarin is verbetering mogelijk. En daarover kan dan het Deputaatschap advies verstrekken.

Maar ook daarmee is men er niet.

Er zullen, evenals op de Dordtsche Synode, ook eenige spel-en stijlregels moeten worden vastgesteld. Wel vertoont oiize taal thans meer vastheid dan toen, maar de eenheid van schrijfwijze enz. tusschen verschillende auteurs is toch ver te zoeken. In het dagelijksch leven hindert dat zoo niet, al ware ook daar meer eenheid niet misplaatst. Doch in een vertaling van den Bijbel kunnen zulke verschillen niet geduld. Ook dit is een zeer gewicJitige zaak, welke degelijk behoort te worden voorbereid en het geschiktst in handen kan worden gesteld van de te benoemen Deputaten.

]Nog andere nioeilijkheden doen zich voor.

Zal de Synode het gebruik van de veri)elerde vertaling aanstonds na de voltooiïng in onze kerken „verplichtend" stellen? Dit opleggen van „boven" af heeft zijn bezwaren. Natuurlijk kan niet met alle bedenkingen rekening worden gehouden. Tegen de Statenvertaling werd indertijd ingebracht, dat er nog 50 a 60.000 exemplaren van oude vertalingen onverkocht lagen. Maar met dat argiunent hield de Synode geen rekening. En terecht. Opmerkelijk is het, dat men ook nu nog wel dezelfde redencering tegen een verbeterde vertaling hoort. Men spiegele zich hier aan het voorbeeld der vaderen en trekke zich daarvan niets aan. Maar ook uit anderen hoofde zullen aan de invoering van een verbeterde vertaling wel struikelblokken in den weg worden gelegd. Het zou da, n ook zeer op prijs worden gesteld, indien Deputaten eenige lijnen trokken, langs welke de invoering niet wijsheid en voorzichtigheid, maar evenzeer doeltreffend ziclx kan bewegen.

Ook dat is evenwel nog niet alles.

Het is de taak der geïnstitueerde kerk, te zorgen, dat er een goede Injbelvertaling is. Geen persoon en geen vereeniging kan die van haar overnemen. Dat houdt natuurlijk niet in, dat, indien er een uitnemende vertaling van een godgeleerde of van een vereeniging bestond, welke boven de Statenvertaling uilging, de kerk die niet voor haar gebruik zou mogen ijken, na natuurlijk alles naarstig te hebben laten onderzoeken. Maar in zulke omslaandigheden verkeeren. wij nu eenmaal niet. Wel heeft men kunnen jezen, dat het Nederlandsch Bijbelgenootschap zich voor deze zaak interesseert. Maar hoeveel sympathie wij dit genootschapi ook toedragen, toch kan met recht wordeii betwijfeld, of dit wel het geschikte lichaam is oan een vertaling tot stand te brengen, welke door onze Gereformeerde Kerken kan worden aanvaard'. De Schriftbeschouwing 'heeft op de vertaling grooten invloed. Ons blad wees er reeds meer dan eens op, hoe een vertaling van Schrittkritisch standpunt geheel anders moet uitvallen dan een van Schriftgeloovig standpunt. Ook is deze vertaling niet gereed. Of zij ooit gereed zal komen, kunnen wij niet zeggen. In elk geval mag de kerk, als haar de noodzakelijkheid van een vertaling gebleken is, hierop niet wachten. Stel, dat daar nog jaren mee heengaan en dat zulk een vertaling dan — wat wij het meest waarschijnlijk achten — door onze Kerken niet kan worden geaccepteerd, d'an zijn wij weder geruimen tijd achterop. En het is onze overtuiging, dat onze kerken niet langer mogen uitstellen. Waar vast staat, da.t uit onze Statenvertaling niet meer zuiver is te hooren, wat de Geest tot de gemeente zegt, is dit niet iets, dat verschoven mag worden totdat het ons eens uitkomt. Aan den anderen kant is het misschien mogelijk, dat de vertalers onzer Kerken voeling houden met de vertalers van het Nederlandsch Bijbelgenootschap. Hoe dit kan worden geregeld, kunnen de te benoemen Deputaten overwegen en daarover aan een volgende Synode rapporteeren. Daarbij kan dan ook ter sprake komen de vraag, welke wij vroeger reeds aanroerden, of onze vertalers zich niet van de hulp-van andere 'Gereformeerde vertalers, hoewel tot andere kerkengroepen behoorende, mogen verzekeren. Geen Synode kan niet-leden onzer kferken tot vertalers benoemen. ]\faar zij kan wel ha, ai" vertalers vrijheid geven om onder hun verantwoordelijkheid zich betrouwbare krachten toe te voegen.

Men meene niet, dat hiermee het werk van zoOi'ii Deputaatschap volledig is aa, ngegeven. O.a. zal ook onze verhouding met andere kerken onderwerp van studie moeten uitmaken. Eveneens zal de financiëele paragraaf niet vergeten mogen worden. En zoo is er meer.

Zulk een Deputaatschap mag dus niet beschouwd

als liot maximum van wat op liet oogeublik te hereiken is.

Integendeel kan de Synode zonder het weloverwogen advies van znlk een Deputaatschap niets aanvangen.

En wie kan op zulk een D'eputaatscha.p iets tegen hebben?

(laarne zagen wij dan ook, dat Kerken, f'lasses en Particuliere Synoden een voorstel voor het Agendum der Synode van Groningen inzonden van deze si rekking, dat aangezien de omstandigheden sinds 1917, met name wat den voo'rarbeid voor een nieuwe vertaling of herziening betreft, zich dermate gewijzigd hebben, dat de zaak van een verbeterde (nieuwe of herziene) bijbelvertaling ©en nieuw stadium is ingetreden, de Synode Deputaten benoeme om te onderzooken of thans voor onze kerken de tijd gekomen is zulk een vertaling ter hand te nemen en (indien Deputaten tot een resultaat in bevcstigenden zin komen) een concept op te stellen van de maatregelen, welke de Synode bij de uitvoering daarvan zal hebben te nemen.

Het is kort dag.

Voor sommige kerken - is het reeds te laat. De laatste classes vóór de Particuliere Synodes zijn voor een deel reeds gehouden.

]\Iaar andere kerken zijn daartoe nog in de gelegenheid.

Aan welke kerken zalde eer toekomen het initiatief te nemen?

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 20 mei 1927

De Reformatie | 8 Pagina's

DE BIJBELVERTALING OP HET AGENDDM.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 20 mei 1927

De Reformatie | 8 Pagina's