GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Op de Hoogten van Malvern.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Op de Hoogten van Malvern.

9 minuten leestijd Arcering uitzetten

Op de grens tusschen de graafschappen Worcester en Hejreford in het Westen van Engeland, naar de zijde van Wales, liggen bij het plaatsje Malvem de twintig toppen van de Malvem Hills, die de waterscheiding vormen tusschen de romantische, onstuimige Wye, door Wordsworth bezongen in zijn Tin tem Abbey, en de statiger Severn met zijn zijrivier de Avon, aan welks rustig voortstuwende wateren het vredige Stratford ligt, de geboorteplaats van Shakespeare.

Schoon is de natuur op de heuvels van Malvem, zuiver de lucht, en geneeskrachtig de bronnen.

Vanaf den hoogsten top, de Worcestershire Beacon, heeft men, als de dag helder is, het uitzicht over vijftien der schoone graafschappen, provinciën, van Old England; de torens van drie kathedralen en vijf abdijen wijzen in rustige rust naar boven.

Hier was het, dat op een lieflijken zomerdag in het laatst van de veertiende eeuw een lange, schrale gestalte, .gehuld in een herderskiel, het smalle, slingerende voetpad volgde, dat over deze heuvels leidde.

De trekken van het bleeke, sombere, grimmige gelaat, ontspannen zich onder den verzachtenden invloed der kalmte om hem heen. Het gemurmel van de beek langs welke zijn weg hem voert, wiegt zijn stormachtige gedachten, welke zich onstuimig bezig hebben gehouden met het leed van de klasse waaruit hij gesproten is en met wie hij zich één voelt — die der „villains", halfvrije boeren — tot rustiger gang.

Zie, daar aan den kant van de beek is een plaats om te rusten. Hij strekt zich neer op het groene mos en weldra zingt het lied der beek, waardoorheen dat der vogels en het zachte suizen van het windje, nu en dan, door de struiken, zich doen hooren, hem, den moeden pelgrim op deze sombere aarde, in slaap.

Hij slaapt en heeft visioenen: de Visioenen van Willem betreffende Piet PloiOger.

Hij ziet de menschen dezer wereld zich verdringen in een vallei, aan de eene zijde begrensd door een rots waarop staat de Burcht der Waarheid, waarin woont de Vader der Waarheid, die ons allen gemaakt heeft; aan de andere zijde is een donkere diepte, waar hij onderscheidt de zware, grijze muren van een somber gebouw met een vreeselijken kerker er onder: in dien donjon huist de Vader der Leugenen, die Adam verleid heeft, en Kaïn en Judas.

Op het veld der wereld ziet hij de fraters, die de menschen bepreeken „for profit of their bellies", den aflaatkramer die de onwetende menigte bedriegt met zijn mooie praatjes, den corrupten priester die zijn deel krijgt van het oneerlijk verworven geld, terwijl de bisschop, die „zijn beide ooren niet waard" is, weigert tusschenbeide te treden. Dan komen honderd rechtsgeleerden in zijden toga's, bereid om alles te verdedigen voor geld, maar weigerend om ook maar éénmaal hun lippen te openen „for the love of our Lord".

Daar zijn ook de „ploegers", de boeren, die hard werken en zelden eenige ontspanning hebben. Zij worden geprezen, evenals vrome nonnen en kluizenaars, eerlijke kooplieden, en zelfs de „onschuldige" minstreelen, die geld krijgen voor hun vroo*lijke liedjes.

Een schoone, indrukwekkende dame daalt neer van de rots waarop de Burcht der Waarheid zich verheft. Zij is de Kerk.

„Zeg mij, hoe ik mijn ziel kan redden!" smeekt de droomer.

„Waarheid", zoo luidt het antwoord, „is het allerkostelijkste goed, geëischt door onzen Heer". „Wat is waarheid? " vraagt Willem.

„Het is", zegt Holy Church: „uw Heer meer lief te hebbén dan uzelf. De liefde heeft haar oorsprong in den Vader, ze openbaarde zich in al haar volheid in den dood van Zijn Zoon. Wees barmhartig, zooals Hij barmhartig was, want^ tenzij gij leeft in oprechtheid en de armen liefhebt en helpt, is er geen verdienste in de Mis, noch in het bidden op gezette tijden. Geloof zonder werken is dood; een kuische wandel zonder naastenliefde is vuil als een walmende lamp. Date et dabitur vobis !" (Geef en U zal gegeven worden.)

De droomer wenscht nog meer te weten, maar de Kerk heeft géén tijd meer, en wanneer hij wakker is geworden en weer in slaap gevallen is, heeft hij zijn tweede visioen, waarin voor het eerst Piet Ploeger zelf optreedt, die de menschen den weg wijst naar de Waarheid, die zoo heel dicht bij hem is, en wiens woonplaats ze toch niet hebben geweten. Zelfs pelgrims die naar Sinaï en Bethlehem getrokken waren, hadden Hem niet gevonden.

De weg, dien Piet aan pelgrims en ridders, dieven en losbollen wijst om de Waarheid te vinden, gaat door den Ootmoed en de Liefde-tot-God-boven-allesen-den-naaste-als-onszelf tot het trouw-zijn-in-de-roeping-waarin-God-ons-gesteld-heeft: Et qui bona egerunt, ibunt in vitam eternam; qui vero mala, in ignem eternum. (En zij, die het goede gedaan hebben, zullen ingaan in het eeuwige leven; maar zij, die het kwade hebben gedaan in het eeuwige vuur).

Ik kan u niet verder vertellen van de dichterlijke voorstelling, die William Langland oftewel Lange Willem, zooals hij genoemd schijnt te zijn, ons geeft van zijn geestelijke visioenen en de omstandigheden waaronder hij ze ontving.

Of hij ze in Londen geschreven heeft of in de buurt van Malvem zelf, waar hij in de kloosterschool der Benedictijnen opgevoed schijnt te wezen tot een der laagste kerkelijke rangen — zijn taal lijkt op het West-Midland dialect — is van geen overwegend belang; ook — voor mijn tegenwoordig doel — zelfs niet de uit literair oogpunt belangwekkende vraag, of al de visioenen die op zijn naam staan wel werkelijk van hem zijn.

Ik heb hem hier ten tooneele gevoerd als de eerste belangrijke vertegenwoordiger in de Engelsche literatuur van dien practicalen Puriteinschen geest, die in en door Wyclif was ontwaakt en door zijn Lollarden werd gevoed, die Lollarden, die niet alleen een practisch Christendom van de daad wilden, maar ook reeds, gesterkt en aangevaurd door AVyclif's vertaling van den Bijbel in de landstaal, de overtuiging verkondigden welke ook de bron van kracht werd der latere Puriteinen: dat alleen de Bijbel, als het Woord van God, in laatster instantie bindende kracht heeft voor geloof en leven. ^)

227 Het was een droeve wereld die Langland ons doet zien in zijn Piers Ploughman: een door en door corrupte geestelijkheid, een zedelooze, begeerige adel, en halfverhongerde „villains", die hun sobere gewin maar al te vaak doorbrachten in grove „genietingen" en dan verder gebrek leden (ook Chaucer, Langlands tijdgenoot, kent die klasse, al is hij de hoofsche, aristocratische poëet: denk aan het verhaal van den molenaar in zijn Kantelbergsche Vertellingen).

Pas had de Zwarte Dood, de vreeselijkste aller pest-epidemieën, in Engeland gewoed, en had de helft van de vier millioen menschen, die toen Engeland bewoonden, ten grave gesleept. Dit gaf een groot tekort aan werkkrachten op het platteland en als gevolg daarvan een streven bij de heeren om de kleine boeren en arbeiders, die langzamerhand zoo goed als vrij waren geworden, weer tot hoorigheid of lijfeigenschap terug te dringen, ten einde ze zoo aan den grond en aan hun dienst te binden. Heftig was het verzet.

John Ball, een „gekke priester van Kent", zooals de hoofsche Froissart hem noemt, verkondigde communistische ideeën, die insloegen bij de „villains", zooals blijkt uit het bewaard gebleven populaire rijmpje:

When Adam delved and Eve span, AVho was then the gentleman? '

De uitbarsting kwam een jaar na Piers Ploughman in den ontzettenden volksopstand onder Wat Tyler, waarin van weerszijden onzegbare gruwelen werden bedreven, en waarin de boeren tenslotte het onderspit delfden door de trouweloosheid van den jongen koning Richard II, den zoon van den Zwarten Prins.

'sKonings oom. Jan van Gent, en anderen van den hoogen adel, die tot dusver Wyclif, „Engelands eei'sten Protestant", gesteund hadden, brachten — misschien niet geheel ten onrechte — de beroering onder het volk mede in verband met Wyclif's optreden en onttrokken hem hun steun, zoodat hij, eenzaam en verlaten, stierf (aan een beroerte) in zijn parochiekerk te Lutterworth in de buurt van zijn geliefde Oxford, dat zoolang het tooneel van zijn geweldige activiteit was geweest (later vonden Wyclif's volgelinge», de Lollarden, toch weer steun bij vele hooggeplaatsten, gedeeltelijk uit antipathie tegen de aanmatigingen der officiëele geestelijkheid).

Zoodanig was de wereld, waarin William Langland, de veertiende-eeuwsche Bunyan, zijn visioenen had omtrent de Waarheid en hoe die gezocht moet worden.

Visioenen die hem, naar zijn dichterlijke voorstelling, gewerden op de heuvels van Malvem.

Op 19 Augustus 1929 werd op diezelfde hoogten van Malvem de eerste opvoering in Engeland gegeven van George Bernard Shaw's The Apple Cart, ^at als ondertitel draagt: A Political Extravaganza. Welk een verschil, tusschen den veertiende-eeuwschen Langland en den twintigsteeeuwschen Shaw, in casu tusschen den diepen, religieuzen, bijna grimmigen ernst van den eenen satiricus en de a-religieuze, spottende luchtigheid en oppervlakkige, dikwijls platvloersche geestigheid, waarmee de andere de problemen van zijn tijd — in dit geval de excessen en zwakte van de z.g. democratie en het z.g. parlementarisme, geplaatst tegenover de handigheid van een gewiekst, maar Shawiaansch constitutioneel vorst — meent te kunnen behandelen.

Het probleemdrama heeft zich in Engeland baan gebroken onder den invloed van Ibsen. Die vaini Shaw echter zijn dikwijls eenvoudig propagandaspelen geworden. Zijn geestigheid en fonkelend vernuft en schitterend Engelsch redt ze meestal.

Echter niet in het geval van de Apple Cart. Niet alleen dat er geen eenheid van constructie is, maar het is alles tè goedkoop. Ook de anders zoo beroemde „preface" is tamelijk nietszeggend, blijft ver beneden peil. ^)

Gaat de nog steeds jeugdig-doende grijsaard, die zich de „veriongings"-bewerking met de apenklier schijnt te hebben doen ondergaan, en zichzelf nog altijd zoo „graag adverteert, zijn roem overleven?

Na St. Joan is The Apple Cart wel een „snelle afloop als der wateren"!

J. VELDKAMP.


') Vooral in onzen tijd is het misschien belangwekkend te vermelden, dat in 1395, vijftien jaar na de verschijning van Piers Ploughman, de Lollarden aan het Parlement peti^iv tioneerden, dat dit zou verklaren dat de oorlog onchri s, *-v t e 1 ij k was.

-) Om de historische betrouwbaarheid van deze voorrede te karakteriseeren: Shaw deelt mede dat Comelis de Witt in de gevangenis gezet en gemarteld werd wegens zijn verzet tegen „het despotisme van Willem van Oranje"!

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 17 april 1931

De Reformatie | 8 Pagina's

Op de Hoogten van Malvern.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 17 april 1931

De Reformatie | 8 Pagina's