GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

UIT DE HISTORIE

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

UIT DE HISTORIE

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

De Reformatie in de Classis Neder-Veluwe 1592'1620.

II.

Vergaderingen. Nadat dan de eerste classicale vergadering op last van de Overheid tegen 4 Juli 1592 was uitgeschreven, zien wij meteen daarna de Classis op gezette tijden bijeen. Het moderamen werd gevormd door een praeses, assessor en scriba. Niet alle predikantsplaatsen waren vertegenwoordigd, want hoewel Harderwijk drie predikanten had, was er steeds maar één vertegenwoordigd. Omgekeerd waren er vele dorpspredikanten aanwezig, die „sich nog een gemeinte moesten samelen", en ergens bij een der gemeenteleden inwoonden, daar de pastoor weigerde de pastorie te verlaten als b.v. te Ermelo. Ook waren er zeer weinig ouderlingen vertegenwoordigd, daar alleen de steden Harderwijk, Elburg, Nijkerk en Haltem maar kerkeraden hadden, en de dorpen op den ouden voet voortleefden. Het heeft dan ook wel tachtig jaar geduurd vóór en aleer overal een kerkeraad was. In den beginne deinsde men voor het ambt terug, en waar het was of gaandeweg kwam, zagen de ouderlingen tegen het reizen op, of liever tegen de kosten, daar zij die dikwijls niet of met de allergrootste moeite vergoed kregen, hetgeen ook voor de predikanten jarenlang een bron van twist is, geweest met de kerkmeesters, die geen openlijke rekening deden. Dan kwam de Schout erbij te pas, vervolgens de Provinciale Synode, en eindelijk het Hof, hetwelk in 1644 het geharrewar moede, besloot de heele kerkorde op te heffen en zich nergens verder mee in te laten, hetgeen echter een welgedocumenteerd protest uitlokte en dan ook niet doorging.

Op onwettig verzuim stond een boete, eerst van een „keysers gulden", later van „een pond Vlaemsch", is zes gulden. Daar zich alras de behoefte aan spoedeischende vergaderingen openbaarde, belegde de Classis deze in 1596 voor het eerst, legde in 1600 daarvoor bepalingen vast, en hield deze steeds in Harderwijk als „buitengewone Class, vergadering'. Men zond afgevaardigden naar de naburige Classen en ontving daarvan ook de deputaten, en noemde dit de „loflicke correspondentie". Tot 1619 wordt steeds ieder inkomend lid ernstig vermaand om de Acta der Nationale Synode van 1586 over te schrijven, ten einde een ieder gevrijwaard worde voor informaliteiten in kerkrechtelijk opzicht. Na 1592 zien wij geen pastoors meer als gedaagden op de vergaderingen, daar men besloot deze niet meer op te roepen.

H. Avondmaal. Predikanten op dorpen zonder kerkeraad, die nog geen vaste gemeente hadden, en nog niet in het bezit waren gesteld van kerkgebouw , en pastorie, mochten te midden van hun volgelingen wegens „de troubelen" nog geen Avondmaal vieren, en waren zelf verplicht om minstens eens per jaar in de naastgelegen gemeente waar het gehouden werd, aan te zitten. Ook pastoors, die overgingen, moesten zich door een Avondmaalsgang „der gemeinte Gods inlijven". Wanneer de gemeente groeide en er een aantal het H. Avondmaal begeerde, moest men gezamentlijk naar die naburige plaats trekken. Vóórdat een plaatselijk predikant in eigen gemeente zulks deed, werd deze bediening voor de eerste maal door den consiüent verricht.

Arbeidscontract. Eigenaardig treft ons de beroeping of liever de verbinding, op contract. In zeker opzicht is dat nog zoo, daar een bepaald tractement is vastgesteld bij de beroeping. Doch hier zien wij het eigenaardige, dat verschillende predikanten zich — en dat in verband met de tractementskweslie — verbinden voor bepaalden tijd als b.v. voor één, twee, drie, of zes jaren. Het viel namelijk veel voor o.a. te Oldebroek en Garderen, dat het tractement niet op tijd uitbetaald werd. Op bijna alle dorpen beliep dit f300.— 'sjaars. Ja, het bleef dikwerf grootendeels achterwege. Vandaar de tijdsbepalingen. Het tractement kwam soms geheel, soms gedeeltelijk uit kerkegoederen, en anderszins van de Heeren Gecommitteerde Raden van het kwartier Veluwe. Daarbij kwam nog dat sommige pastoriehuizen het eigendom waren van den pastoor als te Elspeet, zoodat dit bij den overgang verwikkelingen meebracht.

Verandering van standplaats. In verband met het vorige bracht verandering van standplaats soms ook eigenaardige moeilijkheden met zich mede, maar ook omdat de Classis de zaak van beroeping en voorgenomen vertrek ernstig overwoog en niet louter administratief behandelde. Meer dan eens komt het voor dat een predikant niet vertrekken mag bij het eerste beroep dat hij krijgt. De Classis verleende echter wel spoedig approbatie zoo de predikant ter plaatse zijn tractement niet uitbetaald kreeg. Nochtans ook dat was niet steeds een overwegende reden. Ds Voskuyl van Epe vertrok echter tóch, maar Ellardus van Mehen, predikant te Harderwijk, zwichtte voor de Classis, en ging niet naar Delft, later ook niet naar Amsterdam, gelijk de Synode in hooger beroep oordeelde.

R em o ns tr an lisme. De Classis besloot om predikanten die van een „geheime" gemeente kwamen, of uit het buitenland zich hier vestigden, te examineeren, en degenen die van „suspecte" plaatsen kwamen, duchtig aan den tand te voelen, daar de kerk met Remonstrantisme werd besmet. Om dit euvel te keeren en elkander recht in de oogen te zien, vergaderden beide Classen van Over- en Neder-Veluwe in 1612 te Barneveld, alwaar zij allen de Ned. Geloofsbelijdenis, Heidelb. Catechismus en Barneveldsche besluiten onderteekenden. Dit leidde tot oneenigheid met de Remonstrantsch gekleurde Classis van Tiel en Bommel, waarheen op gezag van de Geldersche Synode Veluwsche predikanten zouden gaan om de Reformatie te helpen bevorderen, een oneenigheid die zóó hoog liep, dat het Hof van Gelderland het houden van Synoden verbood. Inderdaad is er dan ook in geen zes jaren een Geldersche Synode gehouden.

Nieuw ingekomen predikanten moesten voor de Classicale broeders ter plaatse waar de vergadering gehouden werd een predikatie houden volg'ens opgegeven text, en zoo deze broeder zwak in het prediken was, mocht hij het doen met gesloten deuren, dikwijls 's morgens om zes uur, zoodat het kerkgebouw voor de gemeente niet toegankelijk was.

Was de gezindheid van den predikant goed, doch zijn preek beneden het dragelijke, dan werd zijn bevestiging nog een tijdlang uitgesteld.

G. VAN DER ZEE, Herv. pred.

(Wordt vervolgd.)

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 29 maart 1935

De Reformatie | 8 Pagina's

UIT DE HISTORIE

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 29 maart 1935

De Reformatie | 8 Pagina's