GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

GEESTELIJKE ADVIEZEN

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

GEESTELIJKE ADVIEZEN

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

(Alle inzendingen, deze rubriek betreffende, aan Ds D. van Dijk, Akkerstraat 26, Groningen.)

Kan een medicus, in de gemeente, waarin hij zijn praktijk uitoefent, het ambt van diaken bekleeden? Het is mij in den laatsten tijd gebleken, dat er hier en daar voor het ambt van diaken wel medici gecandideerd en gekozen worden.

Met medicus bedoel ik hier gewoon een huisarts, geen specialist. Een specialist neemt met betrekking tot de hier aanhangige vraag een zoo geheel andere plaats in dan de huisdokter, dat hij geheel buiten beschouwing kan blijven.

Is het verstandig een dokter te candideeren voor het diakenambt en, indien hij gekozen wordt, moet hij dan de benoeming aanvaarden of mag hij ontheffing \Tagen ?

Ik wil daarover wel mijn meening zeggen.

Het komt mij voor, dat men verstandig doel, met deze twee ambten van elkander gescheiden te houden.

Om de volgende redenen.

a. Wanneer een patiënt weet, dat zijn dokter ook diaken is en daarmee heeft te beslissen over de aan hem te verleenen hulp, bestaat het gevaar, dat hij zich niet meer onbevangen gevoelt en in zijn verklaringen zich laat leiden door de gedachte: ik moet oppassen, dat ik niet iets zeg, waardoor de hulp, die ik krijg, misschien gevaar zou loepen van verminderd te worden.

Hij zou er daardoor toe kunnen komen, in zijn klachten te overdrijven en het daardoor den dokter moeilijk te maken, een goede diagnose te stellen of zich een juist beeld van het verloop van de ziekte te vormen.

b. De dokter zelf zou zich in de rechte behandeling belemmerd kunnen gevoelen door de wetenschap, dat hij ook diaken is.

Bijvoorbeeld. Hij acht voor een bepaalden patiënt noodig, dat deze langen tijd blijft onder medische controle.

Het is den patiënt niet aan te zien, dat hij dat noodig heeft, maar de dokter als vakman weet dat wel.

Hoe licht kan hij nu denken: als ik dat oordeel uitspreek, zullen de menschon, ook de medediakenen, allicht denken, dat ik dat maar zeg om daardoor dien patiënt, wiens behandeling door de diaconie gefinancierd wordt, maar wat langer vast te houden, om daardoor eigenlijk zelf van de diaconie te kunnen ü'ekken.

Die overweging zou er hem toe kunnen brengen, nu over zijn medisch geweten heen te stappen en den patiënt eerder te laten loopen dan goed is; 6f (wat ook niet goed is) ten slotte, om elk verwijt te voorkomen, den patiënt maar gratis .te behandelen.

c. Ook zonder dat bepaalde gevallen zijn aan te wijzen kan de kwaad denkende gemeente de gedachte gaan koesteren: dat is toch een zonderlinge toestand, dezelfde man, die de patiënten behandelt, zorgt er ook voor, dat zij in staat gesteld worden medische behandeling te genieten; als diaken zorgt hij dus ten deele ook voor zijneigen broodje. Daai-door zou zijn positie èn als dokter èn als diaken worden geschaad en hij zich naar alle zijden gebonden gevoelen.

Ik geef toe, dat deze verschijnselen in de praktijk zich niet altijd even sterk zullen voordoen; dat er zelfs gevallen zijn, waarin zij heelemaal niet zullen worden waargenomen.

Maar de mogelijkheid bestaat.

Het gevaar hier genoemd is niet denkbeeldig. Maar is het dan niet beter, dat men, om geen risico in deze richting te loopen, geen huisarts candideert voor diaken; en mocht dat toch geschieden en hij gekozen worden, doet de dokter dan niet verstandig, met ontheffing te vragen en de kerkeraad met hem die ontheffing te verleenen?

Mijns inziens behoeft geen dokter consciëntiebezwaar te hebbeu tegen de vraag: och, stel mij vrij!

Veel beter, dan den dokter in de diaconie te halen, lijkt het mij toe, dat men den dokter vrij laat, maai- in bepaalde gevallen en onder bepaalde omstandigheden zijn raad inwintj zijn advies vraagt.

Zoover het ambtsgeheim hem dat toelaat, zal hij dat ook wel willen geven.

Mij dunkt, op die wijze houdt men den toestand het meest gezond.

In het algemeen wil ik hieraan wel toevoegen, dat men bij het candideeren voor een bepaald ambt in de gemeente, toch de noodige wijsheid betrachte.

Dat men zich daarbij toch wel ernstig afvrage: is er in den persoon of arbeid van den bettokkene ook iets, waardoor het hem zeer moeilijk zal vallen dat ambt te bekleeden?

Is iemand eenmaal gekozen, dan dringen wij er op aan, dat hij die roeping als Goddelijke roeping opvolge.

Maar zal men dat met vrijmoedigheid kunnen doen, dan moet men ook van te voren overwogen hebben, of er^ voorzoover men weten kan, ook bezwaren zijn voor dien bepaalden broeder. Alle lichtvaardig daar overheen stappen is hetil verkeerd en leidt telkens bij de verkiezingen voot het ambt tot allerlei teleurstellingen.

Als het een zeer ernstig ding is, dat men ge. kozen wordt, dan is het zeker oen even emstifl ding iemand te candideeren. I

Het komt mij voor, dat wat meer ernst en nauii. gezetheid in dezen niet overbodig zou zijn.

D. V. D.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 6 december 1935

De Reformatie | 8 Pagina's

GEESTELIJKE ADVIEZEN

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 6 december 1935

De Reformatie | 8 Pagina's