GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

BOEKBESPREKING

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

BOEKBESPREKING

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

„Jfezus Christus en het menschenleven", 2e druk. Uitgevers-Mij Holland — Amsterdam (z. j.).

In dezen bundel vindt men de volgende opstellen: „Jezus Christus en het persoonlijk leven", door Ds H. L. Both; „Jezus Christus en het familieleven", door Dr G. Brillenburg Wurth; „Jezus Christus en het kerkelijk leven", door Ds P. Ch. van der Vliet; „Jezus Christus en het staatsieven", door Dr H. Colijn; „Jezus Christus en het sociale leven", door Mr J. A. de Wilde; „Jezus

Christus en het volkerenleven", door Ds W. J. J. Volders; „Jezus Christus en het cultuurleven", door Dr B. Wielenga; „Jezus Christus en het navolgen Zijner voetstappen", door, .Ds N. Buffinga.

Een eigenlijke beoordeeling van dit boek acht ik overbodig, omdat het een herdruk is. Slechts merk ik op, dat mijn opstel, in den eersten druk (over Jezus Christus en het cultuurleven) niet meer opgenomen is. Van den samensteller van den eersten druk (Ds Buflinga) heb ik over den 2en druk geen woord vernomen, mondeling noch schriftelijk. Slechts kreeg ik op een zekeren dag van den uitgever bericht, dat een tweede druk verschijnen zou, en het verzoek, mijn copie even door te zien. Ik heb toen bezwaar gemaakt tegen herdruk van het artikel zonder meer. Niet alsol ik het zou verloochenen; want ik heb het juist gehandhaafd tegen bedenkingen van anderen. Er was een andere reden. Er is immers na dien nog al wat te doen geweest over dat artikel; ik heb het gehandhaafd tegen Dr Noordmans en tegen Prof. Hepp; en ik vond het niet gewenscht, een herdruk te geven zonder met de sindsdien gevoerde besprekingen ernstig rekening te houden. Wilde ik dat goed doen, dan zou het artikel zijn uitgedijd op een wijze, die de proporties van het geheel uit het oog verloor. En voor het schrijven van een nieuw artikel, dat dus niet als herdruk meer gelden kon, noch ook als bewerking, ontbrak mij later de tijd; bovendien zou dat geleken hebben op verloochening van het eerste.

Overigens zijn er over de opstellen heel wat dingen op te merken. Of er b.v. iemand is, die wèl den moed heeft te zeggen, dat Adam gereformeerd was? Ik ken niemand, en zou niet gaarne beweren, dat dit gevoelen „een uiterste" is.

Maar laat ons niet recenseeren; men weet, wat men aan het boek heeft, uit den eersten druk.

Wat mijn eigen bijdrage betreft: zonder een belofte te doen, kan ik toch wel meedeelen, dat één van de mogelijkheden, die in het overleg tusschen den uitgever en mij ter sprake gekomen zijn, is een afzonder- 1 ij k e uitgave, waarin mét de debatten met de H.H. Noordmans en Hepp rekening gehouden wordt. Tegenover die mogelijkheid sta ik niet afwijzend; het overleg met den uitgever d a a r.o v e r wierp ook geen enkel

bezwaar op.

K. S.

„De Spiegel", Christelijk Nationaal Weekblad. — Uitgave van „Bureau De Spiegel", Wageningen.

Reeds geruimen tijd ontving onze redactie dit tijdschrift ter beoordeeling. Ons zeer waardeerend oordeel kan dus op langdurige kennisneming rusten. Er behoeft aan die waardeering niets te ontbreken. Het frisch en beschaafd geïllustreerde weekblad heeft in de laatste jaren van ie moderne techniek zich graag bediend, zonder ook maar even in overdrijving te vallen, en de voornEune, gezellige uitvoering te schaden. De vervolgverhalen heb ik niet gevolgd; wat ik er af en toe van inzag, gaf den indruk van goede Christelijke verhalen, met inachtneming van de behoeften van het Christelijk huis­

gezin.

K. S.

„Het Gebed", door Prof. Dr O. Hallesby. Met een woord ter introductie van Prof. Dr G. Ch. Aalders. Vertaald door E. Voorhoeve—Van Oordt.

J. N. Voorhoeve — Den Haag.

Prof. Dr G. Ch. Aalders zegt in zijn „woord van introductie" veel goeds over dit werk, al geeft hij toe, dat er wel eens een enkele maal iets in gezegd wordt (b.v. inzake den revival) „waarbij we ons ietwat onwennig voelen". Dit laatste zou ik willen onderstreepen. Er staan vele dingen in, die ik zelf rechtstreeks onjuist acht. Al dadelijk is dit het geval in het eerste hoofdstuk: „Wat gebed is". Dat is ten deele een gevolg van de methode, die de schrijver volgt, door boven zijn hoofdstukken bijbelteksten af te drukken, welke al of niet met zijn onderwerp in verband staan, en dan zijn gedachten sturen in een richting, die öf eenzijdig is óf verkeerd. Zoo wordt b.v. gezegd, dat bidden is: „Jezus toelaten tot ons hart". De oude, maar onjuiste beeldspraak, volgens welke het gebed de ademtocht der ziel is, beheerscht op de eerste bladzijde het betoog, en doet zoo weer te kort aan de mooie omschrijving van het gebed in Zondag 45. „Onmerkbaar" komt volgens den schrijver Jezus in onze harten. Doch de Catechismus zegt het anders, gelukkig. Als hulpeloosheid het „geheim in de kracht van het gebed" heet, achten wij dit onjuist. We voegen er aanstonds aan toe, dat er in dit boek ook andere uitspraken staan, die weer een anderen kant uitwijzen. De scherpe eenheid van conceptie, die men verkrijgt bij gereformeerd inzicht inzake de praemissen van het gebed, ontbreekt hier. Met name ontging den schrijver het belangrijke moment der onderwerping van den bidder, ook in het gebed zelf, aan het gebod Gods. Ik denk weer aan den Catechismus, die zegt, dat wij God zullen aanroepen om al wat Hij ons geboden heeft te bidden.

Er is dus in dit werk veel goeds en schoons, maar in zijn geheel kan het ons niet bevredigen, wijl het geen

goede leiding geeft.

K. S.

J. K. van Eerbeek: „Burgers van Nijstad". J. H. Kok N.V. — Kampen.

Binnenkort zal het laatste werk verschijnen van den onlangs overleden schrijver M. Boss, die onder het pseudoniem J. K. van Eerbeek eenige mooie romans geschreven heeft.

In 1930 kwam bij Kok uit zijn bundel „Verhalen", waarin hij zich een buitengewoon goed verteller en scherp opmerker toonde. Dadelijk nam hij met dit werk een plaats in de voorste rij der jongere. Christelijke prozaïsten in. Het hier boven aangekondigde boek is een letterlijke herdruk van deze Verhalen, alleen de titel is nieuw. Ieder, die genoten heeft van zijn grootere werken „Strooschippers" en „Beumer & Co.", zal ongetwijfeld ook dezen mooien bundel novellen willen bezitten. De geheele nalatenschap van dezen sympathieken schrijver vormt een waardevol monument van Christelijke kunst. Hij worde veel gelezen.

H, ., S, ,

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 31 maart 1938

De Reformatie | 8 Pagina's

BOEKBESPREKING

Bekijk de hele uitgave van donderdag 31 maart 1938

De Reformatie | 8 Pagina's