PSALM 5 : 9—13
(vertaling N.B.G.)
Leid, HEER', om hen, die mij belagen, mij toch door Uw gerechtigheid; maak mij Uw effen weg bereid. Doe hen, die zoo mijn ziel bejagen hun oordeel dragen.
Niets is 'betrouwbaar in hun monden, hun binnenste 't verderf ten deel, een open graf is mij hun keel. Doe, die met gladde tong mij wonden toch naar hun zonden.
Laat door hun eigen raad hen vallen. Doe hen toch boeten, o mijn God, want hoe weerspannig is hun spot. Maar die U zoeken prijzen allen Uw welgevallen.
Die bij U schuilen zult Gij schragen, zij juub'len altoos tot Uw eer, wijl Gij d' oprechte zegent, HEER. Een schild is om hem. al zijn dagen Uw welbehagen.
A. V. B.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 2 juli 1949
De Reformatie | 12 Pagina's