GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

GRONINGE Brieven

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

GRONINGE Brieven

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

Amice frater.

Gij zult mij niet tegenspreken als ik zeg, dat wij een kostelijke schooldag hadden. Ik behoef daaromtrent geen lofspraak te houden. Daar zijn trouwens altijd vrienden, die in zulk geval, vooral als het getal bezoekers wordt gemeld, waarschuwen en zeggen: poch daar niet op, want dan loopt gij gevaar in eigen kracht te roemen. Zij hebben natuurlijk gelijk, zoals dat met ernstige goede waarschuwers gemeenlijk het geval is. Maar ik zeg dan: gij moogt toch ook wel eens recht blijde en dankbaar zijn, als God de Here ons warm doet lopen voor Zijn zaak, die door Zijn genade de onze mag wezen.

Het is een genot en zeer leerzaam ook in ons blad de verschillende redevoeringen rustig te kimnen nalezen.

Mijn indruk is dan, dat van heel het gesprokene kan worden gezegd: het was compleet.

Ook aan het potje van onze geestdrift voor de Reformatie, die, naar. niemand onzer op goede grond • zal kunnen weerspreken, moet doorgaan voor gans ons leven, zijn twee oren.

Toen ik mijn eerste fiets had en daarmee verscheen bij een oude vnjze man, zeide deze: beste jongen, meen nu niet, dat ik de oude man van Rochefoucauld ben, welke grote schrijver naar gij weet zei, dat oude mensen gaarne jonge lieden waarschuwen voor allerlei gevaren, maar dit meest omdat zij zich enigermate schadeloos willen stellen voor het feit, dat zij die zelve niet meer kunnen ervaren.

Ik zei: ik ken die stelling, maar bij U denk ik er niet aan.

Wel dan, zo antwoordde hij, ik wou alleen maar zeggen: die fiets is een mooi ding en ik vind het jammer, dat zij nu eerst is gekomen, maar bedenk wel, dat zij zo licht je vijand kan worden.

Nu, dat moeten viTJ vooral in ons drukke verkeer, en vooral als het brommen van het ding zelf U er doorgaand aan herinnert, niet vergeten. Dit gebeurt meer dan eens, en brengt dan, naar de couranten bijna dagelijks melden, grote ongelukken.

Wat hier van de fiets werd gezegd, geldt trouwens ook van ons zelf, altijd weer. Wij worden ook in onze ijver, doch evenzeer in onze flauwhartigheid gemakkelijk onze eigen vijand. Dan bedoelen wij de goede zaak, en dat is de zaak des Heren, te dienen, maar wij schaden haar in onze overijver of onze onwil. Welnu — op onze schooldag werd krachtig gepleit voor onze dure roeping, in onze tijd van veel afval getrouw te zijn aan de eis des Heren en betonen, dat de Reformatie, ons weer geschonken, voor heel ons leven in alle verhoudingen moet doorgaan.

Het is nodig, dat wij daarop telkens weer worden gewezen, omdat wij gaarne, hoe overtuigd ook van onze zaak voor alle dag en in alle werk, gaarne een klein hoekje overhouden, waar wij zelf baas zijn. Een ieder zij in zijn eigen gemoed ten volle verzekerd. Ook van dit gevaar. De Schrift waarschuwt ons, dat wij getrouw, maar ook voorzichtig zullen wandelen, als wijzen en niet als onwijzen.

Daar komt, zoals wij zingen, bij onze actie zo licht „vlees en wereld" bij. Wij zijn menigmaal onze eigen vijand.

En zie: u ontbrak naast de opwekking tot getrouwheid overal, ook niet de waarschuwing: eest waakzaam en bederf de goede zaak niet door eigen onverstand. Dat is goed. Uiteraard op één zeer belangrijke voorwaarde en die is, dat zowel de een als de ander blijk geeft de les inzake de fiets te verstaan: ij kan uw vijand zijn. De voet van de voetganger zo goed als de fiets van de wielrijder. Zo goed, om een woord van de profeet Jeremia te gebruiken, de man, die loopt met de voetgangers als die zich 'mengt met de paarden. Jer. 12 : 5.

De voorwaarde, die ik noemde, is in elk geval deze, dat er geen stilstand is op de weg der Reformatie. Om een voorbeeld te noemen uit de schoolstrijd, die wij thans opnieuw moeten aanvangen, het was in de eerste dagen van deze kamp, dat er één naan was. Groen van Prinsterer, die met vuur en met grote, heerlijke ijver deze strijd voerde en de mensen der wereld, de liberalen, die de gelovigen gaarne onderdrukten en hun het eerste recht, berustend op de eerste phcht, wilden roven, m.et kracht weerstond en hun de harde waarheid zeide.

Toen waren er obk christenen, die die ijver verkeerd achtten. Zij wilden langzaam aan. Zij wilden wel praten, maar liever niets doen. Zij noemden Groen liefdeloos; waren zelve jegens de tegenstander heel' lief als mensen der liefde.

Maar heel merkwaardig was, dat zij die liefde niet Tienden jegens de getrouwe strijder. Als zij hem aanvielen, dan kwamen zelfs de scherpste, meest beledigende woorden: misdadig, demonisch, satanisch.

De grond van dit alles was, dat deze liefdevolle mensen niet goed stonden voor de Here en Zijn heilig Woord.

Ontmoeten wij zulke mensen, dan moeten wij als Groen durven zeggen: ook gij wilt de strijd tegen mij ? Ik aanvaard ook die, hoeveel leed dit mij ook kost. Want de liefde voor des Heren zaak gaat voor. Zulke strijd moet echter onder ons niet worden gevonden.

De man, die waarschuwt, moet tegehjk de man zijn, •die van harte de goede strijd met ons meestrijdt.

Als dit het geval is, dan komt zijn waarschuwing steeds van pas.

Want wie erkent niet, dat ook onze goede ijver voor de zaak des Heren niet volmaakt is. Dat wij daaronder licht het gevaar kimnen lopen, hoogmoedig op ons eigen werk te worden, alsof wij het zullen doen, terwijl de Here ons zegt, dat wij alleen maar gehoorzaam zullen zijn, maar weten moeten, dat Hij het doet. Ik heb daarover eens een preek gehoord; over de enkele Schriftwoorden: Die het doet. De preek was wat eentonig, maar het woord was toch goed.

Komt zulk een waarschuwing dus van een man, die een goede actie niet heel vriendelijk gezind is, dan heeft de waarschuwing, hoezeer wij er naar moeten luisteren, minder nut, dan als de voorwaarde, die ik noemde, aanwezig is. Niemand zal dit met recht kunnen tegenspreken.

Ik hoorde iemand zeggen: in al onze ijver moeten wij letten op de oudste broeder in de gehjkenis van de verloren zoon.

En dat is ook zo.

Maar toen hij dan het voorbeeld van de verloren zoon ten voorbeeld stelde, werd, naar mijn smaak althans, vergeten, dat deze van iets zich afkeerde en het vaderhuis weer zocht. En dat men toch niet mag aannemen, dat deze verloren zoon, zó teruggekeerd, voorts zijn leven sleet met het eten van het gemeste kalf.

Hij zal stellig ijveriger en getrouwer hebben gearbeid dan zijn broeder.

Als ik zulk een redenering hoor denk ik aan een verklaring dezer gehjkenis, die zei: eigenlijk moest deze gelijkenis niet heten: de gehjkenis van de verloren zoon, maar: de gelijkenis van de Vader.

Zo was het nu niet op onze schooldag. Op beide zijden van onze ijver werd gewezen en dat is altijd weer nodig. Wij behoeven ons daarin niet te laten terughouden door de vrees, dat de vijand juist van de waarschuwing gebruik, hier misbruik, zal maken. Ik zag dat weer in het dagblad „Trouw".

Geen dienaar des Woords en geen redenaar op een schooldag of andere vergadering zal nalaten op fouten en gevaren in de eigen kring te wijzen, uit vrees, dat de vijand zal zeggen: hoordet gij die man?

Het is daar toch maar een zoodje.

Wij moeten de Here vragen of Hij ons allen getrouw wil maken in de strijd der Reformatie, die wij moeten strijden, maar ons ook op onze hoede wil doen zijn tegen de gevaren, die ons daarin zelf bedreigen. De Schrift leert ons dit.

Wij kunnen nimmer te voorzichtig zijn inzake ons zelf.

In onze ijver voor de zaak des Heren, maar ook in onze heimelijke onwil, om daarin krachtig en met bhjdschap mee te doen.

Met hartehjke groeten en heUbede, uw toegenegen

MAKNIX.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 24 november 1951

De Reformatie | 8 Pagina's

GRONINGE Brieven

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 24 november 1951

De Reformatie | 8 Pagina's