GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Buitenland.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Buitenland.

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

Franbryk. Welke resultaten zijn door de Evangelisatie derRoomsche bevolking verkregen?

Na den nederlaag, dien de Franschen in 1872 geleden hadden, gingen de Fransche protestanten de schoonste verwachtingen koesttren. Men dacht, dat Frankrijk door zijne rampen geleerd had, en het scheen, dat de deur voor de prediking van het Evangelie geopend was. Een nieuw Frankrijk zou uit den smeltkroes der beproeving opstaan; de republiek gaf vrijheid om overal het Woord Gods te laten prediken; hoe blijde was men, dat men alom zonder de minste belemmering propaganda kon maken voor het protestantisme, want onder Napoleon's regeering waren er zoovele struikelblokken in den weg gelegd! Men toog dan ook met ijver aan den arbeid. De inwendige zending van Mar-All te Parijs opende zijn eerste zalen; hij werd op allerlei wijze gesteund. Zoo maakte men zich allerlei illusiën; de comité's en vereenigingen voor Evangelisatie zouden nu eerst recht gaan leven en bij duizenden zag men in zijne verbeelding de bekeerlingen zich reeds verdringen bij de poorten der Gereformeerde kerk.

Maar wat is er, nu wij den toestand na een tijdperk van zestien jaren beschouwen, van al die hooggespannen verwachtingen geworden? Ongeloof en zedebederf hebben onder het Fransche volk ontzettende verwoestingen aangericht. Het aantal vrijdenkers is vermeerderd op een schrikbarende wijze; de rijen van de vrijmetselaars zijn versterkt, terwijl de vrijmetselarij zich hoe langer zoo meer in de armen van het ongeloof wierp. Bijna elkeen, dien het

erom te doen was om dien alles verwoestenden steeds aanwassenden stroom te ontkomen, ging zijn heil zoeken in het bijgeloof.

Het is niet te ontkennen, dat hier en daar een kleine beweging ontstond voor het protestantisme; enkele menschen werden ervoor gewonnen. Doch meer kon niet verkregen worden. Na jaren arbeids en na vele offers, kan men slechts op magere resultaten wijzen. In spijt van overdreven berichten omtrent de vorderingen, die het protestantisme maakt, moet men, als men de zaken nuchter beschouwt, zeggen, dat Frankrijk Roomsch in merg en nieren gebleven is, en voorzoover het Rome den rug toekeerde, overgeloopen is naar het groote leger der vrijgeesten. De Fransche protestanten moeten daarom de illusie, dat zij de Franschen in massa tot het protestantisme zouden bekeeren, voorloopig maar opgeven; of er zou een wonder van Gods genade moeten geschieden, waarvan in de historie der kerk geen voorbeeld aan te wijzen is.

Maar waaraan is het te wijten, dat zoo bitter weinig gewonnen werd ?

Er arbeiden in Frankrijk onderscheidene vereenigingen tot Evangelisatie der Roomschen. Deze vereenigingen hebben onderscheidene evangelisten en predikanten in hun dienst, welke nu en dan wel eens geroepen worden om in geheel Roomsche plaatsen te komen spreken. Waarom begeert men hen te hooren? Bijna altijd hebben eenige gemeenteleden het met den pastoor te kwaad gekregen, of met den bisschop over den pastoor. Gemeenlijk is de Roomsche geestelijkheid in dergelijke twistingen in haar recht. Doch dit neemt niet weg, dat de apostelen van het protestantisme zich haasten om in eene gemeente, welke tegen de Roomsche hiërarchie in verzet kwam, te gaan spreken. De menschen, die hen roepen, weten riet wat het Protestantisme is, van de Gereformeerde leer verstaan zij nog minder. Wanneer men nu een predikant of een »conférencier" laat spreken, dan is dit maar al te dikwijls een middel om aan den bisschop te kennen te geven, dat men zich tegen hem met kracht wil verzetten.

Inplaats dat zulk een prediker, door een oproerige Roomsche bevolking geroepen, aanstonds begint met de lieden neder te zetten, en naar de redenen vraagt waarom zij zich tegen Rome verzetten, gaat men gemeenlijk het onheilige vuur nog meer aanblazen, door tegen de priesters en tegen de dwalingen van het Roomsche stelsel te prediken. Zulke woorden vallen dan natuurlijk in een goede aarde, en het is geen wonder, dat de spreker, aan het einde van zijn rede gekomen, warm wordt toegejuicht. Men houdt in Frankrijk nu eenmaal van controversieele redevoeringen; en het enthousiasme bereikt dan daarbij zijn toppunt, wanneer sprekers zeggen, dat de Roomsche godsdienst een geld-godsdienst is, dat de Roomsche kerk handel drijft, terwijl de Gereformeerde kerk alles voor niets doet. Dit valt gemeenlijk bij de gierige plattelandsbevolking in een goede aarde.

Wanneer nu een spreker een of meermalen in zulk eene plaats gesproken heeft, dan zijn de comité's voor Evangelisatie er weldra op uit, om er een evangelist of predikant te plaatsen. Er schijnt, het zij in het voorbijgaan opgemerkt, niemand in Frankrijk naar te vragen: »Zou een comité voor Evangelisatie wel het recht hebben om ergens een predikant te plaatsen, zou dit niet veeleer moeten uitgaan van de genabuurde kerken? " Er is dan een predikant in de plaats, die wij N. zullen noemen; er is een kerkgebouw uit den grond verrezen; ook is eene school gesticht. Belangrijke sommen zijn daarvoor uitgegeven, doch deze wegen wel op tegen de goede geruchten, die men van het werk in die plaats hoort. De verslagen der Evangelisatie-vereenigingen en de Christelijke bladen zijn vol van verhalen omtrent den voortgang van het werk, dikwijls geschreven door mannen, die dien Evangelisatiearbeid slechts terloops bezocht hebben. Maar hij, die in dien wijngaard arbeiden moet, bemerkt weldra, dat hij een veld vol van distelen en onkruid voor zijne rekening gekregen heeft. Niet een ontruste conscientie, welke tot God roept; nog minder een volk, dat uit den doodslaap der zonde is ontwaakt en de handen op de borst slaat; maar menschen, die van oordeel zijn, dat de bisschop of de pastoor zich te veel aanmatigden, hebben zijne overkomst uitgelokt. Al spreekt hij over geloof, bekeering, wedergeboorte, hij wordt niet verstaan, nog minder, wanneer hij zegt, dat men voor de zaak van de uitbreiding van Gods Koninkrijk, en voor de behoeftigen ook geldelijke offers overhebben moet. Van lieverlede gaat het nieuwtje van de protestantsche prediking af, en ook worden er velen boos gemaakt, wanneer de prediker aandringt op het nalaten van het dienen der wereld door het najagen van publiek vermaak, . het bezoeken van cafe's enz; en het einde der zaak is, dat de opkomst al minder wordt. De verslagen maken er ten slotte geen melding meer van ... het is slechts een stroov uur, dat voor een oogenblik gebrand heeft. Ook wanneer het Woord gepredikt was, vond het er geene diepte van aarde. En het einde is, dat de kas van het comité voor Evangelisatie voor aanzienlijke tekorten zit.

Soms gaat het eenigszins anders toe. Er zijn predikanten en evangelisten, die _ eene beweging ten gunste van het protestantisme zoeken uit te lokken. Men houdt daartoe conferentiën, en om de lieden beter te trekken, spreekt men in den eersten tijd maar niet over Jezus Christus en dien gekruisigd, maar doorspekt men zijne rede met politieke toespelingen en geestige zetten, welke erop berekend zijn om de lachers an zijne zijde te krijgen. De zaal is vol, zooang de spreker handelt over de weldaden van de republiek en over het kwaad, dat hetclericalisme in Frankrijk sticht; maar wanneer er gepredikt wordt over zonde, gerechtigheid en oordeel; zoo spoedig als maar eenigen schijn van den gekruisigden Christus vertoond wordt, dan gaat de menigte ontevreden heen en komt niet meer terug, want men heeft het gevoel, dat men een valstrik heeft willen leggen.

Niettegenstaande de groote sommen gelds, én door de Fransche protestanten zelven én door buitenlandsche Christenen voor de Evangelisatie van Frankrijk uitgegeven, is men na eene worsteling van een vijftiental jaren even ver als men tevoren was. De kleine winst, die men behaalde, wordt opgewogen door het erlies, dat men leed door protestanten, die in de verstrooiing leven en van lieverlede gaan ergeten, dat zij tot eenige kerk behooren, en door gemengde huwelijken.

Zal Frankrijk naar Gods Woord geëvangeliseerd worden, dan zal het noodig zijn, dat en nieuwe reformatie de schier verstorven Gereformeerde kerken met nieuw leven kome ezielen. Wat de predikers over het algemeen rediken; wat er geschreven wordt in de Franche Christelijke pers, is van dien aard, dat men et droefheid vervuld wordt, als men opmerkt, dat velen ijveren voor Evangelisatie, die nog niet eens weten, wat het Evangelie is. God ontferme zich over Frankrijk en zijne kerken!

WICKEL.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 14 oktober 1888

De Heraut | 4 Pagina's

Buitenland.

Bekijk de hele uitgave van zondag 14 oktober 1888

De Heraut | 4 Pagina's