GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Buitenland.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Buitenland.

10 minuten leestijd Arcering uitzetten

DaltSChland. De aanstaande verloving van prinses Alice met den Russischen kroonprins. Nog iets over de vervolging der Lutherschen in Rusland.

Het is een treurig teeken des tijds, dat de geheele Duitsche pers, met uitzondering van de z-g. conservatieve (het meest overeenkomend met onze anti-revolutionaire) het bericht van de aanstaande verloving van prinses Alice van Hessen met den Russischen troonopvolger met de grootste onverschilligheid mededeelt, en dit'terwijl daardoor de Evangelische prinses tot de Grieksche kerk moet overgaan. De nieuwe wet voor het keizerlijk huis gedoogt niet, dat de keizerin tot een andere dan de Grieksche kerk behoort, terwijl de gemalinnen der grootvorsten tot andere kerkgenootschappen kunnen behooren.

Juist in een tijd, nu de Evang. Luthersche kerk in Rusland zoozeer in haar vrije ontwikkeling door de Russische regeering belemmerd wordt, is het voor de Evangehschen, die nog hunne kerk liefhebben, smartelijk te moeten aanzien, dat een Duitsche prinses, om als keizerin van Rusland te kunnen gehuldigd worden, tot de Grieksche kerk, de onderdrukster der Luthersche in de Oostzee-provinciën, zal overgaan.

Wellicht hoopt men, dat door het huwelijk van een Duitsche prinses met den aanstaanden Russischen alleenheerscher, de verhouding tusschen Duitschland en Rusland zoo zal blijven, dat het niet tot den gevreesden geweldigen oorlog tusschen beide kolossale rijken komt.

Het bekende: »Parijs is wel eene mis waard, " wordt dan opnieuw in toepassing gebracht; maar dit zal even heilloos voor vorst en volk blijken, als het voor Hendrik van Navarre en Frankrijk geweest is. Ach, wat wordt er door vorsten en volken bitter weinig rekening gehouden met den Heere van hemel en van aarde, die zijne souvereiniteit handhaaft, al woeden de heidenen en al bedenken de volken ijdelheid! De Duitschers aan de Oostzee, die aan hun Evangelische kerk vasthouden, hebben het hoe lang hoe harder te verduren. De procureur den Heilige Synode sprak toch onlangs onverholen uit, gelijk wij in ons blad mededeelden, dat er in Rusland wel vrijheid van godsdienst gegeven werd, maar dat men de onderscheidene kerken niet kon toestaan, om naar hartelust propaganda te maken voor hare belijdenissen.

Daar de pers een machtig propagandamiddel is, zoekt de Russische overheid de Luthersche bladen zooveel in den weg te werpen, dat zij niet meer kunnen blijven bestaan. Zoo is onlangs een blad als de Rigaér Zeitung, ofschoon het onder de strengste censuur staat, d, w. z. schoon datgene, wat in haar gedrukt zal worden, eerst aan het oordeel van de lasthebbers der regeering moet onderworpen, gestraft met het verbod om in acht maanden geen advertentiën op te nemen, omdat men voorgeeft, dat het blad de voorschriften der censuur overtreden heeft.

Dat een blad daarmede moet ten gronde gaan, spreekt vanzelf De dagbladpers kan zonder advertentiën niet leven en wat verhindert het gouvernement om telkens opnieuw deze straf te herhalen, totdat de uitgave moet worden gestaakt? Zoo zal men het van lieverlede gedaan krijgen, dat de Duitsch Baltische bladen verdwijnen, zonder dat door een keizerlijk decreet hunne opheffing wordt bevolen; men dwingt de bolwerken van den Duitsch-Lutherschen geest om zich uit gebrek aan leeftocht over te geven, terwijl dan alleen die bladen in leven blijven die de regeering wenschen te helpen in het Russificeeren der Duitsch-Luthersche bevolking.

Frankryii. Triomf der Evangelische part ij te Parijsi Een belangrijk protest-De z. g-evangelische partij heeft bij den jongsten strijd bij de kerkelijke stembus te Parijs de overwinning behaald-Een achttal jaren geleden wisten de liberalen te bewerken, dat de regeerinp de kerk van Parijs in parochiën verdeelde, welke ieder hun eigen predikanten en kerkeraden zouden hebben, in de hoop, dat dan in enkele deelen van de uiteengerukte kerk het liberalisme zou triurafeeren. Doch op den duur heeft deze inroeping van den sterken arm geen heil aan de liberale partij gebracht. Immers zelfs in de parochie, de< ? /-ö/«Ve genaamd, zijn de liberalen door hunne tegenstanders geslagen. Of men al van liberale zijde zegt, dat de wind tegenwoordig uit een autoritairen hoek waait, ©f men wijst op de groote gematigdheid van de orthodoxe partij, die vroeger in de Oratoire bovendreef; of men de leiders der orthodoxie ook „drijverij" verwijt; het feit is niet te loochenen: het liberalisme werd met groote meerderheid van stemmen geslagen.

Toen de bekende welsprekende, maar moderne prediker Athanase Coquerel, fils, niet tot hulpprediker door het consistorium van Parijs herbenoemd werd, was de geheele kerk als in rep en roer. Kennelgk hadden Coquerel en zijne vrienden de meeste gemeenteleden mede.

Na langen tijd gehoopt te hebben, dat het consistorium op zijn besluit zou terugkomen, kwam men toch eindelijk tot de overtuiging, dat men dit van dit lichaam niet kon verwachten. Men dacht toen, dat de liberalen een nieuwe kerkelijke organisatie zouden in het leven roepen, afgezonderd van de staatskerk. Doch daartoe ging men niet over. Men liet van elders, zelfs uit het buitenland, groote redenaars komen om te pruiken; doch invloed oefende dit niet uit, althans geen invloed van blijvenden aard. Hoe langer hoe meer verloor het liberalisme aan aanhangers, en de verdeeling van de stad Parijs in kerspelen heeft de liberale partij een tijdlang in éen kerspel doen triumfeeren. Gelijk in Nederland is het ook in Parijs op te merken, dat velen, die eerst plaatsnamen in de rijen van de «vrijzinnigen", weldra overliepen tot die der vrijdenkers, welke zich met kerkelijke zaken dan in het geheel niet meer inlaten.

Het officie^ orgaan van de liberalen, de PrO' testant, zegt, dat het niet ontmoedigd is; maar zegt toch, dat welltcht de tijd nog verre is, waarin »de rechtvaardigheid en de waarheid" zullen triumfeeren.

Ons dunkt, de Protestant heeft meer redenen om zich te troosten, of zijne redactie is al zeer kortzichtig. Immers is het duidelijk, dat de Fransche orthodoxie al meer en meer in het spoor van het modernisme verloopt. Immers al de kenmerkende Gereformeerde leerstukken worden öf ontkend óf slechts zeer verzwakt beleden. De Gereformeerde leer omtrent de Schrift wordt verworpen, en de kettersche leer eener conditioneele onsterfelijkheid wint steeds meer veld. Gelijk men in het staatkundige met ronHe woorden de leer van de souvereiniteit Gods verwerpt, zoo doet men het op kerkelijk gebied bedektelijk. De officieuse kerkorde, door de meeste z.g. orthodoxe kerken aangenomen, gaat van echt hiërarchische beginselen uit en en toch beweerde een toongevend blad, dat die reglementen heel wat beter waren dan die der Gereformeerde vaderen', de Hugenoten, Vandaar dat wij zeggen, dat in den boezem van de zich noemende orthodoxie zelve »de geest, die steeds ontkent" steeds meer voet krijgt.

Eindelijk kregen wij een stuk bij de Eglist Libre te lezen, dat getuigt, dat men dit gevaar althans begint in te zien. Het is van de hand van een gemeentelid en draagt tot titel: »Op­

van een gemeentelid en draagt tot titel: »Opmerkingen van een leek", door den heer Faucher, en met opzet schreven wij, dat het een stuk was bij de Èglise, Libre; want de redactie had het in hare kolommen niet willen of durven opnemen, maar had het laten drukken in een supplement met de uitdrukkelijke verklaring, dat de redactie de verantwoordelijkheid voor dat stuk niet voor hare rekening wilde nemen, al sympathiseerde zij op menig punt met den schrijver. Het doet weldadig aan, dat er eindelijk eens een getuigenis uitgegaan is tegen de ondermijning van alle hoofdstukken der leer in naam van de z.g. critiek, door zoogenaamd rechtzinnige godgeleerden. Het is dan ook voornamelijk tegen de mishandeling, welke men de Schrift doet ondergaan, die de heer Faucher naar de pen heeft doen grijpen. Ronduit verklaart hij, dat de school, welke door het bedorven menschelijk verstand crhiek wil laten uitoefenen op den Bijbel, den duivel tot meester heeft.

Geen wonder, dat men tegen dit getuigenis opkomt. Zoo heeft de predikant eener vrije kerk, de heer A. Westphal, er tegen geschreven; zjjn artikel werd wèl in de Eglise libre gedrukt! Met belangstelling slaan wij gade, wat het geschrift van den heer Faucher uitwerken zal. Ook zijne tegenstanders moeten hem voor een Christen erkennen, die om zijn groote diensten, die hij bewees voor de uitbreiding van het Godsrijk, alle achting waardig is.

--Het naderend eeuwfeest der Fransche revolutie.

Dit jaar zal in Frankrijk het eeuwfeest gevierd worden van de Fransche revolutie. Het was toch in 1789, dat de stroom van het ongeloof of Godloochening, na onrustbarend te zijn gewassen, eindelgk alle dijken en dammen verbrak en met niets sparend geweld de volken overdekte.

Men kan denken, dat de aanstaande herdenking van deze gebeurtenis, die een keerpunt werd in de geschiedenis der volken, vele pennen in beweging brengt.

Zoo heeft de predikant Raboud een geschrift in het licht gezonden om aan te toonen, dat de republiek, om niet onder te gaan, behoefte heeft aan: eenheid, eerbiedwaardigheid^ zedelijkheid, vaderlandsliefde.

Kostelijke dingen worden in dit geschrift ge* zegd, doch datgene wat men er zoo gaarne in lezen zou, vindt men er niet. • Inplaats dat men Frankrijk! herinnert, dat zijne jammeren te verklaren zijn uit het verzaken van den levenden God, en het oproept om inplaats van de souvereiniteit van het volk uit te roepen, zich te buigen onder de heerschappg des Heeren, , wijst men op eenige gebreken, terwijl men den wortel, waaruit alle ellende, ook die der volken, voortspruit, niet eens aanwijst.

Ook de bekende lichtzinnige apostel des ongeloofs Ernest Rénan heeft zijn oordeel over de Fransche revolutie uitgesproken, bij gelegenheid dat hij eene rede hield in de Fransche Académie. Volgens Rénan was de revolutie eene beweging die als een wervelwind alles op zijn weg medesleepte; hij schijnt dus de leer van het noodlot te zijn toegedaan. De mannen, die de reuzentaak volbrachten, waren, op zichzelven beschouwd, dwergen. Het werk, dat zij deden, was groot en dit maakte zich van hen meester en maakte hen groot De toestanden grepen hen aan, stortten een koortsachtige drift in hen en vervormden hen naar dat het noodig was; doch als het eerste vuur tot bedaren was gekomen, werden zij weder, wat zij tevoren reeds geweest waren: middelmatige lieden.

Rénan noemt het daarom gebrek aan smaak, als men voor de mannen der revolutie standbeelden opricht.

Vervolgens stelde Rénan de vraag, of de revolutie ten goede of ten kwade heeft gewerkt. Het antwoord luidde, dat men zijn oordeel nog wat moet opschorten; als het werk gelukt, dan is het goed. Binnen 19 of 20 jaren

zal men dit kunnen zien; dan zal men kunnen nagaan, of de denkbeelden der revolutie de ovtrArinning hebben behaald. Naar beginselen vraagt dus de frivole schrijver niet, maar enkel naar succes.

Rénan eindigde zijne rede met een slottirade, die wij niet geheel willen mededeelen uit vrees van ergernis te geven. Hondsch, zonder omwegen verklaarde hij, dat niemand recht heeft zich te veel te beklagen, daar hij, Rénan, in een gemakkelijke leuningstoel kon zitten!

Het is de vraag, of de liberalisten in Nederland evenzeer met Rénan's oordeel over de Fransche revolutie zullen tevreden zijn, als zij tevoren zijn schandelijk »Leven van Jezus" hebben toegejuicht.

WiNCKEL.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 17 maart 1889

De Heraut | 4 Pagina's

Buitenland.

Bekijk de hele uitgave van zondag 17 maart 1889

De Heraut | 4 Pagina's