GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Leestafel.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Leestafel.

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

1. BE*N. SMYTEGELT. DES CHRISTENS_ EENIGE TROOST IN LEVEN EN STERVEN of Verklaring over den Heidelbergscheti Catechismus, in Lil Predikatiëa. J. H. Kok—Kampen.

«Oude schrijvers worden uiet gelezen.»

Zoo beweert men.

De heer KOK schijat het met deze bewaring niet eens te zijn. Althans hij heeft, ook, als zakenman, er blijkbaar voordeelin gezien ons deze Catechismus-verklaring opnieuw uittegeven

En ik geloof, dat hij nog niet zoo mis heeft gezien,

»De eerwaardige, godvruchtige en zeer zalige heer BERNARDUS SMYTEGELT, - in zijn leven Bedienaar des Heiligen Evangelies te Middelburgt zooals boven het gedicht staat dat'zekere heer TiERiNGS bij de eerste uitgave schreef, is meê door dit boek een, onder ons gereformeerde volk, geliefde Schrijver geweest en voor velen tot op dezen dag een met smaak gelezen »oude Schrijver» gebleven.

Het is dan ook een »waardig< boek en, zooais KOK de «onveranderde uitgave volgens 1747« thans in 1918 uitgeeft, ziet heter met zijn in goudletters gedrukten titel op zacit-rooden band, met zijn duidelijke letter op heder-wit papier, ook «bevallig» uit.

Zoo bevallig, dat er alle kans > p is, dat ook een twintigste-eeuwer oijder ons (ereformeerden er naar grijpen en in lezen zal.

En dat zal hem deugd doen.

Ik ken het toch goed eens net dien heer TiERiNGS wanneer hij in zijn lofccht zingt:

Züi weer een nuttig werk, 'ijeen velen zat [pehageti, Vooral aan hen, die steeds naa. d'oude J> aden [vragen, En ook aan die, wier geest de 'aarkeid meest ' ; [bekoort, Wanneer zij zuiver is gegrond opT-odes Woord.

Zoo is het maar. l. Er is tegenwoordig eenerzijdseen dwepen met «oude paden» en anderzijdieen dwepen

met «nieuwe banen». Gelijk alle «dwepen», is ook dijoverdrijven.

Gemis aan bezinning.

Ia dit geval óf overdreven con^atisme, dat zich niet bezint op den vooruitgiig, óf overdreven radicalisme dat zich niet l^zint op het punt vanwaar de «gang-vooruit» hoet voortgezet. Bij zulk een dwepen looptnen gevaar in zijn gereformeerdheid ói te vstarren óf

af te dwalen. Het ware, het echte zit hem damok in diesynthese, dat men «beginnend» in de op Gods Woord zuiver gegronde waheid der oude paden, zijn denken over werel en leven

voortzet in nieuwe banen.

Dan blijft men in de goede richtii.

Dan blijft men trouw aan het begisel. De lezing van dit boek kan ik duallereerst aanbevelen omdat zij een kijk geeft t «d'oude paden» aan hen, , die naar die padi steeds vragen, maar ook aan hen, die, doóal maar turen op de «nieuwe banen», voors «oude

paden» geen oog meer hebben. • Maar ik kan die lezing ook aanbeten met betrekking tot de homilitiek of de «inst der

preekmakerij.» Of Ds. SMYTEGELT, dan zoo'n meesl in dit vak, in dit onderdeel der Diaconogische

oftewel Ambtelijke vakken is geweest ? Ik zou deze vraag niet gaarne be-»tigend beantwoorden. Maar zijn Catechismusjeken, hebben één voortreffelijke eigenschap,

niet vervelend. In het Extract uit de handelingen deClasse van Walcheren den 3den Mei 1742, welkctract vóór den bundel Caiechismuspreeken afgedrukt, schrijven de heeren Censoren \ dit boek: «Hetzelve is gedrukt en staat uitgeven te worden, niet naar het eigenhandig a; hrift des predikers, maar onder het predikeupgeschreven, met hoeveel nauwkeurigheid tnen of willen wij niet bepalen.

Heel doorzichtig is dit zeker niet. Bedoeld zal wel zijn, dat het boek niftiaar een manuscript van dominé zelf, raaa; iaar wat zijn hoorders van de preeken haddenjgeschreven, is uitgegeven.

In verband hiermede schreven de eervsrde heeren deputaten voor de boeken-censuuEwij vinden wel dat het boek met stichting; an wotdeJi gelezen, doch denken dat de spter, zoo hij de uitgever van zijn Predikatiën^d willen zijn, juist overal dezelfde uitdrukkiin en bewijzen, of niet gebruikt, of niet behoun zou hebben, welke nu 'gemaakt worden."

zou hebben, welke nu 'gemaakt worden." Wat de heeren PLEVIER en VAN WINGERIJ hier bedoelen is wel doorzichtig.

Zij stuitten in het manuscript hier en daai een ietwat gedegageerde, op een wat ongedwonj of losse uitdrukking en, met hun aan de t starrende plechtigheid van 'n Amstejrdamscfi aanspreker doen denkende, deftigheid kon(J zij dergelijke uitdrukkingen niet goed zetten.|

Zij stuitten in het manuscript hier en d; op^wat'mij'n Zytrgt\.^xi\ült^x^ti^ltrll.l^p\^'''''^^^^^ Y "«< •> • " j " a - I J PiERsoN «kanselargumenten» noemde. Re(ij neeringen, die zich meer tot het gemoed da tot het verstand wenden; meer overreden dd bewijzen. En meer intellectueel dan emotionei

als zij waren, konden zij ook dit niet goed zettem * Nu wilken zij, om meer dan een redenW SMYTEGELT zelf daarover niet hard vallen ei boekten daarom deze buitenissigheden maar of

rekening van de afschrijvers zijner preeken. Maar dit verlaksel zit op den - weerzin deS Heeren PLEVIER en V.AN WINGERDEN tegen het natuurlijke en wat ik zou willen noemeii «hartelijke» in SMYTEGELT'S catechismuspreeken

toch wat heel los, Zóó laat niet al te onbeholpen literaire kritiek zich deze geenszins 52 preeken, veriakken. door niet Immers één maar vast door staat, vele dat ^», „T; '7 „, ..t.n Hn^r n, Vt Ai^ «., ar Annr ^.Ip hoorders zijn afgeschreven en de gemcnmine^de > uitdrukkingen* en «bewijzen», zijn au% we zeker en gewis door SMYTEGELT zelf gebezigd.

Maar juist dit «natuurlijke» en «hartelijke», of dit «emotioneele» geeft aan 'deze preekenover het andere kanselwerk van MIDDELBURG'S geliefden prediker heb ik 't hier nu niet, — die wondere charrne, die machtige bekoring, welke naast • zuivere Schriftverklaring en een, met «zielsleer» en leer van het «geestelijk leven» niet op al te gespannen voet staan, aan 'n gereformeerde preek deugd doet.

Deugd doet, ook omdat deze charme menigerlei homiletische zonde bedekt.

Deugd doet, omdat een preek, ook 'n gereformeerde preek, nu eenmaal iets anders is dan een les in Ziellekunde, Dogmatiek en Ethiek, maar het woord van een in deze wetenschappen geoefend heraut van Christus, waarin hij diens Evangelie zoo uitroept voor zijn hoorders, dat het doorklinkt tot in hun harten, waarin zijn de uitgangsn des levens.

Een nauwkeurig EEGISTEK VAN ZAKEN verhoogt de waarde van dit boek, welks waarde uit een oogpunt van «op-de-hoogte-van-den-tijd», zijn, uiteraard zeer betrekkelijk is.

2. Dr. M. M. DEN HERTOG, LEVENSGEHEIM. De Erven W. A. Beschoor te 's-Gravenhage.

Deze predikant der Ned. Herv. Gemeente te 'SGRAVENHAGE biedt in dit boekje van 143 bladzijden een 2S-tal meditaties over woorden der Heilige Schrift.

Een up-to-date bundeltje, waarin oude paden metnieuwe banen op het gelukkigst zijn verbonden en waarin ook de charme van het «natuurlijke» en «hartelijke» niet ontbreekt.

Ter kenschetsing ontneem ik hier enkele zinnen uit de laatste meditatie. Uit die over 2 Petrus 3 : 13 : Maar wij verwachten, naar Zijn belofte, nieuwe hemelen en een nieuwe aaide, in dewelke gerechtigheid woont.

Boven deze meditatie schreef de auteur: OPTI­ MISTISCH PESSIMISME,

Eerst dan hoe een kijk op deze wereld, vooral zooals zij nu is, niet dan een pessimistische stemming wekt. Maar, roept DEN HERTOG uit: «Welk een verschil tusschen het pessimismp van het Boedhisme of dat van < le pessimistische wijsgeeren der vorige eeuw aan de eene zijde en dat van de Christelijke wereld-en levensbeschouwing anderzijds!»

En om dit verschil te doen uit komen wijst hij op een andere bladzijde op het optimisme van Gods Woord :

«Zeker — pessimisme. Deze wereld gaat voorbij. Zij is, sinds in haar de zonde is ingekomen, ten doode opgeschreven,

«Maar dit pessintisme is optimistisch pessimisme. Het einde dezer wereld zal niet vernietiging, doch heerschappij zijn.»

En deze schriftuurlijke gedachte wordt dan verder ontwikkeld op die bladzijden waar de auteur «begint» van «de oude paden» door uit te gaan van Art. 37 onzer belijdenis, maar den «gang-vooruit» al meer neemt naar die realistische beschouwing van de nieuwe wereldhuishouding, gelijk zij ook in DR. KUYPERS thans voltooide Studie VAN DE VOLEINDING is voorgedragen, en dat in tegenstelling met de gangbare maar on-Schriftuurlijke, die alles vergeestelijkt.

3. EBEN-HAÈZER, Bijbelsehe Kalender voor 1919 bewerkt door H. W. S. — Uitgave der Vereeniging «Christelijke Bibliotheek» — Nijkerk — G. F. Callenbach.

Een rustig aandoend Schild met op het midden een welgeslaagde beelding der traditioneele Christus-voorstelling van Openbaring 3:20: ie, Ik sta aan de deur en Ik klop. Boven: BEN HAËZER en er onder het Blok. Het geheel omlijst door Lelietjes-van-dalen^

Op de blaadjes van het Blok datum, dagtekst met versje en aanwijzing "an een te lezen Schriftgedeelte.

Hierbij een prachtig premie-boek waar/)ver ik een volgend niaal hoop te schrijven.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 5 januari 1919

De Heraut | 4 Pagina's

Leestafel.

Bekijk de hele uitgave van zondag 5 januari 1919

De Heraut | 4 Pagina's