GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Eloquentia Divina : het stijlprobleem der oude christenen - pagina 18

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Eloquentia Divina : het stijlprobleem der oude christenen - pagina 18

Rede uitgesproken ter gelegenheid van den Dies Natalis der Vrije Universiteit

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

in hun kerker troostbrieven schrijft, dan wendt hij zich tot deze broeders, wien de marteldood voor oogen staat, in een stijl, waarop de meest verfijnde rhetorische fijnproever geen aanmerking zou kunnen maken: fraai gebouwde en nauwkeurig afgewogen cola met parisose en homoioteleuta, commata gevormd met isosyllabie of andere syllabische systemen, rhythmische clausulae, antithesen met al of niet chiastische positie vormen het netwerk, waarop de gansche figuren- en tropenleer haar bloesemregen heeft doen neerdalen en dit artificium is bestemd om de broederen te sterken in het geloof en aan te sporen tot volharding. Aan de lijkredevoeringen van Ambrosius op zijn broeder Satyrus zou men de gansche, toenmaals floreerende rhetorica kunnen bestudeeren, ja zelfs decreten van conciliën werden in den pompeuzen en gezwollen stijl geredigeerd, zoodat we ze geciteerd vinden als voorbeelden van eloquentie ^*). Van één uitzondering sprak ik zooeven en Gij vermoedt reeds, dat ik daarbij doelde op den diepstdenkenden Christen, dien de Romeinsche oudheid heeft voortgebracht, Augustinus. Van hem wil ik thans in het kort nagaan, hoe hij het stijlprobleem heeft behandeld uitgaande van zijn Christelijke beginselen en verder aantoonen, dat er reden is om aan te nemen, dat hij als eerste zijn denken geleid heeft in de richting van een principieel gefundeerde aesthetica van den stijl. De regels der rhetorica, zoo redeneert Augustinus, zijn niet a priori gegeven, maar experimenteel vastgesteld op grond van de redevoeringen der groote redenaars: ze zijn voortgesproten uit de ingenia oratorum. En daar het God is, die deze ingenia schept, zullen we de toepassing der rhetorische regels zonder twijfel ook aantreffen bij hen, die door God gezonden zijn om tot de menschheid te spreken ^'). Wanneer Augustinus dan ook de Bijbelboeken op hun stilistische waarde onderzoekt, dan constateert hij, dat allen, die aan de Schrift taalschoonheid ontzegd hebben, zich hebben vergist, doordat ze een verkeerden maatstaf hebben aangelegd. Augustinus is de eerste West-Europeesche mensch geweest, die den Bijbel ontdekt heeft als een Boek van schoonheid^*). Evenwel, de aesthetica, die hem hierbij leidt, is een gansch andere dan die ons de schoonheid van de Schrift doet genieten. De Oostersche kleur der Oud-Testamentische geschriften, de grootsch16

I, " | S

i J t

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 20 oktober 1939

Rectorale redes | 34 Pagina's

Eloquentia Divina : het stijlprobleem der oude christenen - pagina 18

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 20 oktober 1939

Rectorale redes | 34 Pagina's