GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

De vrijheid der vrije school.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De vrijheid der vrije school.

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

V.

[Do vrijheid Üer viTJs school kari in 't gedrang kome'Q door den druk, die van. de vjei" ki'ingeni, waarmede zij in verband staat, geoefend wordl. De vrijhcicisbemoöilijki'ng is liet sterkst van de zyde vali den staat, en het gevaar is 'niet denkbeeldig, Hat o'üder de nieuwe Schoolwet, de overheidsi'nmenging aam onze vrijheid zal tekort doen. Om dit te bewqzeii, zijn besproken de artikelen, die haiidelen over den bouw der scholen, de beoordeeling van het leerplan, het aantal lesuren, en de vrijstelH'ng van de vei-plichting tot het volgen van godsdienstonderwijs.]

[Do vrijheid Üer viTJs school kari in 't gedrang kome'Q door den druk, die van. de vjei" ki'ingeni, waarmede zij in verband staat, geoefend wordl. De vrijhcicisbemoöilijki'ng is liet sterkst van de zyde vali den staat, en het gevaar is 'niet denkbeeldig, Hat o'üder de nieuwe Schoolwet, de overheidsi'nmenging aam onze vrijheid zal tekort doen. Om dit te bewqzeii, zijn besproken de artikelen, die haiidelen over den bouw der scholen, de beoordeeling van het leerplan, het aantal lesuren, en de vrijstelH'ng van de vei-plichting tot het volgen van godsdienstonderwijs.]

Over art. 106 der nieuwe Schoolwet nog een enkel wO'Ord. Dit artikel bedoelt tegemoet te komen aan oiiders, die het volgen van godsdienstonderwijs^ hetzij op een protestantsche, dan wel op een riOO'msche school voor hun kinderen ongewenscht en inadeelig achten, doch voor deze ouders is reeds een landere weg .gebaand. In art. 13 lezen wij:

„Ten behoieve van ouders, voogden of verzorgers van in den leerplichtigen leeftijd vallende kinderen, die deze kinderen openbaar onderwijs dan wel bijzonder onderwijs van eene bepaalde richting wenschen te doen genieten, terwijl de woning dier kinderen meer dan vier 'kiloim-eter is verwijderd van eene voor hen toagank'alijke school voor gewoon of voor uitgebreid lager onderwijs, waar het door hen gewenschte onderwijs wordt gegeven^ wordt desverlamgd uit de gemeentekas steun verleend ter tegemoetkoming in de kosten, verbonden aan het bezoeken van eene op grooteren afstand van de woning-, dodi binnen de gemeente, of in eene naburige gemeente gelegen school voor gewoon of voor ui.tg& breid lager onderwijs^ waar het door ben gC'wensdhte onderwijs gegeven wordt. Zoo noodig worden deze kosten geheel uit de gemeente'kas vergoed.”

En..... de wet gaat nog verder.

In het vierde lid van dit artikel wordt zelfs voor bezwaarde ouders de mogelijkheid van huis-0' n d e r w ij 's geopend, want

„Indien in 'een geval, als in het eerste lid bedoeld^ de ouders, voogden of verzorgers de voorfcieur geven aan huisonderwijs voor de kinderen, wórdt daai'in op kosten van'de gemeente voorzien, mits bij het daartoe strelckend verzoek aann'emelijk wordt gemaakt, dat op de wij'ze, , als in het eerste lid omschreven, voor de kinderen, voor wie huisonderwijs wordt verlaJngd, slechts bezwaarlijk deugdelijk voor hen p'assend lager onde'rwijs kan worden verkregen, en aangetoond wordt op welke wijze door een binnen de gemeente of in een naburige gem'eente wonenden ondei-wijzer in die behoefte kan worden voorzien.”

Maar, waarom toa die iascilitedten nog een artikel als het bewuste artikel 106? Waarom moest, terwijl de ouders aan de gemeente vergoeding van reiskosten en van de kosten van huisonderwijs ontvanigen, nog die fatale vrijstelling van het volgen van godsdienstonderwijs worden opgenomen? Is het alleen, omdat het zou kunnen voorkomen, dat protestantsche ouders' zoover in het roO'msdhe zuiden woiO'nden, dat in eigen of naburige gemeente geen protestantsoh-christdijk onderwijs te verkrijgen was? Dit zal 'een zeldzaamheid wez& n, want m. i. is het begrip „naburige" gemeente zeer rekbaar, en het aantal christelijke scholen in Brabant en Limburg neemt zeer toe.

Daarom blijft ons artikel 106 een raadsel.

Na het bepaald© in artikel 13 had het gevoegelijk achterweg© kunnen blijven, doch nu het terwille, ja van wie 'en waarvan toch, een plaats in de Schoolwet heeft gekregen, is het m. i. een der donkerste vlekken, welke deze nieuwe regeling ontsieren.

Ten slotte kam ik tot het befaamde artikel over het „overleg”.

Het ziet er zoo onschuldig uit.

_„De onderwijzers worden benoemd na overleg met den inspecteur (art. 89, lid6)”.

Maar het is niet zO'O lief en schoon als het wel lijkt. Waarom niet?

Omdat Tan dit O'verleg gemaalct kan worden, wat men wil, 'sn een minister bij koninklijk besluit er zTilik leen uitleg en nadere bepaling aan kan geven, dat onze scholen aan handen en voeten gebonden zijn. Hiermee zeg ik niet teveel. De historie van het eerste koninklijk besluit heeft dit ten overvloede bewezen, en volledigheidshalve laat ik het hier even volgen:

1. Alvorens over te gaan tot het benoemen hetzij vam 'Cen hoofd der school, hetzij van een onderwijzer tot bijstand van het hoofd, zendt het schoolbestuur aan den inspecteur een volledige lijst van de sollicitanten met de'door hen ingezonden stukken. Indien het schoolbestuur een hoofd of een onderwijzer wenscht te benoemen, dié niet naar de te vervullen betrekking beeft gesolliciteerd, wordt daarvan met 'Opgaaf van redenen en met vermelding van den naam en de laatstelijk bekleede betxekkinig mededeeling gedaan bij de toezending van de lijst van sollicitanten.

2. De inspecteur zendt de in het eerste lid bedoeld© stukken binnen veertien dajgen terug aan het schoolbestuui', voorzien van eene met redenen omkleede aanbeveling van zoo mogelijk ten minste drie bevoegden.

3. Indien het schoolbestuur ziich met die aanbeveling niet kan vereenigen, geeft het daarvan kennis aan den inspecteur met aanduiding van den naar de meening van het schoolbestuur laan. te bevelen onderwijzer.

4. De inspeoteur geeft binnen veertien dagen aan het schoolbestuur zijn oordeel te kennen over den in het voriig lid bedoelden onder^ wijzer - en wijzigt zoo noodig zijn aanbeveling.

5. Het Schoolbestuur gaat daarna over tot de benoem'ing etc.

Tegen dit Koninklijk besluit is allerwege verzet ontstaan.

Zelfs „De Bode", het oiigaan van den Ossendorpiaanschen Bond, vond deze overheidsinmenging te kras, en sohreeiE: „De sooivereiniteit in eigen kring v/orde zo veel mogelik gehandhaafd. Voor de biezondere school, omdat dit haar. recht is. En voor de openbare SGhool, omdat het uit paedagogies oogpunt verOaeeird is, indien men van buiten zich al te zeer bemoeit met de inwendige regeling de^r schoolzalten Wij doen dus een bei'oepi op Minister De Visser, om aan Hare Majesteit te vragen, haar besluit in deze kwestie wel te willen herzien." Vooral uit onze christelijke sohoolwereld is tegea dit „inspecteurs-imperialisme" de stiijd aangebo-nden, 'en de heer Wktz, is in dezen kamp vooiraan gaan staan, en heeft o-ns opgewekt, liever den nieuwen schoolstrijd te aanvaarden, dan een volk van slavenzielen te 'kweeken, of een geslacht van wetsontduifcers te doen opgroeien. ¹)

Dit verzet heeft geholpen.

Met name heeft het beroep van Schoolraad en Unie op den minister gunstigen invloed geoefend, want het 'eerste koninklijk besluit is gewijzigd in dezen vorm:

1. Alvorens over te gaan tot het benoemen, hetzij van' 'een hoofd der school, hetzij van een onderwijzer tot bijstand van het hoofd, • zendt het hoofdbestuur (dit zal wel moeten wezen schoolbestuur) aan den inspeoteur O'cne O'.pgave van zoo mogelijk ten minst© dri'6 bevoegden in volgorde van voorkeur^). E'ene volledige lijst van de sollicitanten met de dO'Or hen ingezonden stulcken wordt hierbij overgelegd. Indien het schoolbestuur etc. (de laatste zin is precies zoo als in het 'oerste besluit.)

2. De inspeoteur zendt zijn schriftelijk' met redenen onikieed advies met de in het eerste lid bedoeld© stukken binnen veertien dagen aan het schoolbestuur terug. (Hier is de laatste zin uit het 'eerste besluit weggelaten.)

3. Indien bet schoolbestuur meent, een ander te moeten benoemen, dan in de in het eerste lid bedoelde opgave is geplaatst, geeft het daarvan kennis aan den inspecteur, tenzij deze , in zijn advies, genoemd in het tweede lid, dien •ander reeds had aanbevolen.

4. Hier zijn weggevallen de woorden: „en wij'zigt zoo noodig zijn aanbeveling”.

5. Na het ontvangen van het advies van den inspecbeni', bedO'Cld in het tweede of het vierde lid, 'gaat het schoolbestuur over tot de benoeming etc.”

Deze redactie is vrijwat beter dan de eerste.

Wij izijn den minister zeer dankbaar voor zijn verandering ten goede, doch daarmede kunnen we niet tevreden zijn. Want het artikel blijft in de wet staan. Het overleg met den inspecteur blijft wettelijlke eisch, en daarin schuilt dé oorzaak der 'ellende. Deze bepaling geeft het ïijkstoezicht veel te veel macht in schoolzaken, of wO'rdt een artikel, dat beroemd zal, worden omj z'n over-, treding of ontduiking. En wie weet, hoe latere ministers dit „overleg" uitleggen, en welke koninklijke besluiten nog vo-lgen. Wij hebben nu reeds het tweede, en dit zal wel niet het laatste wezen, maar het is niet onmogelijk, dat de eventueel volgende veel erger zijn daar het eerste.

Zoo worden de gouden ketenen al nauwer en nauwer toegehaald. En dat - onder een bevriend ministerie.

Bij leen rechtsche meerderheid, wier meening: de giijze vo'ortrekker Lohman eens aldus heeft gekenschetst, „dat er bij oms niet de allerminste twijfel bestaat, dat de vrijheid van aanstelling en van uitslag van O'Uderwijzers moet blijven bij' degenen, die zich interesseeren voor en zioh wijden aan de bijzondere school.”

Niet de minste twijfel!

Maar we zitten nu met dat overleg.

En alleen deze bepaling of liever deze vrij'heidsbemo'eölijfcing is, volgens den heer Wirt.zi een nieiiwen schoolstrijd waard.


¹) J. C. Wirtz. „De Kieuwe Schoolstrijd.” Groningeu 1921. pag. 16.

²) Het nieuwe is gespatiëerd gedrukt.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 20 mei 1921

De Reformatie | 8 Pagina's

De vrijheid der vrije school.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 20 mei 1921

De Reformatie | 8 Pagina's