GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

PERS-SCHOUW.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

PERS-SCHOUW.

23 minuten leestijd Arcering uitzetten

Caste system.

Excuus voior dit Engelsche woord, lezers! Het is ontleend aan de rede, welke prof. Van Gelderen heeft gehouden op de groote vergadering van het Verband van Gerefoirirpieerde Xe: rken.. te Pittsburgh.

De Amenkaansche 'Tsladen van-'onze ricihtiag uiten hun ingenomenheid over het bezoek, dat prof. van Gelderen gebracht heeft aan hun land en de hoogleeraar is vol lof Oiver d© ontvangst, welk© hem ten deel viel.

In bovengenoemde rede dan' sprak hij o.m. uit, dat tot de vorming van een clubgeest of zooals hij het breeder noemde: caste-system, letterlijk: kaste-stelsel, in de geestesgesteldheid van het Nedeïlandsche volk een zekere neiging bestaat. Ik heb het laatste deel yan'z'ijn rede, gelijk die in „The Banner" werd opgenomen, laten vertalen, overtuigd, dat ook' onze lezers er belang in zullen stellen.

E'erst gaf, hij een kort overziöht vaif de geschiedenis der ineensmelting van de kerken uit de Scheiding en de Doleantie, welke in 1892 tot stand kwam'. En dan ve: rvolgt ïiij:

In hetzelfde jaar eii juist op' denzelfden dag kwamen onze kerken in aanraking met de Presbyterian Alliance. 'Toen de Synodes van de beide groepen het feit van de verfeeniging van Iiun kerken in een gemeenscliappelij'k'e zitting-vocïstelden, bracht . Dï Mathews, die als vertegenwoordiger van deze Alliantie was genoodigd, een veirzoek over en werd door de Synode verzo'cht Laar groet aan de Alliantie over te bi'engen. In dezelfde zitting!' werden de professoren Bavinck en AVielenga, , beiden van 'de Th'eologisclie School te Kampen, voioirzien van uitnoodigingen naar de Reformed Chizrches in Amerika, en wetden ze gemachtigd onze Generale Synode te vertegenwoordigen in de vergjadering van deze Alliantie, die in Sepifcember te Toronto zou worden geho'uden.

Op de volgende Gen. Synode, 1893, bracht Dt • Bavinck zijn veEslag uit. Hij ptees de gastvrijiheid de'r broeders in Toronto. Hij gaf een denkbeeld vaji 't velerlei werk, dat gedaan was, toonde aan ho«i moeilijk Wet voor deze Alliantie is om vast tei staan op haar Confessioneel standpunt en eindalijfc spiak bij met geestdrift van 't schoone vap haar werkplan.

De Gen. Synode te Middelbuttg', 1896', bepaalde eenerzijds, dat onze' kerken oen werkend lidmaatschap' van de AUiantie niet konden aanvaarden sedert bet Confessioneel standpunt van de laatste niet meer belijhd was, maar anderzijds, dat afgevaardigden naar hare vergadering konden weerden gezonden zonder dat een werkend lidmaatschap

werd aanvaai'd. In dien zin h'eb ik het voorrecht een correspondeerend lid van dit congresi te zijn en nogmaals "dank ik do Alliantie hkrtelQk voQir haar uitnoodiging. Daar deze tiitnooidigjing ontvangen wei'd in - een tijd, dat el" geen Gen. Synod^was, kan ik u geen groet van onze bsïken overbrijngen.

Maair ik ben gemachtigd ii een gpoép^ë'sl^^ te brengen van mijn geliefden l-eeimeester èh ambtgenoot, wijlen Prof. Bavinck.

Een kijk op de tegenwoordige toestanden onzer • ' keïken kan niet worden gegeven zonder uw aandacht te vestigen op den invloed onzer twee gtoote meesters in de systematische theologie, de Professoren A. Kuype'r en H. Bavinck. Kuyper was de grootste onder de vadaren van de Doleantie, Bavinck de grootste ondör de kinderen van de Afscheiding. Ill, de eeïste jaren van deze eeuw, toen Kuypoi' dienaar van de Kroon werd, volgde Bavinck hem op als prof esso'r in de Dogmatiek aan de Vri|3 Universiteit. Er is geen tijd genoeg nu to spreken ' ovei' de verschillende structuur van hun gsest. Bovendien, ik ben overtuigd, dat het verschil tusschen hen minder belangrijk is dan de overeenkomst. Op verschillende wijze hebben beiden één groot werk gedaan. Zij hebben de belijders van het oude Gereformeerde geloot in aanraking gebracht met de modeïne geestelijke cultaur. Het mioet opgemerkt, dat in 'de dagen van Afscheiding en Doleantie de groote meerderheid der .leden van onze keïk positieve voeling hielden met de algemeene geestelijke beschaving van hun tijd. Zij leefden geestelijk in vroegere eeuwen. Maar Kuyper en Bavinck, ieder op hW eigen wijze, hebben hen laten zien het groote belang van Gods „gemeene gïatie", die werkte in de geh'eele sfeer van Jiet menschelijk leven. En nu zijn er in onze kerken gïoote groepen jongie mannen ©n vrouwen, die het leven van hun eigen t.ijld wenschen te leven. Het zou verkeerd zijn, dien wensch te veronachtzamen. Nu kan niet ontkend worden, dat ea.' gevaar in ' schuilt. In 't algemeen wordt een zeker vermogen !van den |eest geëischt om beide, het Bijlbelsch geloof en de wereldsche cultuur, aan te nemen. En zoolang dat vermogen aan alle jongï leden onzer kerk, .niet is gegeven, verkeeren veLen hunner in gevaar het eerste te laten varen ten gunste van het laatste.

Bovendien is de geestelijke atmosfeer va"*, onzen tijd niet gunstig Voor een beslisit Chiristelijfce visie op God en Zijn Woord. To leven het leven van uw eigen tijd als overtuigd Calvinist is in onze eeuw veel' moeilijker dan in do 17de eeuw. Maar 't is niet onmogelijk en de moeilijkheden moeten .. aanvaai'd worden in den naam va|a onzen Heere, Wien gegeven is alle macht in hemel en op aarde. In verband hiermede mag wel iets gezegd worden over het werk van onze kerken in de buitenlandsche Zending en de binnenlandsch'e Evangelisatie. • In Nedeiiandsch Oost-Indië hebben onze kerken twee Zendingsveldcn, het ©ene onder de Animistisohe> bevolking van het eiland Soemba, het andere onder de Mohamedanen van Midden-Java. Sederr ongeveer 10 jaar is Solo, het voornaamste centrum! van de Javaansche kuituur, open voor on? Zendingslwerk en dit werk is buitengewoon gezegend. Eienigen tijd geleden vertelde me onze missionaris voor Soïo, Dr van Andel, dat volgens Dr Zwemer Midden-Java meer belooft dan eenig Zendingsveld in de Mohammedaansche wereld. Nu, het is merkwaaidig, dat onze Zendelingen op Java met mosilijkheden hebben te kampen, die overeenkomen met die van Holland. Zij . staan' voor het probleem van de betrekking tusschen het Christendom en de Javaansche cultuur. En ziende op den zegen, dien ze op hun werk hebben, zijn we geneigd te gelooven, dat ook in Holland het geloof gelijkemoeilijkheden zal overwinnen.

Dfe Evangelisatie is niet minder belangrijk dan de Zending. In ons land, vooral in .onze groote steden, zijn breede massa's mensch'en, die in 't geheel geen aanraking hebben met den Chiistelqken godsdienst. Het is onze taak hun het Evangelie te brengen, maalr 't is een moeilijke taak. Moeiijk • in 't algemeen, omdat liet Evangelie niet naar den mensch is en moeilijk in het bijzonder omdat dp. Nederlandsche geest een zekere neiging heeft naai' een geestelijk kastesysteem. In 't bijzonder d© aanhangers van het oude Gereformeerde geloof worden beschouwd als een mindere kaste, welke ©en modern mensch zou mijden. En w© moeten bekennen, dat onze prediking dikwijls zoo is, dat ze niet kan worden begrepen zonder Calvinistische opvoeding. Maar nu in d© laatste deconniën zijn de jonge leden van onze kerk in aanraking gebracht met de moderne geestelijke cultuur. En als zq' zich geven aan het Evangelisatiewerk, dan mogen we hopen, dat het voor hen gemakbel^ker zal zijn •de kinderen van hun tijd te bersifcen dan dit voor de oudere generatie h'et geval was. Als er gevaar is voor menigeen van de jongo leden onzer kerk, dat ze da Bqibelsche waarheid loslaten ten gunste van de wereldsch'e cultuur, dan kunnen zij dit gevaar overwinnen, door te laten zien de glorie van het Evangelie aan hen, die leven gescheiden «van Christus', zonder hoop en zonder God in de wereld. Want dit is de ov©r-' winning, die de weireld overwint, namelijk geloof.

De Kerk van het nieuw: © Jeruzalem.

Wil toten echter de verdeeldheid op geestelijk gebied tea top zien gevoerd, dan moe't men in ^Amerika komen. Zou er één sectó zijn, die daaJr geen teel aarde vindt? Het sectewezen bloeit er. De secten rijden er als paddenstoelen uit den gnmd. Meestal probeeren ze dan den groeten vijver over te stekien en ©en enkele daarvan gelukt het om . hier eèn beetje te vegeleei^n (d.i. een plantenbey'staata te leiden). De secte, hierhoYen genoemd, scbijnt bij uilzondering van Europeescb zaad te zijn. Men gaf aan de „N. R. Ct." de volgende inlicihtingen:

De" kerk' van het Nieuwe Jeruzalem', die, gebaseerd is op de theologisch© geschriften van Ema^ nuei Swedenborg (1688—1771) en sedert verscheidene jaren ook in Nederland, hare leden telt, heeft thans te Dfen Haag door het beroepen van een geestelijke. Dis E. Pfeiffer uit' Bern, Zwitsieiiand, een georganiseerden vorm aangenopien. De leerstellingen van deze kei-k, welke door S, wedenbOirg ook kortweg , , De Nieuwe Kerk" wordt genoemd, en welke volgens zijn leer door „het nieuwe Jeruzalem" in de Openbaring van Johannes (21:2) bedoeld wordt, zijn in het kort als volgt:

Jezus ChÜstus is Jehovah zelf, Die in dö wereld kwam door een menschelijk lichaami aan te nemen en dit menschelijke werd de Zoon van 'God genoemd. (Luk, 1:36). Die Heer h'eeït door Zijn leven en sterven Zijn menschelijkheid verheerlijkt en Goddelijk gemaakt en "dit dus met het \ ' Goddelijke zelf in Hem vereenigd, als ziel en lichaam. De 'Goddelijke Dirieëenheid • is derhalve in den Heer Jezus Gtóstusi" aJs, ...ziel, geest en lichaam.

2. x411e godsdiênsc^iè''^zaa; p'''vaïi'r!^^ h'et leven van den godsdienst ïS , het' goede te doen, omdat Jfet vaii God is ©n het booze te i schuwen, omdat het uit de hel is. Het zaligmakend geloof is het geloof in deit eenigeii God, den 'Heer Jezus Christus en in een leven overeenkomstig Zijbe geboden. De leer van de reehtvaai'digmaking door h'et geloof alléén, is derhalve, als in strijd met do Heilige Schrift, te verwerpen.

3. Het Woord van God, of de Heilige Schrift, is de Goddelijke Waarheid zelve, nederdalende van den Heer en tjevat een geestelijken en een hémelschen zin in elke kleinste bizonderheid, welke aangepast is aan de denkwijze Van geesten en engelen en een natuurlijken of letterlijken zin, welke aangepast is aajï^den mensch. De innerlijke zin van de geh'eele Heilige Schïitt - is nu ook voor de mensclien geopenbaard en' tóegahgkelijk gemaakt in de theologische geschriften van Émanuel Swedenborg in het bizonder in de Arcana Coelestia (H©melsche Vei'boïgenheden) en in_ de Apocalypsis Revelata (Onthulde 'Openbaring'.

Deze openbaring van den innerlgken zin van Eet Woord is het, waarondar de Wederkomst des. Hee'ren wordt verstaan overeenko> mstig de woorden van 'het Evangelie „En alsdan zullen zij den Zoon des mensch'en zien, komende op de wolken des hemels, met groote kracht en heerlijldieid" (Matth, 24:30; Ma*, 13:26; Luk, 21:27; Openb, 'l:7), De , , wolken'' bêteekenen deii letterlijken zin van het Woord, waarachter de innerlijke zin als , , groots ki'acht en heedijkheid" verborgen ligt.

Do godsdienstoefeningen der Haag; sch© gemeente, waai'too een ieder toegang heeft, die daarin ernstig belang stelt, maar die yolgens , de opvatting der kerk eigenlijk alleen voor h'ën bedoeld zija, die het geloof in-de Godheid Van Jezus Christus hebben aangenomen, worden op het oogenblik nog ten huize van de verschillende leden gehouden, die hun woning voor dit doel ter "beschikking stellen. Om de kerk en hare leer beter bekend t© maken zullen de lezingen dienen, welke door Ds Pfeiffer eiken Donderdagavond in PulcUii Studio over de geschriften van Swedenborg gehouden worden. Het onderwerpi, dat thans in die lezingen be-'handeld wordt, is: De; , geestelijke : zin-^.dé|_, baring van Johannes.

Het moan ent van den dood.

Hóiewel elke secte de Kerk wat ie zeggen heeft, is toch de levenskracbt der seote gering. Na een vleug van oplevien, begint zij' ie kwijnen, sterft langzamerhand uit en als gij meent, daC zij' do'od 's, merkt ge niet zelden noig stuiptrekkingen. Zoo' 'staat het eigenlijk met allen dood.

Het mom'ent yan den dood is door den mensch moeilijk te be'palen. De arts H(averkate) beeft het hierover in zijn' vervolgartikel „Over den Dood", in „Refajah", "Christelijk.^.M, aajadblad, voor Ziekeri-> verpleging:

De grens tusschen leven en dood'i's géén scherpe grenslijn, maar een, soms vrij langzame, overgang. Ja zelfs geldt het in zekeren zin van ons lichaam: wij sterven ^elken dag; voortdurend, ons geheel©' leven door, sterven - er deelen van ons lichaam.

Zoo op onze huid: onze oppierhuid bestaat uilf - twee lagen, ©en laag va, n levende epith'eelcellen en' daarover ©en hoornlaag; die eerste laag-cellen groeit voortdurend van onderen op; na 'eenigen tijd vei'h'oomen die cellen, sterven ai en vormen mede de buitenste laag van onze h'tjid, de höortilaag. 'Van die hoornlaag verwijderen we telkens 'bij het wasschen iets 'van de oppervlakte, en toch verdwijnt die hoornlaag niet, omdat de daaronder gelegen cellen voortdurend verboornen en afsterven. Iets dergelijks zou ook gebeuren, h'4 h'et Slijmvlies van ons da'rmkanaal. Ook in verschillend© - klieren eterven cellen af ©n véranderen in stoffen, die door de klier worden afgescheiden, b.v. in d© vetkliertjes van onze huid. Zoo sterven eir geregeld cellen in ons lichaam, en worden door nieuw© vervangen.

Bij h'et eigenlijke sterven — w© bepalen ons eeirst tot den menscK — hebben - we oo< k een vrQ langzamen overgang, geen sch©rpia»grens. Als b^ een mensch' de dood is ingetreden, d.w.z. wanneer zQn hart opgehouden heeft te klopp3n, is z^a geh'eele organisme in al zijn organen, - n 't dood; integendeel, nog tal van deelen van het ni •uichelijk lichaam leven ©enigen tijd. voort en st©r\fen eerst uren lateir. En bovendien kunnen O0|k vers: h'iUonde 'deelen van het lichaam afsterven, vóór dat het individu gestorven is.

Zoo hebben we bij koud Vuiir (gangraen) bet geval, dat een ijeel va'n het lichaam reeds is afgestoiTcn, terwijl de patiënt nog leeft. Zoo kan bij ziekte der blo'édvaten, als deze ver, stppt rakeji of dichtgroeien, do bloedsomlioop in een voet iik 'in eeiï been-geheel; ophouden; d^or gebrek aan . zuurstof isferft dat lichaamsdeel dan af, wordt geheel zwart en gaat me6S.tal rotten.. Er groeien'' rottingsbacteriën üi, en bij slechte verzorging kuuj nen er zelfs worme-n in groeien. Zoo kan 't gebeui'en, - dat iernands voet of been tijdens zijn leven van de wormen gegeten wordt.. Misschien was, dit b§.. Herodes het geval (Hand, 12:23), Voor den lijder is 't meestal" van 't grootste belang, dat zulk een ; .' dood lid w.rtrdt afgezet; is dit echter om' de een, ' of andere 'reden niet mogel^k, . dan moet hij stcrvenr: ' de giftige.-'rottingsproducten uit het koud vuur gaan over in het levende lichaam, worden met; het bloed door het geheel© organisme 'verspreid, en . vergiftigen de gewidh'tigste organen b.v. hét liart. op zulk een wij'z^f Jjd^Ê; de dood. na korten tijd intreedt.

We nemen aan, dat de dood inU'eidt .bij het ophouden van ^e hartswerking en d© ademhaling: -. na het uitblazen vali den laatsten ademtocht aphten we iemand gestonken, dan is het leven voor goed ' ' . opgehouden. Deze tegel heeft echter belangrijke uitzonderingen, zooals we zullen zien bij de bespl'eking van. schijndood.

Na den laatsten hartslag'? fflSh, ii - individu overleden, maar zijn al zijn o'rganen nog volstrekt, ; niet dood; zelfs het hart niet, al heeft het op--. gehouden te kloppen.

Na langduïige proefnemingen h'eeft men geleerd, , een hart ook buiten het lichaam te laten kloppen. Neemt men direct nadat raea b-v, , 'een h'ond gedood h'eeft, het hart uit het lichaam, - brengt men dit hart in een bepaalde vloeistof (z, g, Ringer'sche-vloeistof), zorgt men nu, dat deze vloeistof d© lichaamtemperatuur - blijft behouden ©n tevens rijifc is aan zuurstof, dan kan zoo'n hart nog 'uren lang buiten 'het lichaam blijven, kloppen, als deze ' vloeistof door de bloedvaten van het hart stroomt. Op deze manier is Kuliabko .er in geslaagd, harten van Idnderen, • die pas aan verechülende ziekteii, als ' croup, longontsteking en' he^rsenvliesontsteking; , .waren gestorven, weer te doen kloppen, Ddt is een duidelijk bewijs', dat na don dood de hartspier nog eenigen tijd in leven blijft, al klopt liet hart niet meer. Het hart staat bij het intreden van den dood niet stil, omdat het z^H sterft, iiiaar omdat het verhinderd wordt voldoende en regelmatig te arbeiden; de oorzaak hiervan kan zijn 'gebriek 'aan zuurstof .o"!' veiglft'ging. Brengen w© .zulk ©en hart dus buiten bet lichaam in gunstige, omstandigheden door .de vergiften er uit te spoelen en h'et rijkelijk van zuurstof te voorzien, dan is het beg'iijpelijk, dat zoo'n hart nog weer eenigen tijd begint te kloppen.

Evenals de hartspier blijven, na den dood: de willekeurige spieren ook soms nog eei> ''paar uur in leven. Men kan ze door electriscïi'© prikkels tot contractie brengen. Zelfs meent men, dat de lijkstijfheid .©en samentrekking is vaa alle spiei'en, leen tonische contracti-etoestand (denk aan de stijfkrampen bij een epileptisch' toeval), zooals die ook tijdens het leven kan voorkomen. Worden de spieren daa'ma slap, dan zijn ze eerst dood; :

Ook onder 'andere omstandigheden kunnen, d© spieren van een l^k zich nog, , samentrekken. Zoo vertelt Dr GreidanuS^ dat tijdens de ch'oleraeplidemie van 1866 in Leiden, de patiënten soms plotsi^ling) binnen het uur stierven. „Bij zulk ©en plotselingen dood is het leven in^de spieren nog niet uitgebluscht, al is de persoon werkelijk overleden, en kan het gebeuren, dat het lijk ligt te gapen, of • met de oogen te knippen of de spieren der armen trekken zich te samen, zoodat de doods verschillende vechthoudingen aanneemt, ..terwjji de-geest toch' reeds .is ontweken. Dat •; .T^%^; , gên' gruwelijk gezicht."

Iets dergelijks had bij Charlotte Corday plaats, - toen ze geguillotineerd was; terwijl de beul het hoofd opnam, deed ze de Mugen open.

Verschillende cellen in ons lichaam blij'ven na den dood nog eenige uren in leven; 't beste is dat te constateeHen bij de cellen, die h'et slijmvlies: der luchtpijp bekleeden, en voorzien zijn van kleine ' haartjes; deze bewegen zich steeds, zoodat elk - stofje, dat er op komt, wordt bewogen in de richting naar den mond toe, (daarom worden, ze trilhaarcellen genoemd). Eienige uren na den dood i& deze trilhaarbeweging nog waar te nemen. Ja zelf do witte bloedlichaampjes kunnen nog eenige dagen 'hun beweeglijkheid bewaren na - iemands dood....

We Iqmnen dus zeggen, dat bij den miensch' tweemaal 24 uuï, nadat het hart opgehoaden heafl; te kloppen, het geheel'é lichaam-gestorven is: dan z^n alle organen dood en' beginnen in ontbindingi over t© gaan. Een lijk kan ook uitdrogon, ka, n ook dool ©en bij'zonder praces bewaard worden voor bederf (balsemen, mumimies), miaar d© - gewone iegel is toch', dat een lijk in ontb'nding overgaat, tot h'et stof der aard© wederkeert.

Emile Boutroux

Bij de inzending van de clopie las ik' het bericht in de bladen van het overlijden van Emjle Boutroux, een van Frankrijks grootsibe wijsgeeren vau dezen tijd. Over het geheel is men in Nederland meer naar de Diiitsche dan naar de Fransche philosofie georiënteerd. En toch miag een figuur als Boutroux niet genegeerd. Zijn landgenoot Bergson is hier beter bekend. Bergson wint het van .Boutroux .zeer zeker in originaliteit, m'aar moet het in fijnheid tegen hem jStelggen. Bergson is pikanter, eleganter en daarom mieer populair, Boutroux daarentegen nauwkeuriger en sy: StemaJlischer._ Om den dwang der natuurwetten te breken, laat hij' zelfs in de natuur ruimte voor het aontingente, het toevallige. Men zou hem de philosoof van het" oontin-

geiite kunnen heeten!!: ^'^p, ; "lioofdvverk draagl tot titël; , , .De la oanilingente. des loi.s , de ]a nature". Evenals Bei^spn is hij ©en geduc-hte kampioien t^^n. h©t malerialisme. Met talent bewoog hiji-zicii •ook op psyohologisch en paedagogiscih' gebied. En wat wellidit zijn groo'iste vordienstc zal blijken: mtet' 'Icï'aoht van overluiging heeit Ihij geïstreden voor het goed recht van melaphysica en religie. Wel was zijn religiebegrip het onze niet. Maïir we ^zijn er dankbaar voor, dat hij tegen pragmêntisnie en positivisme zoo beslist partij heeft gefcozeii en aan de wetenschap te verstaan heeft gegeven, dat zij cle^diepste behoeften van het mtenschelijk-hart nooit ka». be\Tedigen. . .

De nieuwe spelling.

De hóiOgleeraren Dr. Kluyver en Dr J. W. Muller iiijtn gereed gekomien niet de opdracht van dén miiiistei' van onderwijs, - iu 1919 verstrek!, oni hem' een ontwerp' aan te bieden voor een regeling van de spelling en van het gramniatisch geslacht. Het Is .thans bij Martinus Nijhoff te 's-Gravenhage in dmk verschenen. Voor zoover Ik kon nagaan, - hebben onze bladen er een te kort verslag, van gegeven, dan dat - men esnigszins ervan op de hoogte zou komend Toch dunkt het mij, dait velen onzer lezers, daarin'veel belangstellen. De kritiek laat ik gaarne aan vakkundigen over. Misschien geef ik later èen paar aanteekeningen. Maar ik wil beginnen met het excerpt van de „N. R. öt." bij: gedeelten over tenemlên.

Hier volgt dan het eerste deel:

Ten oiiide to d03ii uitkomen, waatiËS& Pwöorgestelde regeling vöïschUt van het stelset van De , Vries on Te Winkel, hebbon zqi twee lijisten gem'aakt; , .-. éénc voor-de spelling en ééno voer het .geslacht, un in beide in het. algemeen onvermeld gelaten wat , . niet wordt Veraode-rd; beido lij'sten zijn voorzien • 'Van oon toelichting.

Voor de spelling h'ebben zij de denkbeelden deir' Staatscommissie, ingesteld bij' K. B, van 16 Juni 191G, no. 7, bijna alle aangenomen, al Webben . : : ..zij do regels ook eonigszins andeirs 'gieformuleerd. • • .Maar na jijp beraad zijin 'zij van hel; plap der t^ommissie afgeweken in do spelling van de woör-• den op - isch, die zij onveranderd - hebbeir gelaten. • Die Commissie had den ïJegel gesteld, dat de s-klank altijd door s zou worden aangeduid. De Ko-ogleeraren hebben in hunne toelichting van deze afwijking en een enkele andere rekeuschap-gegeven.

Gïöoter''is het verschil in de regeling van het geslacht, en-wat zij te dien_ aanzien voorstellen : verschilt niet alleen van hst ontwerp der Commissie, maar ook van hetgeen zij als mogelijk hadden ge-, ' dacht bij het schrijven-van hun eigen nota's die • aan het verslag, der Commissie zijn tos^evoiegd. „Bij het uitwerken van een algemeen denkbeeld, dat men voor aanbevelenswaardig houdt, ontdekt Hien — Zeggen de samenstellers c— niet zelden moeilijkheden, die een wijziging van "het eerste plan raadzaam doen achten. ï)it hebben ook de ondeï'yetefcenden ondervonden, het/beeft hun werk vertraagd, en ten opzichte van, het grammatisch gs^ slacht hebben zij hunne voorstellen verdedigd in een toelichting, die uitvoetlgcr is dan hunne toelichting bij de regeling der spelling. Zij hopen, dat zij .hunne denkbeelden met de vereiste duidelijkheid hebben voorgedragen.

1 „Of en in hoeverre de hier voorgestelde regeling van de' spielling en van het grammatisch geslacht ook voor Oost-en West-Indië aanbeveling verdient, staat niet ter beoordeling van., de ondergetekendeai maar van henMaièjïi& ïeteTd^& fc& ^^^jötógp^^ bekend zijn.

„Eindelijk veroorj-oven de ondergetekenden zich', in aansluiting aan 'h'et door den tweeden ondeii"getekende aan hef slot zijner Nota geschrevene, en mede naar aanleiding van hun bekende vertogen van de Koninklijke Vlaam'scb'e Academie te Qent, te wijzen op de wenselijkheid om te dezer "zake enig overleg te pfeglen met, of voor 't minst enige mededeling te doen aan de bevoegde Belgische autoriteiten.

Aan de'inleiding^^^iPk; volgende ontleend, : , W-at b-et-reft de' spei'& ^M0iJéM^M; iéM-' • landsche woorden.

1. De e-klank in open letterg'repen.

a.. Geldig blijft de regel, dat de gesloten e-klank aan het einde van een woord door ee woirdt voorgesteld, b.v. in gedwee, m'ee, twee, vee, zee, enz. ^ ook in afleidingen als tweede, ©li in samenstel---.lingen als meegaan, meekrap, smeekolen.

b. Geldig Blijft dé regel, dat in denbeklem-: -toonden uitgang - eeTen, waarmede ook, van Nederlandsche woorden • afleidingen Worden gevormd, de dubbele 'e wordt geschreven, b.v. in afgodeeren, redeneeren. Evenzoo in afleidmgen van zulke woorden, als redeneering, waardeering.

c. Geldig blijft de regel, dat de tweeklank eeu met een dubbele e wordt geschreven, derhalve in breeuwen, leeuwen.

d. In allo andere gevallen wordt de e-klaiik in open lettergrepen aangeduid door e, derhalve niet alleen, lals tot dusverre, in geven, ' nemen, wij grepen, enz., maar óofc b.v. in benen, . delen, kleden, stenen, begeren, bedelen (waarvan uit h'et verband genoegzaam 'zal blijken, dat niet bedelen, een aalmoes vragen, wordt bedoeld). 'Waar gevaar is voor misverstand, zou men desnoods een acöentteeken kunnen gebruiken, en b.v. schrijven bedélen

De o-klank in open lettergrepen.

De woorden, waarin een o-klank aan h'et einde staat, worHèh op dezelfde vri^zs gespeld alS' tot dusverre, b.v. strop-, vlooi, ' zoo o!, h'oi!, Jo-, Koö, (of Ko); 'evenzoo afleidingen en samenstellingen als blooheid, zoogenaamd. K Evenzo'q de odclank in , po, i, deth'alv^e rnjpioi, prooi, "'strooien.

Evenzoo de o-klankéMófëch^^ loochenen.

In alle andere gevallen wp'ïdt de o-klank in open lettergrepen aangeduid door o, derhalve niet alleen, als tot dusvenre, in goten, wij sloten enz., maar ook in boten; - grote, kopen, loipen, rode, stoten, enz.

3. De s-klank.. i? ^^siS«S^i3'^ï^iA--' Dezo wordt, behal-sjg^f^ié^*'-^^JEtr, ; altijd aan-; , , . geduid door s, b.v. in mens, vissen, links, groots, '} dagelijkse, Hollanse, Franse' enz. Eien woord als Paschen kan als een uitheemse naam' beschouwd worden en dus ongewijzigd blijVen.

4. De zoogenaamde „tussenletter" n in-samen-• ' stellingen.

a. Deze wordt geschreven, wanneer de schrgfver , ; i, ze nitspireekt. Bij Woor'den als de voloiendè b.v. f , ; , zal het sclnijVen van de n met do meest gewone , •• uitspraak overeenkomen; afgodendienaar, heldenmoed, leeuwenmoed, mensenliefde, ogendienaar, ploertendom, vorsterisoh'ool, - vrouwendag, ziekenhuis. Velen zeggen ook eikenhout, doch de uitspTaak met n is hier niet zoo alg^ameen.

b. Wordt ïn de beschaafde uitspraak een n niet gehoord, dan kan deze toch geschreven worden, ^ ' wanneer men daardoor - zeer Jjepaald verkïfest aan i', te duiden, dat met het eerste lid een meervoud '... is bedoeld. Is niet stellig een meervoud bedoeld, : : , . of acht men de opzettelijke aanduiding daarvan , ' , ''overbodig, » dan zal men de n niet schrijven; en I i als algemene regel wordt aangenomen, dat de n : . 'niet geschreven wordt, - behalve'in het onder a genoemde geval. Tot h'et schrijven van de , n zal •' ' men dik'wijls geneigd zijn in gevallen waarin men zich de uitspraak der n als niet onnatuurlijfc voor-! gtelt, t.w. in een stijl, die niet juist de taal . van het meest aUedaags-e leven weergeeft.

Zoo kan men b.v. willen schrijVen beukenlaan, ^ ' nonnenklooster, studentenvereniging, vriendenkringl • C 'vi'ouwenbeweging, woordenboek; maar daarnaast, zonder n, blokfcedops, takkebios, voddemand, hioswel - '~ ook hier bij het ee'rste lid aan een meervoud wordt ^ gedacht. Volgens den algemenen regel zal echter 'het niet schrijven van de n in geen geval als jl^gl^njuist zijn te bescKouwen.

5. De zoogenaamde „tussenletter" , s 4n samenstellingen. Deze wordt, geschreven, wanneer-zi| in de uitspraak-wordt gehoord, als oor-lo-gs-verklaring, handelshuis, handelszaak, , koningszoon. Begint bet •tweede lid der samenstelling met een S, dan wordt de „tussenletter" niet geschreven; derhalve bruidstoet, doodsnik, gezelgphapspel, godspraak, handelschool, 'herdeiispel, oorlogschip.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 25 november 1921

De Reformatie | 8 Pagina's

PERS-SCHOUW.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 25 november 1921

De Reformatie | 8 Pagina's