GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

PERS-SCHOUW

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

PERS-SCHOUW

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

„Het Handelsblad" huldigt.... een „doleéïl'^en, ' dominé".

En wel één van het ejbhtè ras, een vóórvechter, een jufc-verbreker: D'S B. van Schelven.

De waardeering is .natuurlijk in hoofdzaak formeel, esthetisch, maar ze is toch voor. de veranderde geestesgesteldheid in de liberale wereld kenteekenend genoeg, om haar hier weer te geven.

Persoonlijkheid.

Ds B. Van Schelven. — Met D's Vaji Schelven, die. deze week zijn afscheid gepreekt heeft als predikant der Gereformeerde kerk alhier, en die vandaag gehuldigd wordt door zijn gemeentenaren, mede ter herinnering aan zijn gouden diensttijd, gaat een bekend Amsterdammer uit het volle leven van onze hoofdstad heen.

Een man van meer dan gewone allure en besogne. Indien de Nederland'sche Calvinistische kerk, als de Hongaarsche, bisschoppen kende, dan zou hij' een bisschop .geworden zijn. Zóó was zijn positie. Alle piredikanten zijn, naar het vaderlandsch Gereformeerd kerkrecht, gelijk in rang, jonge en oude, . knapipe en eenvoudige.-De heer Van 'Schelven was echter een geboren kerkregeerder.

Zijn kracht kwam niet uit alléén "in den kerkeraad, of ter „meerdere" vergadering, als die van Classis, particuliere en generale S, ynode. Hij' was een uitlegger van het woord Gods, die tot in zijn grijsheid de gemeente in grooten getale om zijn kansel verzamelde. Een pastor, die zijn herderlijk werk tot voldoening van de lastige stadskudde volbracht. Een catecheet, die de veeleischende jongjens in het over het algemeen minst gewaardeerde „leer"-uur van de heele week, wist te boeien en te binden. Toch vooral een leider. Een fijne kop, die de balsturigheid, welke in samenkomsten van .. calvinistische onverzettelijken wel eens tot uiting komt, altijd wist te bedaren. Rustig in de woa ligsle bijeenkomst. De leidende hand in den Amsterdamschen kerkeraad, de kerkvader der Gereformeerden in Noord-Holland, de pïesident der Synode meermalen. Een mian van vaste lijn, die niet van-transigneeren wist ten opizichte van het beginsel. Hij was „steil", was van jong-Gereformeerden geen vriend. Aficeerig van N.' C, S. V.arbeid, tenminste voor de Gereformeerde studenten. Een trouwe waker op! het Gereform-eerd erf, die zich moeilijk vinden kon in gematigder denkbeelden, dan die hijzelf in de middaghoogte van zijn leven had gepropageerd. Een Christen, die bijzonder 'de kerii altijd weer vooropteette. Een „deftige dominé" eindelijk, die nooit naar populariteit heeft gestaan, en ze ook niet gekregen heeft. Een regenten type van het hout der 17de eeuwers — écht wagenschot! — die in .de zeer democratische kerkinrichting der Gereformeerden toch veel heeft tot stand gebracht.

Na een leven van veel en vruchtbaar arbeiden hoopt hij nu in Bloemendaal zijn levenseinde te gaan slijten.

Van DB van Schelven naar Dr de Hartog is meer dan één schrede, — is nauwlijks een andere overgang denkbaar dan de esthetische. Formeel is het zeker mooi wat hij doet, en voor ons voorbeeldig: het heldhaftig bestrijden van 'het atheïsme! Zie hem hier op een Areopagus, waar hij strijdt met een filosoof, die beneden den alleszins godsdienstigen Athener staat.

Wij geven het kort verslag van een debat met Constandse, uit „De Nederlander", hetwelk, ons den indruk geeft, dat we hier vooralsnog .met een worstelen, een gebrekkig en gevaarlijk' stamelen, te doen hebben, m^aar tevens voor ons een aansporing moge zijn, iom! het 'heter te doen, mét de filosofie als het kan, mlaar niet uit de filosofie, welke monsterideeën voedt als: „de wor-' dende , God".

Over het onderwerp: „De onhoudbaarheid der Godloochening" heeft gisteravond de afdeeling Rotterdam der vereeniging de Middaghoogte in de stampvolle Doelenzaal een debatvergadering gehouden tusschen dr de Hartog en den heer Constandse.

Dr Hooykaas sptak een kort openingswoord.

Dr De Hartog begon m'et het woord van Nietzsche, dat, de menschen reeds in oude tijden aan den oever der zee: „God" zuchtten. Met het woord God heeft de raenschheid willen uitdrukken dat er is een glans van omhoog. Het woord - God beteekent het vereerenswaardige, het glansrijke. Maar kan een mensch een redelijke' uitspraak doen over wat wij God noemen? Heeft de mensch het recht van uit zijn bewustzijn hieromtrent iets te zeggen?

De inhoud van ons bewustzijn wordt ons gegeven door onze gewaarwordingen. Ook het eigenbewustzijn is iets dat ons gegeven, toegevoerd wordt van uit de groote verborgenheid. Er moet zijn een werkelijkheid, die zich aan ons bewustzijn openbaart. Maar niet alleen de inhoud van ons bewustzijn, ook het bewustzijn zelf .wordt gebaard uit die verborgen werkelijkheid.

Mag men nu zeggen, dat die verborgen werkelijkheid God, dus een Eenheid is? Zeer zeker want. al ons denken is Eenheidzoekend. De ware Godloochenaar is de veelheidsbelijder, de pluralist, die de hoogere eenheid ontkent.

De heer Constandse wijst er opl, dat dr De Hartog een Godsbegrip' gesteld heeft'als hypothese. Doch dit moet bewezen worden.. Onze begrippen kunnen echter het oneindige niet bevatten. Een van onze denkvormen is de causaliteit, d.w.z. de wet dat. er geen gevolg is zonder oorzaak en omgekeerd-Een oorzaak op' zichzelf kunnen we dus niet aanvaarden. Onze kennis beheerscht alleen de wereld der verschijnselen. Den achtergrond daarvan kennen - wij niet, kunnen wij niet kennen. Als Dr De Hartog spreekt over • de groote verborgenheid, dan zegt spreker tot hem, dat dat geen werkelijkheid is. De tweede fout der geloovigen is, dat zij spreken van het Absolute, terwijl wij alleen weet hebben van het betrekkelijke. De werkelijkheid zal nooit voleindigd worden.

Dat waaraan de geloovige zich nog kan vastbouden is dus het onkenbare. Maar dat is geen grondslag meer, dat is philosophie.

Dr de Hartog wijst er op hoe juist het denken in ons denkt den samenhang der veelheid en met dit denken is God niet geloochend. Of tijd en ruimte eindeloos zijn, is nog de vraag. De schrijver van het Johannes-evangelie noemde ook dat denken God. Het denken is activiteit, de werkelijkheid is een krachtbeginsel. Indifferentie en identiteit zijn niet hetzelfde en dat heeft de heer . Constandse niet ingezien.

De heer Constandse zegt dat dr de Hartog hier staat als een aanhanger van 'het Godsbegrip! en •God noemt den grond van het bestaande, tot hetwelk alles moet terugkeeren. Hij erkent dus een begin en een einde der werkelijkheid. En dan staat sp'reker tegenover hem. Van een grond der dingen kunnen wij geen besef hebben. Wij' hebben te dóen met een begrip' van een wordende God, maar in de oogen van den sjjïeker is die God een nietsdoende, een overbodige God geworden. Dr de Hartog wijst er ten. slotte nog op, dat de heer Constandse niet het onderscheid, tusschen kennen en denken ziet. Het onkenbare kennen \ wij niet, maar wij denken het wel. Hoe kan hij zegigen dat de wordende God een nietsdoende God is. De wordende God is immers voortdurend bij alles betrokken.

Met een kort woord sloot de voorzitter de vergadering.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 6 oktober 1922

De Reformatie | 8 Pagina's

PERS-SCHOUW

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 6 oktober 1922

De Reformatie | 8 Pagina's