GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

De actie van de jonggereformeerden in Zwitserland.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De actie van de jonggereformeerden in Zwitserland.

12 minuten leestijd Arcering uitzetten

II.

Toen ik dr R. Burckhardt naar pfr R. Groè vroeg bleek mij dat hij dezen kende en oofc wist van de beweging die vooral in Zurich haar hoofdzetel heeft, " want hij noemde die als van de jonggerefo-rmeerden. Hoe moeten wij dat jong opvatten? Noemen de tegenstanders haar zoo? Wordt zij zoo genoemd omdat de mannen die vooraanstaain in deze beweging voor het meerendeel nog jonge mannen zijn? Wil het zoioveel zeggen als wat de tegenstanders van de herleving van het Calvinisme in ons land willen te kennen geven door hun kwalificatie neo-gereformeerden en neo-calvinisten? Het is waar, deze beweging in Duitsch-Zwitserland is nog van jongen datum. Zij dateert in haar krachtig optreden eerst van de jaren na den wereld-oorlog. De „Reformierte Schweizer Zeitung" is in zijn tienden jaargang. Bijna al de uitgaven van Reformierten Schriften uit dezen kring zijn van de laatste jaren, na negentienhonderd vijfentwintig. Alleen „die Briefe über Calvin von Rud. Groh" dateert van 1918 en zijn uitgegeven bij Rascher ., & Cie, Verlag, Zurich. Sinds de laatste jaren heeft deze kring van gereformeerden een eigen „verlag", dat van den Reformierten Schweizer Zeitung; daarnaast een teekenend genoemd : „Mitten Durch" Verlag, i)

Ook bij deze beweging zijn het weer de tegenstanders die haar helpen vorderen, juist door hun bekrompen doen. Daar de uitgevers en boekhandel in Zurich de uitgave en verkoop van gereformeerde geschriften tegen werkten; die'niet in hun uitstalkasten wilden hebben, werden de gereformeerden gedwongen zelf een Verlag en een Boekhandel te stichten en zoO' verkregen zij een 'Reformierte Buecherstube, een boekhandel voor gere'formeerde literatuur in de Stadelhoferstrasze 38. Op een zeer geschikte plaats, midden in de stad, slechts door een paar huizen gescheiden van een hoofdstraat, dtiidelijk aangegeven. Daar is de zetel van de beweging. Zeer bescheiden behuisd, doch bizonder netjes. Een nette jonge dame doet het werk in den winkel. In een nevenkamer wordt het werk gedaan voor de ^, mitten durch" actie. Dit wapen staat op den catalogus van dezen boekhandel. Ik geef het adres ten behoeve van lien die belangstellen in wat er te Zurich thans omgaat op het terrein van de gereformeerde actie, en men zal zien dat daaraan verbonden zijn actieve en bekwame mannen, daaronder ook teekenaars, die de teekeningen maken voor de onderscheiden uitgaven. 2)

Zou de aanduiding jong gereformeerden misschien in verband staan met het feit, dat de mannen die daarbij vooraanstaan en leiding geven schier allen nog jonge mannen zijn? Immers het is een gewoon verschijnsel dat de tegenstanders van acties, aan hen niet aangenaam, gaarne, zoo' ze niet kunnen smalen dat het toich geen geleerde mannen zijn en die eenigen naam hebben in kerk of staat, wijzen op de onervarenheid en jonkheid der leiders. Director G-rob is misschien wel de oudste onder hen en deze is pas een veertiger, een man in de volle kracht van het leven. Dr.Chai'les Schüle, pfr W. Bernouilli, vorsteher van het Zwitsersche gereformeerde diakonenhuis, zijn beide eenige jaren jonger dan pfr Groh. Veel jonger dan de leider is Konrad Zeiler, director von das Evangelisches Lehrerseminar Zurich in de Rötelstrasze 50, Zurich 6. Wij zouden deze inrichting een kweekschool voor christelijke onderwijzers noemen met internaat. Als ik dan verder nog noem Walter Hild e brandt s), doctor juris utriusque, Elsa DoUfus-—Zadel«i), dr phil.; Willi. Jenny»), dan zijn deze en zoovele andere personen allen jonger of ongeveer van den leeftijd van pfr R. Groh. Toch is het niet om reden der jonkheid van alle dezen dat men spreekt van jongereformeerden en oofc wordt dit niet gedaan om hen te "teekenen als vermeende neo-gereformeerden en wel om de eenvoudige reden dat deze naam niet is gegeven door de tegenstanders, veeleer is die aangenomen door de gerefonneerden zelf. In 1929 werd uitgegeven

„Der Heidelberger Katechismus", wie er von den Reformierten Kirchen als Bekenntais anerk'ennt wurde. Zeitgemaesze Verdeutschung nach der Ausgabe der pfaelzischen Kirchenordnung von 1563 rhit den urspruenglichen Zeugnisstellen aus der Heiligen Schrift, Mitten durch. Verlag der Reformierter Schweizer Zeitung, Zurich 1929.

Aan de keerzijde van deze bizonder mooi uitgevoerde uitgave staat: Diese Ausgabe des Heidelberger Katechismus bildet die siebente nummer der Reformierten Schriften, herausgegeben von den Jung") reformierten. Viertes Tausend. In het volgende jaar verscheen een goedkoopere uitgave, doch eveneens keurig gecarto^nneerd uitgegeven, het 5—10 duizendtal, eveneens als zevende nummer - door de jonggereformeerden. In het daarop volgende jaar verscheen das _„Lehrbuechlein der Arbeit" van Rud. Groh als achtste nunamer van.ge^ refonneerde geschriften, uitgegeven door d e jonggereformeerden. Zij zelf noemen zich d e Jonggereformeerden. Zij vormen derhalve een .groep, een gemarkeerde, een goed georganiseerde groep. Waarom z^j zich j onggerefo-rmeerden noemen en niet liever kortweg gereformeerdeen, heeft zijn goede redenen. In tegenstelling met de Roomschen en 'Lutherschen heeten de gereformeerden in Hongarije Calvinisten, zonder dat dit wil zeggen, dat zij allen de beginselen van het Calvinisme huldigen èn zijn levensbeschouwing. De landskerk in het canton Zurich is eene gereformeerde kerk, waarin echter de gereformeerde leer door velen niet meer geleerd wordt. J oi ng gereformeerden noe^ men zich de aanhangers dezer beweging wijl hun streven, hun bidden en werken is om echte zonen der reformatie zich te betoonen op het terrein van het familieleven niet minder dan op dat van de kerk en den staat, in wetenschap en onderwijs, alsmede door het werk der barmhartigheid. Zoo zien we dan ook in deze beweging, dat de geschiedenis zich steeds herhaalt; in haar is zooveel, dat ons met den Prediker doet vragen: Is er eenig ding, waarvan men zou kunnen zeggen: ziet dat, het is nieuw? het is alreeds geweest in de eeuwen, die vóór ons geweest zijn.

De nieuwe beweging in Zurich is geen neoi-gerefoimeerde, geen neo-calvinistische beweging, doich is zeer juist genoemd eene jong gereformeerde actie; het gereformeerde leven is ook in dit land van Zwingli, BuUinger, Heidegger tot nieuw leven gekomen. En die ontwaking ging vergezeld van verschijnselen als ook elders en bij name in ons land zich voordeden. Voorop dien ik te zetten, dat men niet meene dat zij op directe of indirecte wijze te danken is aan wat in ons vaderland reeds voor zoovele jaren is geschied; neen deze ontwaking is geheel buiten ons land om gegaan. Eerst later hebben wij hier daarvan kennis gekregen en indien er van invloed onzerzijds sprake zou mogen zijn, dan ^ewis van zeer jongen datum en van geringe beteekenis. Niet door een van onze menschen is de aandacht getrokken; niet door iemand uit ons midden is de ontdekking gedaan van het frissche leven dat zich zoo gezond ©ni krachtig openbaart in het land van Zwingli en^ Bullinger. Dr W. Kolfhaus van Vlotho is de man die director R. Groh, den toen nog eenzame doch onversaagde, sprak van het gereformeerde leven in ons land en bij name in onze kerken. DOOT geen prof. Barth noch prof. Brunner hebben de jonggeleformeerden de gereformeerde leer en het gereformeerde leven leeren kennen en^ liefhebben; piet dezen zijn hen tot gidsen en leidslieden geweest. Ook hier komt de eere alleen toe aan den Heere oiizen God, Die heeft bewaard voor geheel sterven; Hij heeft het gekrookte riet niet verbroken en de rockende vlaswiek niet uitgebluscht. Hij heeft ook hier gesproken: verderf ze niet, want er is een zegen in. Hoe zich dit heeft toegedragen, deel ik gaarne later mede, doch nu wil ik er op, wijzen, dat de Heere tot dit reformatorisch streven in Duitsch-Zwitserland wederom verkoren heeft voor het meerendeel jonge mannen. Zeker er zijn ouderen die zich hartelijk verheugen over wat de trouwe God werkende is in het land hunner vaderen, doch tot den arbeid geroepen en tot den arbeid gewillig en tot den arbeid bekwaamd heeft de Heere vooral jonge mannen en daartoe zonderde Hij sommigen hunner, en wel in de eerste plaats deni leider af, terwijl ze nog jong, nog student waren. De discipelen des Hoeren waren ook jonge mannen, "die voor het leven stonden. Hierin schittert de goedheid van God. Gewis Hij legt den mensch niet te veel op. Tot het werk des Heeren te willen en kunnen werken behoort verloochening, ' behoort te willen offeren, dulden, draaen, lijden en desnoods te willen ondergaan. Dat hébben alle refoirmatoren geweten of geleerd. En opdat het den menschen niet te zwaar zou zijn, te moeielijk, den eenen band na den anderen te moeten doorsnijden, ja te moeten doorhakken, opdat het niet te veel pijn en smart zou doen, er dit en dat, ja schier alles aan te moeten geven, ook mede daarom heeft de Heere heel de geschiedenis door immer weer jonge mannen verkoren en toegerust Zijn groote werken te wrochten. Wanneer er zoovele banden binden van velerlei verwantschap; wanneer zoovele handen ons terughouden; wanneer zoovele stemmen van vrouwen, kinderen, vrienden, medeleden, medepartijgangers roepen, smeeken, afhouden, dan wordt het zoo moeielijk te volgen, zoo; , zwaar vooraan te gaan. Gewis de geschiedenis kent grijze hoofden

die onder de bijl zijn gevallen, kromme en gebogen gestalten die zich recht op wisten te heffen als de mutsaards werden ontstoken en de vlammen lekten langs gewaad en baard, doch hoe jong waren niet de meesten onder de martelaren! Hoe jong een Calvijn, toen hij kwam tot bekeering en toen hij een weg ging, dien hij niet wilde gaan, doich ging wijl hem werd betuigd en bezworen dat God het wilde. Een Luther was jong en krachtig toen zijn hand de stellingen aansloeg. Een Zwingli toen hij stierf. En de vaders der Scheiding, zij werden door de tegenstanders om hun jonkheid veracht, niettegenstaande de heilige apo> stel zoo beslist had gezegd, dat niemand zijn geestelijken zoon om diens jonkheid mocht verachten. En waren de mannen der doleantie niet voor het meerendeel mannen eerder jong dan welbedaagd te noemen? Daartoe heeft de Heere Zijn wijze redenen en er is daarin bewijs van groote goedheid.

De mannen die de leiding hebben onder de jonggereformeerden in Zurich zjn mannen die al voortgaande sterker en krachtiger beloven te worden, meer toegerust tot den strijd en meer bestand telgen den tegenstand. Op nog iets wil ik wijzen. Het is den lezer allicht reeds opgevallen, toen ik iets mededeelde van de uitgaven bezorgd door Mitten d u r c h. Deze jonge mannen zijn er direct op bedacht geweest om nieuwe uitgaven te bezorgen en waarvan en op welk gebied? Weer niets nieuws onder de zon! Altijd weer hetzelfde verschijnsel. De vader der scheiding begon direct met de uitgave van de belijdenisschriften. Aansluiting om te komen tot verdere ontwikkeling, bij de gereformeerde vaderen. Zoo zorgden ook Kuyper en Rutgers voor nieuwe uitgaven van onze Belijdenisschriften en van de kostbare schatten gelegen in onze liturgische geschriften. Na zoo korten tijd bezorgde Mitten d u r c h reeds zoovele duizendtallen van een der gerefoirmeerde belijdenisschriften van Zwitserland.

Op een derde verschijnsel dien ik nog te wijzen. Met de herleving op kerkelijk gebied ging immer gepaard vernieuwing op elk terrein van het leven. Direct vroegen de vaders der scheiding naar beter en ander onderwijs. Direct behartigden zij den arbeid der barmhartigheid en schier geen hunner was een politiekschuwe. Zoo was Melanchton de praeceptoT Germaniae; zoo had Calvijn een geweldigen invloed op het staatkundig leven, zijner dagen in gansch westelijk Europa. En wat hebben de mannen der doleantie met een Kuyper, Rutgers en V. d. Bergh in 'tvoiorste gelid wel niet gedaan voor 't onderwijs, voor 't ambt, voor 't werk der barmhartigheid, voor 't staatkundig leven? Doch aan dit alles ging veel historische arbeid vooraf. De mannen der kerkhervorming zijn mannen die de historie beminden, kenden en maakten. Hunne namen te noemen genoegt. En zie, Grob, van wien later meer, is minnaar der historie, is man van de werken der barmhartigheid en is thans eveneens leider met anderen van een krachtige politieke actie. Ten slotte nog één trek van overeenkomst. De tegenstanders beginnen met te lachen, minachten, smalen, doch dra merken ze, dat er niet mee te lachen valt. Dat ervoer de paus ten tijde van Luther; dat er niet te spotten valt, dat ervoer dr Eek; dat men met smalen niet verder komt, dat heeft Rome's kerk ondervonden. Dat hebben de liberalen kunnen leeren. Dat hebben zoovelen kunnen leeren, die, waren ze niet zoo hardleersch^ al lang hadden moeten weten. Dan volgt de tactiek van doodzwijgen. En dat doodzwijgen doet zoo pijnlijk aan. Wat daartegen te doen? Na de vervolging is men deze tactiek ook tegen de afgescheidenen gevolgd. En sommige mannen van beteekenis hebben ook de geweldige beweging in het leven geroepen oncier leiding van Kuyper willen doodzwijgen. Deze tactiek volgt men thans ook in Zurich van de zijde van hen, die medestanders moesten zijn. Wat daartegen te doen? En de raad werd door een der onzen gegeven: Zoo lang en zoo raak treffen, dat ze wel moeten antwoorden. Midden door! Of liever de figuren in het familiewapen van pfr Grob moeten sprekend worden: de knots en de berenklauw. Aanpakken en met treffers slaan. Het is een goede strijd! Hij kan en moet met eerlijke wapenen gestreden worden!

Een volgend maal over de voorvechters zelf!


') Een „Politisches Bekenntnis" is in 1928 uitgegeven door het „mitten durch" Verlag. De naam ontleent dit „verlag" aan zijn sprekend en veelzeggend vignet, een schild, met een pijl dwars tegen den stroom ingaande.

^) Men zie maar eens de teekening op het titelblad van „Rud. Grob, Lehrbüch bei der Arbeit", het achtste nr. van de Geref. Schriften, geteekend door David Muller.

^) Die autonome Kirchengewalt, 1928, Kommissions-Verlag der Reformierter Schweizer Zeitung.

') BuIIingers Einflusz auf das zürcherische Staatswesen, Verlag der Reformierter Schvi^eizer Zeitung.

") Der gottesdienst, eine Betrachtung über seine Schönheit, Verlag der Reformierter Schweizer Zeitung.

°) Ik cursiveer.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 20 november 1931

De Reformatie | 8 Pagina's

De actie van de jonggereformeerden in Zwitserland.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 20 november 1931

De Reformatie | 8 Pagina's