GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

De Geschiedenis der Paedagogiek van de Middeleeuwen.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De Geschiedenis der Paedagogiek van de Middeleeuwen.

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

Naar de gewoonte in ons blad willen wij hier aankondigen de verschijning van het tweede stuk van het tweede deel van onze „Inleiding tol de theorelischc Paedagogiek".

Dit tweede deel behandelt de geschiedenis der paedagogiek. Het nu versclienen stuk bespreekt in ongeveer 220 pagina's de geschiedenis van opvoeding, onderwijs en opvoedkunde in de Middeleeuwen.

Ter kennismaking met dit werk geven wij onze lezers hier een citaat uit § 7 van hoofdstuk X. Wij behandelen daar het godsdienstig onderwijs en de godsdienstige opvoeding in de Middeleeuwen in ons vaderland.

Wij gelooven dat dit citaat voor ziciizelf spreekt.

„Mogen we nu aannemen, dat de toestand met belrekking lot hel godsdienstonderwijs in de gezinnen in de laatste der Middeleeuwen belangrijk verbeterde, dan is daarmede tevens een uiterst gewichtige wijziging in de totaal-constellatie van de opvoedingspraclijk geconstateerd. Immers de gezinnen vormen de kernen van den levenssamenhang. Wat eenmaal als een goed in het gezinsleven werd binnengedragen, wordt allhans stellig gedurende den leeftijd van twee geslachten als een waardevol bezit erkend. En daarmede ontvangt het gcheele leven dan ook een stempel.

Natuurlijk moeten we nu de vraag stellen, welk hel karakter was van de vroomheid, die men in dp gezinnen vond.

In de eerste plaats vinden we dit karakteristielie, dat in heel hel leven de dienst Gods en de vroomheid als de groote dragende kracht wordt erkend. Van hel allerprilste der jeugd tot op den ouderdom werkte het godsdienstig onderwijs op het leven in. Gezin en school, biecht en preek, lectuur en kunst, alles werkte mede om het leven te brengen onder den band van den dienst Gods. Zien wij het wèl, dan is de eeuw vóór de reformatie hier in de Nederlanden, wat hel religieus karakter van het leven aangaat, alleen slechts te vergelijken met de beste jaren uit onzen bloeitijd. Stellig is het aan de Gereformeerden bijna nimmer gelukt een zoo algemeen ingevoerde huiselijke godsdienstige opvoeding in hun kring te vinden. We moeten dit eerlijk erkennen. Dat niet te doen, moge voor sommige anti-papistische drijvers aangenamer zijn, hel doet aan de historie om-echt; en bovendien laat het verschillende verschijnselen uit den tijd van de reformatie ten eenenmale onverklaard. De eeuw vóór de reformatie heeft de reformatie voorbereid, juist door haar godsdienstonderwijs.

Maar naast dit karakter van algemeenheid, valt ons in het type van het godsdienstonderwijs der vijftiende eeuw ook iets anders op.

Iets, waaruit blijkt, dat toch ook het godsdienstonderwijs in de vóór-reformatorische eeuw weer gansch anders was dan wij, wanneer wij enkel maar zijn lof hooren, zouden denken. Hel is dit, dat hel godsdienstonderwijs in dien tijd niet jii de eerste plaats gekarakteriseerd werd door de prediking van de vergeving der zonden in Christus en de gemeenschap met een verzoend God en Vader, maar door het feit, dat de schuldbelijdenis voor een christen telkens weer van noode is. Men bezag het leven des geloofs vanuit het oogpunt van zonde en boete allereerst. Is de Gereformeerde catechisatie een voorbereiding voor de belijdenis des geloofs. in de vóór-reformatorische eeuw, hoezeer overigens ook te prijzen, was het catechetisch onderwijs voorbereiding voor de ootmoedige schuldbelijdenis, die telkens in den biechtstoel werd herhaald.

En zooals licht Ie begrijpen is, werd ook in het huiselijke godsdienstonderwijs eenzelfde tendenz gevonden. Terecht schrijft Dr Troelstra: „In den biechtstoel werd de vrijmoedige geloofsbelijdenis omgezet in een ootmoedige schuldbelijdenis, terwijl hel gebed maar al te zeer verlaagd werd tot een werktuigelijk toegepast boetmiddel of tot een vorm van het devote leven. Door dit alles werd ongetwijfeld wel in menig hart de vraag wakker, die later Luther pijnigde: „Hoe krijg ik een genadigen God? " Doch eerst de reformatie zette naast het leerstuk der zonde dat der verlossing weer op den voorgrond, In tegenstelling tol de eerste vraag en antwoord van den Heid. Catechismus wordt de vijftiende-eeuwsclie catechese eigenaardig gekenschetst door den aanhef van een veelgelezen volksboek over de Tien Geboden: „Der sieleii Iroest leget an hiliger lere ende aen betrachtinge der hiliger scrifl".

Vandaar dan ook, dat meer het vrome leven dan de kennis der waarheid hoofddoel was bij het onderwijs „Die tafel des kerstelikcn leuens" begint als volgt:

„Hier beghint een goede vermaninghe ende een boexken, dalmen hiel die tafel des kersteliken leuens, daermen claerlic in vindel wat een goet kerslenmensche sculdich is te weten, ende die alle goede kerstenen sculdich sijn in lioren husen te hebben voer hem seinen, voer hoer kinderen ende voer hoer ghesinne.

Ten eersten.

A'ls een mensche des smorghens op slaet, soe sal hi sinen god, sinen scepper, dancken ende lonen, ende ouerdeucken dat hem god gesoepen heeft nae hem seluen, ende lesen ten minsten een pater nosler, ende een aue maria op sinen knyen voer sinen bedde wt ynnicheit sijns herten. Ende dan sel hi ops e tl en dat hi alle die dach die g heb o den gods houden wil totter doot toe. 1)

Ten anderen.

Als hi gaet dan ter kerken^ so sal hi mil ynnicheit een heel misse horen. Ende sal ouerdencken dat liden ons liefs heren ihesu crisü. Ende lesen sijn heylighe vijf wonden, vijf pater

92 uoster ende vijf aiie mai-ia mil alsoe gi'oter yn nicheit, also hi der lieyligheii woudeu tot eiken pater noster ene kundiclide 2) mit reuerendên...

Ten derden.

Als hi te middaghe ten eten gaat. soe en sal hi niet ter tafelen loopen mil onreynen handen, als een beest daer gheen verstant in en is, mer hi sel den here dancken voer sine gaue, ende lesen verstandelike mil ynnicheit sinen benedicite of een pater noster. Ende na dat eten sine gracias..." •*) 't Is telkens weer: „hi sal": hij moet dit en hij moet dat doen.

Daarvan zouden meer voorbeelden zijn aan te halen. Telkens weer lieginnen de verhandelingen ongeveer als volgt:

„Wie een goet kerstenmensche wil wesen, die l)ine hem dit ouer te lesen ende mereke wat hier in bescreuen stael..." zooals „Een Fundament van der Kerslenre Geloeve", een ander geschrift, aanving.

Genoeg om Ie doen zien, hoe hel type van de vroomheid in de eeuw vóór de reformatie in wezen toch verschilde van de godsvrucht, zooals men die bij de latere Protestanten en in het bijzonder bij de Gereformeerden vond. De gedachte van de vrije genade in Christus door de verlossing door het bloed Zijn kruises, van de groote waarde van de kennis van den weg des heils, kwam eerst daar op den voorgrond.

Een derde punt van verschil tusschen hel godsdienstonderwijs op het laatst der Middeleeuwen en in den reformalorischen tijd ligt hierin, dat men geen eigenlijk caLecbisatieboek had in de eerst bedoelde periode. *)

Een afgerond boek, dat een overzicht van de hoofdzaken van heel de belijdenis inhield, zooals de catechismi der Protestanten zulks al dadelijk deden, kende men eigenlijk niet. Vandaar dat het woord calecnismus beteekent het catechetisch onderricht door den priester te geven, maar dat het woord catechismus bij de Protestanten een boek gaat beteekenen, waarin een summa der leer is vastgelegd met de l)edoeling er de jeugd door te onderwijzen.

Is straks alzoo het godsdienstonderwijs bij de l^otestanten veel meeï-een gesloten eenheid dan bij de christenen in de vijftiende eeuw, ook de band tusschen godsdienstonderwijs en kerk en daarmee tusschen godsdieiastonderwijs en kerkelijken ambtsdrager wordt na de Reformatie veel nauwer aangehaald.

Wij moeten toch niet vergeten, dat in de vóórreformatorische eeuw het leven der eenvoudigen en de opvoeding der kinderen der eenvoudigen weliswaar gekenmerkt wordt door een sterke gebondenheid aan den dienst Gods, maar dat daarnaast ook lijnen loopen, zoowel in het leven der kerkelijke ambtsdragers als in de vertegenwoordigers van wetenschap en schoolwezen, die meermalen bepaald diametraal tegengesteld zijn aan hetgeen wij bij de meer eenvoudigen vinden..

Wij komen hierop in de volgende hoofdstukken nog wel nader terug.

De levenshouding in de Middeleeuwen is bovendien een andere dan Proleslanten dikwijls denken. Het kan niet ontkend worden, dat voor het Pi-otestantscn besef, althans voor het besef van de protestantsche geloovigen in de landen waar de Calvinistische reformatie ingang vond, innige vroomheid en een losse levenstoon moeilijk naast elkander gevonden kunnen worden. Maar in Roomsclie streken en Roomschc landen ziet men liet veelszins anders. Daar zijn er die eenerzijds een oprecht vroom leven leiden en anderzijds toch een losheid van levenstoon keniien, zelfs zich gemakkelijk laten verleiden tot wat Protestanten als een spot met heilige dingen in de ooren klinkt.

Dit hebben wij te bedenken bij het waai-deereu van de onderscheiden verschijnselen in de Middeleeuwen. Immers in allerlei kluchten werden ondanks den devoten toon die in het gezinsleven werd gevonden, geestelijken, zelfs bisschoppen, op onbarmhartige wijze bespot.

Deze schijnbaai-dualistische levenshouding bereidde ondanks zichzelf den weg naar de Reformatie. Er was immers criüek op de officiëele kerk en anderzijds was er toch een oprechte vroomheid die straks in de Reformatie eigen vrucht vond".

Wij meenden ditmaal door een uitvoerig citaat ons boek het best bij onze lezers te kunnen inleiden.


1) Hier en in „ten anderen" en „ten derden" spatiëering van mij. W.

2) Kundichen, condigen = bekend maken, verkondigen.

3) Zie verder bij Troelstra a. w. XVII.

4) Wel bestond het Liber Floretus, het eenige mij bekende schoolboek, dat de dogmatische stof tot inhoud heeft en dat geschreven vferd door Bernard van Clairveaitx, maar dit boek deed waarschijnlijk alleen dienst voor degenen die verder studeerden, gelijk het dan trouwens ook in het Latijn was gesteld. Het \('erd o.a. in 1501 nog herdrukt, een uitgave uit dit jaar bevindt zich in de Leidsche Universiteitsbibliotheek, terwijl volgens Troelstra a. w. ook in Utrecht een handschrift is te vinden.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 14 december 1934

De Reformatie | 8 Pagina's

De Geschiedenis der Paedagogiek van de Middeleeuwen.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 14 december 1934

De Reformatie | 8 Pagina's