GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Evangelie en Wet

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Evangelie en Wet

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

OP EN OM 'T KERKPLEIN

Ze was opgegroeid in een streek van Friesland, waar een keihard Modemisme onbetwist heerschappij voerde. De kerk had ze niet anders gezien dan op een hemelvaartsdag. Dat was de enige keer — voorzover zij zich later herinnerde — dat ze een kerkdienst had bijgewoond. De dominee, bekend schoonvader van een nog meer bekend socialistisch voorvechter — had aan haar en enkele andere kinderen onder het geringe l gehoor ook bizondere aandacht geschonken. Dat herinnerde zij zich later nog wel. En ze had er, als ze in die latere tijd in de Gereformeerde kerk zat, vaak aan gedacht, wanneer die Gereformeerde dominee glad over alle kinderhoofdjes had heengepreekt. Dan moest ze vaak denken aan het woord van de Heiland: „de kinderen der wereld zijn voorzichtiger in hun geslacht dan de kinderen des lichts."

Want die oude dominee was op die hemelvaartsmorgen „voorzichtig" geweest. En met kwistige hand had hij het onkruid gezaaid in de harten van die kindertjes onder de kansel. , , Kinderen" — zo had hij ongeveer gezegd — , , kinderen, als jullie met een bal speelt, en jullie de bal omhoog gooit, dan valt die bal altoos weer naar beneden. Dat is trouwens met alle dingen zo. Dat is de zwaartekracht. Alles valt. Een mens ook. Een mens kan wel naar beneden vallen, maar een mens kan niet van de aarde naar boven gaan. Dat weten jullie wel. En daarom is het ook niet waar, dat de Heere Jezus van de aarde is opgevaren naar de hemel. Dat te denken is bijgeloof ".

Dat herinnerde ze zich later nog van die {)reek. En dat zaad droeg vrucht. Aan wonderen geloofde ze niet.. Zo groeide ze op.

In die keiharde moderne omgeving. Onder mensen, die hard waren, ook voor haar. Veel liefde heeft ze als kind en als meisje niet gekend.

Tot dat Gods liefde haar zocht.

Er kwamen mannen en vrouwen in haar dorp, die het Evangelie predikten. Ze meende later, dat het iets van het Leger des Heils was geweest. Hoe het zij —• bij het Leger is ze nooit gekomen, maar het heil kwam wèl tot haar. Een van die mannen sprak over de liefde van God. En over de liefde van de Heere Jezus Christus, die, om ons te redden, de hemel verliet. Dat greep haar. En zij gaf er acht op. En bewaarde die Woorden in haar hart. Ze begeerde de Heere Jezus te leren kennen. Daarvoor moest ze echter in de kerk op haar dorpje niet zijn. Dat wist zij wel. Daarom las zij maar in de Bijbel.

Veel begreep zij er niet van. Maar ze hield aan in hef lezen. Zocht vooral naar één ding: wat je nu doen moest om de Heere Jezus te dienen. Daarnaar dorstte haar bekeerd hart.

Want bekeerd was ze. Al wist ze dat zelve nog niet.

Het Evangelie van de liefde (3ods had haar getrokken uit de duisternis tot het licht. Ze was bekeerd tot de opperste Herder onzer zielen.

Als de mensen haar op dat punt hadden moeten „testen" had ze vast op alle punten, die ons te weten nodig zijn, onvoldoende gekregen. En ze had ook de bekering nog wel van node. Want ze had niet alleen een scherp verstand, ze had ook een scherpe tong, een, die ze ook duchtig roerde. Maar de vraag liet haar niet los: wat moet ik dóen?

Tot ze op zekere dag het Woord Gods las in 1 Petrus 3: „Want wie het leven wil liefhebben en goede dagen zien, die stille zijn tong van het kwade, pn zijn lippen, dat zij geen bedrog spreken; die wijke af van het kwade en doe het goede, die zoeke de vrede en jage die na".

Toen wist ze het.

Daar begon toen het weten, hoe groot haar zonden en ellende waren, daar begon het jagen naar de verlossing, die in Christus Jezus is, daar zette het nieuwe leven in.

De goede Herder heeft haar verder geleid.

Haar op een andere plaats gebracht in de gemeenschap Zijner Christelijke Kerk.

Ik heb haar gekend toen ze oud was.

Vele baren en vele golven waren over haar heengegaan.

Maar haar woorden waren altoos in aangenaamheid.

Met zout besprengd.

•Ik moet vaak aan haar denken als ik stuit op de kwestie van Wet en Evangelie.

Is het toch: Evangelie en Wet?

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 8 maart 1952

De Reformatie | 8 Pagina's

Evangelie en Wet

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 8 maart 1952

De Reformatie | 8 Pagina's