GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Het goddelijk karakter van het recht - pagina 24

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Het goddelijk karakter van het recht - pagina 24

Rede uitgesproken ter inwijding van den leerstoel in het staatsrecht, de rechtswijsbegeerte en het canonieke recht aan de Vrije Universiteit te Amsterdam

3 minuten leestijd Arcering uitzetten

27 Alleen in deze beteekenis, waarin het ook natuurrecht wordt geheeten,

is

er, naar mijn meenen,

voor een goddelijk recht geen

plaats, en, is het verschil in zin, zooals ik straks herinnerde, tusschen droit

divin

en

natuurrecht

wel

zeer groot, zoo heeft Stöckl

ook

gansch ten onrechte aan Stahl verweten, dat hij met zulk een natuur­ recht ook het goddelijk recht der overheid zou hebben prijs gegeven. Tot

wat eindelijk

recht voedsel

aan het onjuiste begrip van zoodanig natuur­

geboden

heeft,

behoort, naar het mij voorkomt, de

ook op het gebied des rechts ingeslopen dwaling, dat voorschriften, bepalingen,

uit zich

zelve

binden.

subjectivisme zeer diep ingevreten. eeuwen

over

Wel heeft de kanker van het Bekend is de strijd van vorige

de heiligheid van den Goddel ijken Wil, waarbij men

van den eenen kant de voorstelling van eene heiligheid boven dien Wil trachtte wijl

te verdedigen,

hij voldeed aan

den

heid beneden-goddelijke,

die slechts deswege heilig zoude zijn,

eisch

dier

heiligheid.

schijnbaar

boven-, in waar­

En dweept, naar gelijken trant, ]

een ongeloovig idealisme van de waarheid, die God i s ) , — de Christen belijdt,

op het

gezag van den Heiland Zeiven, een God, Die de

2

waarheid is. )

daad des geloofs. En zoo dankten bedoelde rechtsbepalingen hare kracht; geheel onafhankelijk van het meenen des volks; uitsluitend aan den Wille Gods. Waar echter in lateren tijd door andere volken aan zulke bepalingen der Schrift ditzelfde gezag is toegekend, daar grondde zich dit inderdaad — aan een onmiddellijke beteekeni der H. Schrift als wetboek van privaat of publiek recht ook voor andere volkeren als het Israelietische geloof ik niet — op menschelijke vaststelling, op de voorstelling van de in dezen bevoogde macht, dat die bepalingen als rechtsnormen moesten bin­ den. Niet, gelijk Warnkönig met nadruk zegt, als normen van goddelijk recht. Men achtte die voorschriften wel goddelijk recht, edoch hun bindend aanzien, waardoor zij zouden hebben verplicht ook wie die mecning niet deelde, lag hierin, dat zij door het bevoegd gezag — op welken grond dit zulks deed, is hier onverschillig — als rechtsregeling in acht te nemen waren geboden Men maakte ze wel tot z. g. positief recht, omdat men in haar zag een goddelijk recht, maar bij de vraag, waarin het bindend aanzien ligt, heeft men alleen met het eerste te rekenen.

s

') Zoo zegt de Heilige Schrift ook elders: »de Heere God is de waarheid" (Jeivrnia X : 10). Met het oog op die plaats verkrijgt des Heilands uitspraak: »Ík ben de waarheid" nog te meer beteekenis. ) Insgelijks de Grieksche wijsbegeerte in tegenstelling van wat de Schrift ook in het O. T. leert. Cf. Stahl, Gcschichte der Ree/itsphihsnphie, ite Aufl., S. 37: »Nach 2

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 21 oktober 1880

Inaugurele redes | 41 Pagina's

Het goddelijk karakter van het recht - pagina 24

Bekijk de hele uitgave van donderdag 21 oktober 1880

Inaugurele redes | 41 Pagina's