GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Leemten in de wet - pagina 29

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Leemten in de wet - pagina 29

Rede bij de aanvaarding van het hoogleeraarsambt aan de Vrije Universiteit te Amsterdam

3 minuten leestijd Arcering uitzetten

31 mee is niets gezegd over de kennistheoretische zijde van ons vraagstuk. Daartoe is noodig te wijzen op een staat van zaken, die van den rechter eischt deze en niet andere psychische factoren te doen gelden, m. a. w. er dient te worden gewezen op het kennistheoretisch fundament, op het „quid juris", het genormeerd zijn van het oordeel. Hierover geeft echter de genesis geen uitsluitsel. Zie ook S o m l ö , t. a. p. blz. 4 1 5 . S c h m i t t , Gesetz und Urteil 1912, blz. 17/19. v

39) Op deze noodwendigheid der „toevalligheid" van liet rechterlijk oordeel vestigt ook H e g e l de aandacht cf. § 214 zijner Grundlinien met den Zusatz zu § 214. 40) In gelijke zin S t a m m l e r maar op andere gronden, die mij niet juist toeschijnen, maar die consequent voortvloeien uit zijn categorieëntafel. 41) Qua rechter, d. i. als iemand, die het recht toepast, welke toepassing kennis of wetenschap van het recht onderstelt. Natuurlijk stelt het recht den rechter ook een taak als onderdaan. Uit raakt echter de vraag naaiden adressaat der rechtsnorm, is van positiefrechtelijken aard. Het eerste is een metajuridisch probleem en betreft de grondslagen en grondstellingen der leer van de wetenschap zonder meer. 42) Als geheel genomen is dus de rechtsorde in kennistheoretisch opzicht een „Aufgabe". Door dit gezichtspunt uit het oog te verliezen is men er toe gekomen, de taak van den rechter als een onmogelijke te beschouwen. Hoe kan de rechtsorde, die in zijn bewoordingen zich telkens weerspreekt, in twijfel laat — volkomen zijn ? Hoe kan de rechter de feitelijk onvolkomen wet tot een volmaakte maken ? De waarheid is, dat al ons denken gedragen is door het streven naar eenheid en logische geslotenheid. De wet is een kennistheoretisch geheel. Zie K r e t s c h m a r , Ueber die Methode der Privatrechts\vissenschaft 1914, blz. 39 noot. 43) Het zal, hoop ik, wel overbodig zijn, er op te wijzen, dat in deze uiteenzettingen niet op het empirisch individueel bewustzijn van dezen of genen rechter een beroep wordt gedaan. W e spreken al evenmin van een souvereine willekeur van het rechterlijk bewustzijn-überhaupt, dat den inhoud der wet dient aan te vullen. W e betoogen slechts, dat de kennistheoretische bron de wereld- en levensbeschouwing van den rechter is. Deze levens- en wereldbeschouwing komt echter wederom niet in aanmerking als psychologische factor, maar als een systeem van oordeelsinhouden, dat als zoodanig natuurlijk nooit en nergens bestaat. Dat de rechter zich dus hier weer gesteld ziet voor een „oneindige taak" verandert niets aan het antwoord op de vraag naar het quid juris van en de norm voor zijn synthetische denkwerkzaamheid. A l even ongegrond zou het zijn, in dit verband te wijzen op het onloochenbare feit, dat al ons weten en waardeeren stukwerk is. Want heeft niet reeds P a u 1 u s ons geleerd, dat wij thans zien als door een spiegel in een duistere rede (hierom, schoon ten onrechte, wel eens dè transcendentaal-idealist genoemd)? Nochtans is zijn leer ons grondslag voor ons zedelijk idealisme. W e zouden ook kunnen wijzen op de grondstellingen van Kant's redecritick eenerzijds en anderzijds aan een van zijn bekende

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 23 januari 1920

Inaugurele redes | 31 Pagina's

Leemten in de wet - pagina 29

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 23 januari 1920

Inaugurele redes | 31 Pagina's