Beschouwingen over het Huwelijk, inzonderheid met betrekking tot de persoonlijke verhouding der echtgenooten onderling - pagina 66
Rede, gehouden bij het overdragen van het rectoraat der Vrije Universiteit
64 vaardiging van het streven der revolutie. Gelukkig zijn er in onze dagen niet velen meer, die nog in het oude Rome de grondbeginselen van publiek recht willen leeren. Maar ook aan het privaatrecht is eene beteekenis toegekend, waarvan allengs meer en meer, ook onder den invloed van ernstigere beoefening der oud-nationale rechten, wordt teruggekomen. jDe tijden zijn voorbij, dat men het edict van den Praetor onder de onmiddellijke ingeving van God den Heiligen Geest acht tot stand gekomen i). Intusschen is er zeker genoeg dat die overschatting van weleer begrijpelijk maakt. Daaronder ook velerlei, dat het Romeinsche recht ter zake van het huwelijk bevat. Ihering noemt de omschrijving, die. in de zoo even vermelde uitspraken te lezen is, »eine Definition, von der ein Unkundiger glauben sollte, dasz sie die christliche Auffassung der Ehe enthalte"' ^); en volgens den heer Levy behoeven ook wij »ons die bepaling nog niet te schamen." ^) Laat ons daarom nog een oogenblik bij het Romeinsche huwelijk mogen stilstaan, in verband met wat omtrent de persoonlijke verhouding der echtgenoolen onderling voorafging. De eenige wijze, waarop in de oudste tijden een volkomen rechtsgeldig huwelijk, een legüimum matrimonium *), te Rome kon gesloten worden, was, gelijk volgens Dionysius Halicarnassensis Romulus bepaald zou hebben *"), de confarreatio, welke, naar Wachter ^) en anderen meenen, van etrurischen oorsprong was O, door sommigen ') Cf. Troplong. De l'influence du Christianisme sur Ie droit civil des Romains, p. 10. 2) Geisl des römischen Rechts, 4e Aufl., II. 1. p. 208. 2) Handd. der Ned. Juristen-Vereeniging, 1882, II. p. 19. •i) Buiten de legitima matrimonia had men nog de matrimonia iuris gentium, die echter de gewone rechtsgevolgen misten. Daarbij gold dan ook ten aanzien der kinderen: matrem sequuntur. Cf. Wachter, Ueber Ehescheidungen hei den Römern p. 57 noot **. Ulpianus, Fragm. V. 8. 5) Cf. Wachter, t. a. p., p. 19 en volgg. <i) T. a. p., p. 38 en volgg. f) Door hen, die deze meening omhelzen, wordt er op gewezen, dat de Etruscen een bij uitstek godsdienstig volk waren. Daarentegen beweren anderen, volgens wie het vrije huwelijk van de Etruscen is overgenomen, dat dit volk juist een tegenovergesteld karakter had. Cf. Roszhach, Vnlersuchungen uber die römische Ehe, p. 165 en p. 183.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van maandag 20 oktober 1884
Rectorale redes | 102 Pagina's
![Beschouwingen over het Huwelijk, inzonderheid met betrekking tot de persoonlijke verhouding der echtgenooten onderling - pagina 66](https://geheugenvandevu.digibron.nl/images/generated/rectorale-redes/beschouwingen-over-het-huwelijk-inzonderheid-met-betrekking-tot-de-persoonlijke-verhouding-der-echtgenooten-onderling/1884/10/20/1-thumbnail.jpg)
Bekijk de hele uitgave van maandag 20 oktober 1884
Rectorale redes | 102 Pagina's