GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

De verflauwing der grenzen - pagina 19

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De verflauwing der grenzen - pagina 19

Rede bij de overdracht van het rectoraat aan de Vrije Universiteit

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

17 f schaduwlijnen verflauwd worden. Immers alle onderscheid in ons bewustzijn, ja, het vermogen zelf van ons bewustzijn, óm te onderscheiden, wortelt ten leste in deze primordiale tegenstelling. Denk u haar weg, en het wordt nacht; een nacht bij wier schaduwachtio-e donkerheid alles aan uw horizont zich in i'één vaal grauw voor u op'ost. En toch, juist deze wortel-tegensstelling, moeder aller creatuurlijke tegenstelling, begint elk pantheïst met te loochenen^ Zóó als g e de Heilige Schrift openslaat, komt de pantheïst aanstonds reeds bij den solemneelen aanhef van Genesis één met Gods heilige openbaring in botsing. Neen, niet in den beginne, want een begin was er niet; niet geschapen, want de wereld is eeuwig; en niet hemel en aarde, want xxw^Jenseits is een droombeeld 63). De drie diepst uitgesneden grondlijnen onzer onderscheiding alzoo met één streek uitgewischt of verflauwd ; ja weggenomen alle grens tusschen God en de wereld, tusschen tijd en eeuwigheid, tusschen wat hier is en wat ginds. En toch met de opheffing dier tegenstellingen moet het Pantheïsme wel beginnen. Het kan niet anders. W a n t immers, zoolang de geschiedenis nog loopt, heeft ook ons denken het pad vrij, maar bij het punt waar de geschiedenis begon, en evenzoo bij het punt, waar ze eens eindigt, stuit het. Daar vindt het" voor zich en achter zich een peilloozen afgrond, waarover geen sprong te wagen, veel min een brug te spannen is, en daarom moet het dat begin, en moet het dat einde, tot wat prijs ook, wegcijferen. I God en de wereld, ze kunnen voor den pantheïst niet als twee eigen substantiën bestaan.

Doch ik begrijp, wat g e mij zult tegenwerpen. Immers gij • zult mij herinneren aan wat ik straks zelf beleed, dat namelijk in \ de hoogere wetenschappelijke kringen thans een gansch andere ïwind waait; dat in die betere kringen, mét het Materialisme, öok het Pantheïsme reeds lang ter deure is uitgewezen; en dat men, zijn non liquet over den oorsprong, den grond en het doel der dingen openhartig uitsprekend, er zich tevreden meê stelt, om de verschijnselen der natuurlijke en der 2

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 20 oktober 1892

Rectorale redes | 104 Pagina's

De verflauwing der grenzen - pagina 19

Bekijk de hele uitgave van donderdag 20 oktober 1892

Rectorale redes | 104 Pagina's