GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Verdienste of genade? - pagina 70

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Verdienste of genade? - pagina 70

Rede ter gelegenheid van de achtenzeventigste herdenking van de stichting der Vrije Universiteit

3 minuten leestijd Arcering uitzetten

tratie te zien kregen, en dat met name in de Mariologie het terrein van het R. K. dogma mag vi^orden gezien, waarop nog alles in beweging is, een beweging, die eerst na 1854 en thans na 1950 onder leiding van het pauselijk leergezag ten zeerste werd gestimuleerd^^®). — Wie zich verdiept in de Mariologisohe ontwikkeling, met name van de laatste tijd, zal moeilijk kunnen ontkennen, dat zowel in de officiële als de niet-officiële uitlatingen onmiskenbaar duidelijk wordt, dat de zin der Mariologie ten nauwste samenhangt met de problemen, die thans onze aandacht hebben. Niet alleen treft men allerwege analyses aan van de „verdiensten" van Maria, die met de complexiteit van het verdienste-begrip samenhangen (meritur de oongruo of de condigno*^**)), maar vooral ook de discussie over Maria ^ als „corredemptrix" wijst dit verband duidelijk aan. Wil men in de Maria-verering niet komen tot een afgodische verering, die Maria verheft boven de grenzen der creatuurHjkheid en haar veelmeer met Thomas en Bemiiard zien als „pura creatura" ^'^), het blijkt duidelijk, dat daarmee niet een concessie is bedoeld, maar iets essentieels. Het gaat juist om een visie op — zoals Friethoff het uitdrukt — Maria als „ge-

^^) We herinneren aan Leo XIII, „Octobri Mense" (1892) en „Magnae Dei matris" (1892); Pius X met de veelbesproken encycliek: „Ad diem ülum," 1904; voorts uiteraard „Mystici Corporis Christi" (1943), „Munificentissimus Deus" van 1950 en nadien: „Fulgens Corona" van 1953 en de encycliek „Ad caeli reginam" (Katholiek Archief, 9e jrg. 1954, pag. 945 v.). Behalve deze encyclieken vindt men nog vele pauselijke toespraken in het Katholiek Archief, bv. 9e jrg., 1954 (Maria-jaar 1953—1954) met de toespraak van de paus tot de Italiaanse katholieke actie (pag. 2 v.) en het gebed van het Maria-jaar (Maria als overwinnares van zonde en dood); voorts de radio-boodschap van Pius XII tot het Maria-congres van Canada (Kath. Arch. 9e jrg., pag. 821 v.). Zie tenslotte het belangrijke overzicht (Kath. Arch., 9e jrg., pag. 10—27) van C. Strater over de huidige Mariologische literatuur. ^'') A. MüUer, Fragen imd Aussichten der heutigen Mariologie. In: Fragen der Theologie heute, 1957, pag. 77 v. Zie ook de onderscheiding in de ene. „Ad diem fllum" van Pius X (Denz. 1978a). 22T) Vgl. reeds K. Barth, K. D. I, 2, 157 v. en over Bemhard („pura humanitas") vgl. Miegge a. art. 570. Men kan in dit verband ook begrijpen, wat Barth bedoelt, vs^anneer hij in het voorwoord op K. D. IV, 2, 1955 (pag. VI) schrijft: „Man könnte den Inhalt dieses Buches wohl als den Versuch einer evangelischen Beantwortung des (alten und neuen) Mariendogmas verstehen."

68

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van maandag 20 oktober 1958

Rectorale redes | 92 Pagina's

Verdienste of genade? - pagina 70

Bekijk de hele uitgave van maandag 20 oktober 1958

Rectorale redes | 92 Pagina's