Klein-goed.

Drukfouten.

In ons eerst© artikel over d© Acta Synodi veroorloofden wij ons een klein© opmerking over 3© minder nauwkeurig© coiT©cti©. Naar aanleiding hiervan schreef ons een oud© tooeder van .78 jaai-, „die tot d© jongeren behoort", dat ei-ook vel© fouten staan in de finaatieele verantwoordingen., b.v. op bl. 151, 161, 176 en 253. Voorbeelden noemde hij niet op ©n daarom namen wij d© moeite op bl. 151 eens d© optellingen na te zien.

En ja waarlijik, wij ontdekten in de zes optellingen drie fouten; de eerste, derde en zesde zijn goed'. Maar in d© tweede moet 16619.72V2 zijn 16599.72V2, wat een verschil maait van' ongeveer f20. In d© vierde opteiIlin@ staat 14705.66, wat moet zijn 14308.151/2, wat ©en verschil geeft van f400. En in de vijfde op'teiling lezen wij' 16619.72V2, wat be^ hoort te zijh 17067.221/2, w^at eveneens een verschil maakt van .ongeveer f400.

Natuurlijk twijfelen wij er niet aan, dat de boeken van den peimingm'eester in orde zijn, en 'dus zal de schuld wel liggen bij een te haasti'ge correctie. .f^^É^PSS^^ 111 rnaar öök dit behoort niet voor te kómen; dekerken weten nu niet waaraan zij zich te houden hebben.

De .andere opgegeven bladzijden hebben wij niet kminen controleeren; wie er tijd en lust toe heeft, do© het zelf. Wenschelijfc achten wij, dat van „officieel©" zijde het noodige licht ontstoken worde.

Zendingsstudie raad.

De Z. S. R. iis met ©enige ledien uitgebreid; voorzitter bleef L. J. van Wijk, secr. van het N©d. Bijbelgen, t© Amsterdam; vice-voorz. ds. J. Krüger te Maarssen; Ie secr. de heer "J. W. Gimning te üti-echt en 2e secr.-penn. ds. H. D'. J. Boisseivain; adjunct-secr. (tevens secr.-peim. voor de Conferenties) F. A. Baron van Lynden te Utrecht; als vrouwelijk lid nam in het Dagelijksch Bestuur zitting Jonkvrouw© H. B. de la Bassecour Caan te • Den Haag. Met deze genoemd© personen vorm'en nu de volgend© heeren mede den Raad: G-Baas', secr. van den Chr. Besturenbond te Amsterdam, dr. H. Kaajan te Utrecht, ds. Th. Scharten, Luüi. pred. te Gouda en A. J. C. van Seters, diïecteur van den boekhandel voor In-en Uitwendige Zending. Vogels alzoo van divers© pluimage, maar 'die in hetzelfde werk hetzelfde doel beoogen. Het is een waldaad Gods, dat bijl het vele', dat verideeH^ er in den arbed'd der zending tenminste samenwerking miogeiHjk is.

Een teeken des tijds is het vrouwelijk lid, en liiet minder d© „a.rbéidel'sciandidaat"; nu, het zou m'oeilijk gevallen zijn een betere keuze te doen. Freule Caan h©eft , op het gebied der zending reeds lang haar sporen verdient; van haar hand verschenen verschÜlenide zendingsboekjes, en talrijke jaren heeft zij de Neded. Zendingsbode geredigeerd. En de heer Baas, die met den heer, Smeenk op de conferenties te Lunteren in den afgeloopen zomer spïalc over de mogelijkhieid • van het opvoeden der arbèiderswereld in het werk der zeri'ding, heeft toen bewezen een der zak© kundig man te zijn; het is t© begrijpen, dat hij gevraagiS werd in den Z. S. R. zitting te nemen, ook al, omdat de heer Smeenk teveel bezet is.

Door een verandering in de organisati-e kunnen allerliandé vepeenigingen, commissies en andere organisaties, zich bij' 'den Z. S. R. aansluiten, en tevens ©en lid als afgevaardigde in den Z. S. R. benoemien. De bedoeling is tot een organische vruchtbare samenwerking inzake de zendingS'Opvoed'ing , t© komen met all© lichameai, di© o> p de een© of andere wijze ter hevordering van het zendingsleven in Nederland werkzaam zijn. Samenwe'rking zij dus de leus. Vereenigingen, die in de zending ai-bei'deai, zullen goed doen, inlichtingen te vragen bij den secr., den heer J. W. Gunning, Domplein , 25, Utrecht, en de vraag om aan te sluiten dan erns'tig ondier de oogen te zien. Eendracht maakt ook hier macht.

Zomer-conferenties.

Als een noodzakelijk gevolg van de benoeming van een „arbeider" in den Z. S. R. komt er ook verandering, of liever uitbreiding in de conferenties voor Zendingsstudi© t© Lunderen. De drie gewone conferenties Wijven, maar het ligt in de bedoeling in de maand Juni ©an apart© conferentie te houden voor afgevaardigden uit_ aïbieidefskringen, 'ter bespreking allerteerst yan de bevordering van het zendmgsleven in die kringen, en bovenidien van de acti© op de zendingsvelden zelf in verband met de opkomende sociale bewegingen aldaar.

Men zou bez^vaar kunnen maken tegen deze methode. Als er nu ©erst afzonderlijke conferenties voor d© arbéiderskringen worden ingericht, wat zou dan beletton straks ook afzonderlijk© öonferenlies te gaan houden voor onderwijzers, voor kantoorbedienden, voor den middenstand enz. En zulk een specificeering kan moeilijk gewenscht worden geacht; in het werk der zending werken allen met eikander, en vooral het standen ver schil moeten wij hier niet doorvoeren.

Toch schijnt o.i. zulk een bezwaar ernstiger daii het in werkelijifcheid is, tenminste in dit geval. Er is ond©r da arbeiders over het algemeen te •weinig, - veel te weinig gelegenheid geweest zich met de ziending bezig te houden, en zoo getuigt het van \^ijsh©id .'jieze kringen ©erst op' peil te brengen. Maar bovemdien, men kan het goed vinden of niet, d© axbeiderswereld is veelszins een wereld op zichzelf, en het werken in die kringen vraagt eigen meithodes; dat hiei'over O'p a.fzonderlij'k© conferenties gehanideld wordt, kunnen wij dan ook niet afkeuren. En om niet meer te noemen, er zijh bewegingen 'in d© axbeiderskringen op het zendiiigsveld, di© natuurlijk bijzonder onze arbeiders zullen inteT©sse©ren, en dit is een.reden-te meer, om hen met name hiervan op d© hoogte te brengen.

Wij zouden het ev«Lwel betreuren, indien de arbeiders-conferenties ten ge'Volge zouden hebben, dat deze elementen van de gewone conferenties weg hte'ven. 'Gelijk' er jafzond©rlijke predikanten-conferenties zij'n, terwijl d© predikanten .toch ook aan de gewon© conferenties deelnemen, zO'O wenschen wij het ook voor O'uz© arbeiders. De ondersoheiding ttisschen hen eai ander© m©nschen mag niet tot scheiding, en zeker niet tot t©genstelling leiden.

De Onderwijzers.

Er heeft zicli ©en „Onderwijzers-zendings-commissie" gevormd. Hiet cloel is zendingsbelangstelling - kennis en - liefde onder en door de onderwijzers te bevorderen. De oaiderwijzers z; ull©n door deze commissie worden opgewekt de conferenties te Lunteren te bezoeken, en op de onderwiizersvergaderingen ook ziandingsonderwerpen te behandelen. Tevens stelt de oommissie zich beschikbaar 'tol het geven van inlichtingen en verspreiden van "be-richten. Voorzitter is de heer Joh. Meerwaldi te Utrecht, Poortsü-aatt 20, secr. de heer G. Sleutel te loeiden, Garenmarkt 19.

Deze commissie zal nuttig werk kunnen doen, en wij juichen haar oprichting toe. Het zal echter wel gewettu'scht zijn, dat deze commissie zich in verbinding stelle met de commissies, door de onderwijzersvei'eenigingen zelf ingesteld, opdat er eenheid zij in geidragslijn.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen