GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Evangelisatie door tiet lied.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Evangelisatie door tiet lied.

21 minuten leestijd Arcering uitzetten

En dan is er ook nog iets anders. Dan moeten we niet alleen zorgen voor goede krachten, die zingend het Evangelie brengen. Maar dan moet ook gezorgd worden, dat het goede Evangelie wordt gebracht. Dat de weg der zaligheid niet verkeerd wordt voorgesteld. Daarvoor waken we in het spreken van het woord. We zorgen steeds, dat het Evangehe wordt gebracht, wel in allen eenvoud en zoo aanlokkelijk mogelijk, den rijkdom van de genade aanprijzend aan die ver van God leven en zonder hoop; maar toch zóó dat het zuiver en juist Gods vredegedachten aan elk zondaar weergeeft. Om een voorbeeld te geven; we spreken denk ik niet bij voorkeur over de praedestinatie, meer over de noodiging tot geloof en bekee-, ring. Maar we stellen evenmin het zoo voor, dat de verkiezing geloochend wordt. Rechte lijnen te trekken is voor ons gebiedende eisch. En voor hen, aan wie het Evangelie wordt gebracht, is het geen schade en beteekent het geen vermindering van de kansen om zalig te worden. Integendeel, het echte Evangelie, dat is het Evangelie Gods, zonder verslapping en vervaging in al zijn teederheid gepredikt, dat is voor den zondaar behoud. Wij behoeven God in zijn gena'de-aanbieding niet te corrigeeren.

Voor den arbeid der Evangelisatie is het lied van groote beteekenis. Voor kort zei bij de opening van een Tentcampagne iemand: , , We willen veel zingen nu in de Tent. Er is en wordt veel gesproken en gepreekt, we willen het in deze campagne veel doen door het lied". Ik geloof, dat er in de woorden en in de argumentatie van dien spreker een niet onbelangrijk waarheidselement lag. Het lied heeft in den arbeid der Evangelisatie geweldigen invloed. Misscl.uen soms meer dan het gesproken woord.

Wij kunnen ons dat misschien niet al te goed voorstellen, gewoon als wij zijn aan het luisteren naar preek en referaat. Samenkomst is voor ons: spreken ter eener-en luisteren ter anderer zijde. Iets anders is ons niet denkbaar. Maar als wij deze methode overdragen op het terrein der Evangelisatie, moeten we ons toch goed bedenken. Dan zullen we ons in het sprekeii misschien eens wat moeten corrigeereii over den duur en den vorm van de toespraak. En ik geloof, dat we meer dan misschien wel eens geschiedt plaats zullen moeten inruimen aan het lied.

Het lied is immers een niet te onderschatten macht in eiken, ook in dezen arbeid. Het wordt gemakkelijker in het geheugen bewaard door zijn maat en rijm dan het in niet gebonden stijl gezegde woord. En het wordt gaarne beluisterd als het gezongen wordt. Ik heb vaak bij Evangelisatiesamenkomsten gezien, dat er menschen op het zingen van een lied afkwamen en bleven zoolang het gezongen werd, maar heengingen, wanneer het lied was uitgezongen en de spreker zou beginnen; hetwelk wel eenigszins geschikt was, tot verootmoediging te strekken van dien genoemden spreker.

Maar dan moeten we ons meer dan tot heden misschien geschiedt, werpen op het lied. We moeten aanstonds annexeeren elk geoorloofd middel, dat blijkt geschikt te zijn voor den arbeid in het Koninkrijk Gods. En wat wij doen, moet zoo goed mogelijk zijn. Het slechte is voor den arbeid des Hoeren altijd te slecht. En het beste is niet te goed. Dan moeten we hebben goede zangers en zangeressen, opdat he'. Evangelisatie-zangkoor een genot worde om er naar te luisteren. De menschen moeten er naar komen luisteren, gedwongen door : de bekoring van het lied.

Gelijk gezegd, zoo doen we het steeds in het spreken van het woord Maar zoo moet het ook geschieden in het zingen van liet lied. Het door ons gezongen lied mag geen ander Evangelie brengen dan naar het Woord des Heeren het Evangelie moet zijn. En of er steeds alleen en uitsluitend zoo gezongen wordt, waag ik te betwijfelen. Er is door de hier te lande bestaande zangbundels gelegenheid althans, het anders te doen. Of het ook metterdaad geschiedt, kan ik niet beoordeelen. Wel weet ik het van hier en daar.

In verband daarmee wil ik aanstonds met een verzoek komen. Ik zou zeer gaarne van zooveel mogelijke Evangelisatie-commissies van welken aard ook en wat naam ze ook dragen, als het maar Gereformeerde organisaties zijn, eens weten, welke zangbundels worden gebruikt bij hun samenkomsten, gezongen door het publiek of door koor of solisten. Nu vlei ik me niet, van alle organisaties in ons land zulk een opgave te zullen ontvangen. Misschien zullen niet vele secretarissen dit schrijven lezen. Maar de lezers kunnen me wel helpen, als ze even de moeite nemen, er te hunner plaatse het bestuur der Evangelisatie-commissie opmerkzaam op te maken en mijn verzoek over te brengen. Opgave van den bundel is voldoende. Ook wanneer er uitsluitend of alleen Psalmen worden gezongen, zal ik dit gaarne weten. Men geve dus op, welke biaidel, en voorts; weinig, veel, of alleen Psalmen.

Er is gelegenheid, in het lied in de Evangelisatiesamenkomst het Evangelie onjuist weer te geven. En daarin schuilt een groot gevaar. Meer nog, dan wanneer die zelfde dwaling gezegd wordt in de toespraak. Het woord, in proza gesproken, vervluchtigt sneller. Maar zooals boven gezegd, het lied blijft in het geheugen. Het wordt van buiten geleerd. En zoo blijft het vaak heel het leven bewaard. Het zet een kort begrip van het Evangelie in het hoofd. Zoo kan het jaren lang, en jaren nadat het gehoord werd nog'troosten met het Evaiigelie. Wie kent niet de verzeil en liederen, vroeger jaren geleerd, als erfstukken meegenomen in het leven, die in bange dagen sterkten en opbeurden en den weg wezen, waarlangs men zalig worden moet en kan?

Wie dan echter liederen meenam, waarin een Evangelie werd gebracht, niet naar het Woord des Heeren, zou zich vasthouden aan een verkeerd Evangelie. En wie zulke liederen aan van het Evangelie vervreemden voorzingt, maakt zich schuldig aan die zielen, die daardoor op een dwaalspoor worden geleid; en schuldig aan God zelf, wiens Evangelie werd verdraaid. We hebben niet het recht, ook maar iets te veranderen in het Evangeliewoord der Heilige Schrift: „Indien iemand tot deze dingen toedoet. God zal over hem toedoen de plagen, die in dit boek geschreven zijn".

In het lied der Evangelisatie is een groote wacht. Maar des te meer moet worden gewaakt, dat van deze macht geen misbruik wordt gemaakt. Wat een macht is ten goede, kan hel ook ten kwade zijn.

Daarom wilde ik wijzen op liederen, waarvan wij ons niet mogen bedienen, omdat ze het Evangelie niet zuiver weergeven naar Gods Woord, ook al hebben de schrijvers het nog zoo goed bedoeld.

Het lied is voor den arbeid der Evangelisatie van groote, niet altijd besefte beteekenis. Het draagt het woord der verzoening in liet besef van vele hoorders in op zulk een wijze, dat het gemakkelijk wordt vastgelegd in het geheugen en daar licht een plaats blijft behouden. Maar daarom is het bij het in dezen arbeid gezongen lied vooral niet minder dan bij het gesproken woord onafwijsbare eisch, dat het het Evangelie zuiver predikt, naar den eisch en naar de openbaring van Gods Woord.

Reeds hierboven wees ik er op, dat dit niet altijd geschiedt. Er zijn onder ons ook liederenbundels, waarin een verkeerde voorstelling van het Evangelie wordt gegeven. Onder anderen is dit het geval met den bekenden bundel van Joh. de Heer. Dat ik juist dien bundel kies om daaruit verschillende voorbeelden aan te halen, is, omdat dit boek in vele gezinnen wordt gebruikt. Het staat in tal van Gereformeerde gezinnen op het orgel. En het wordt in Evangelisatie-samenkomsten ten onzent ook wel gebruikt. Niet zoozeer de groote bundel met muziek als wel het kleine handige boekje zonder muziek. Misschien hebben velen het lang gebruikt zonder op de dwalingen, die dat boekje zingend verspreidt en helpt verspreiden, ooit te hebben gelet.

Laat ik nu aanstonds opmerken, dat de bundel vele zeer goede liederen bevat, die mét genoegen kunnen worden gebruikt en die tot recht Christelijke stichting dienen. Vandaar, dat hij „erin" is gegaan. En het doel, waarmee De Heer den bundel gegeven heeft, is niet anders dan toe te juichen: de wensch, dat God dezen zangbundel stelle tot een uitgebreiden zegen voor ons dierbaar land en volk. Soli Deo Gloria.

Maar met alle goede bedoelingen en Christelijken ijver kan iemand, die het nóg zoo goed meent en vol ijver is voor de zaak des Heeren, toch dwalen. Beide dingen neem ik aan van De Heer. Zoowel zijn liefde voor de zaak des Heeren als ook het feit, dat hij in verschillende stukken dwaalt. Van beide legt zijn bundel overvloedig getuigenis af. Met het eerste heb ik me nu niet bizonder bezig te houden. Maar op dat laatste wil ik nu even den nadruk leggen. Want dat kan uit zijn boek als een niet tegen te spreken feit worden geconstateerd.

In zijn bundel wordt in tal van liederen de leer der algemeene verzoening geleerd. Daaronder verstaan we niet de leer, dat alle menschen zalig worden metterdaad. Neen, velen gaan ook volgens de voorstanders dezer leer verloren voor eeuwig. Maar dat ligt alleen aan hun eigen wilsbeslissing. God gaf voor alle menschen Zijn Zoon. En Christus heeft voor allen zich geofferd; voor alle menschen zonder uitzondering hoofd voor hoofd. Door Zijn offer heeft Hij de zonden van alle menschen verzoend. Nu mag aan alle menschen worden gepredikt, dat Christus„yoqr.hen geleden heeft, dat hun schuld is verzoend, en dat ze nu alleen maar behoeven aan te nemen het voor hen gebrachte offer. Die dat doet, wordt zalig. Die het niet doet, gaat verloren, ondanks het feit, dat Christus ook voor hem gestorven is. Zoo is de leer der algemeene verzoening.

Het behoeft niet te worden gezegd, dat deze leer niet in overeenstemming is met Gods Woord. De Schrift leert, dat Christus alleen voor de zijnen is gestorven, en dat allen, voor wie Hij zich ten offer gaf, ook metterdaad zalig worden. Hü verwierf geen mogelijkheid slechts, maar de feitelijke zaligheid. De leer der algemeene verzoening is op een zeer kardinaal punt geheel en al in strijd met wat de Schrift over den aard van het verzoeningswerk van den Zaligmaker leert. Verder kan hier uit den aard der zaak niet op het karakter en het belang van dit stuk worden ingegaan. Na het even te hebben aangeduid keer ik tot mijn uitgangspunt terug: deze algemeene verzoening-, een leer, die ongeveer door allen, behalve de belijders der Geferormeerde Religie, wordt voorgestaan, wordt ook gepropageerd in den bundel van Joh. de Heer. Zooals ik zeide, niet op een enkele plaats, zoodat men zou kunnen meenen, dat zulk een lied er per abuis in was verdwaald geraakt; dat kan ieder overkomen. Neen, in een groote reeks van liederen wordt in dezen bundel de leer der algemeene - verzoening gepredikt.

Laat ik ten bewijze daarvan enkele voorbeelden aanhalen, die door vele andere gemakkelijk zouden zijn te vermeerderen.

' Vooreerst zijn er in dezen bundel liederen, waarin in het algemeen wordt gezegd, dat Christus voor allen stierf. Zoo in No. 146. — Dit lied is een noodiging tot zondaars, om te komen tot Jezus: Jezus roept, zondaars, o komt nu tot Hem. En dan zingt telkens het koor: „Jezus roept u, zondaars, komt nu; — Hij gaf zijn leven voor allen, dus is 't ook voor u".

In no. 192 vraagt iemand, of ook voor hem geldt de belofte, dat geen enkele zondaar door den Heere wordt ver-. worpen, wie hij ook zij. Op deze vraag wordt geheel terecht bevestigend'geantwoord. Ieder, die tot Hem komt, wordt door Hern aangenomen. Maar dat wordt nu weer geheel tegen de Schrift in afgeleid uit de veronderstelling, dat Christus voor allen heeft geleden. — Het koor zingt:

Ja, Jezus stierf voor ieder Op Golgotha; Zijn kruisdood bracht verlossing. Voor elk gena.

Daaruit, dat Christus voor alle menschen zonder uitzondering stierf, volgt nu ook, dat Hij stierf „voor u". Zoo zingt men in No. 72:

Niet uw tranen, gebeden, bekeering, berouw, Maar zijn bloed wrocht verzoening voor u.

En het koor zingt:

O, waarom droeg dan Jezus de zond' en den smaad. Als uw schuld niet op Hem werd gelaan? O waarom heeft het bloed Vit zijn zijde gevloeid. Als uw schuld niet door Hein werd voldaan?

Evenzoo wordt in No. 128 gezegd tot den zondaar:

Vlied, o zondaar, o vlied nu, Daar is plaats bij 't kruis; Jezus gaf zich ook voor u. Daar is plaats biJ 't kruis. Levensstroomen uit zijn zij Vloeien steeds voor u en mij; Rtjk of arm, komt allen vrij, Daar is plaats bij 't kruis.

Hetzelfde Evangelie wordt hem gebracht in No. 141, welk lied Christus invoert, sprekend tot den zondaar, aan wiens deur Hij staat te kloppen:

'k Verliet voor u miJn heerlijkheid En werd hier in een stal geboren. Mijn leven gaf Ik aan het kruis, 'fc Heb daar uw zonde en schuld gedragen. 'k Verwon voor u den dood in 't graf En keerde weder tot den Vader.

In No. 207 zingt een groep verlosten van het heil, door Christus hun bereid. Daarna wenden zij zich zingende tot iemand, die nog buiten dat heil van Christus staat:

Mijn vriend, die in dit leven Uw Heiland nog niet vondt, Hij wil ook u dit geven. Ook u maakt Hij gezond. Voor u is Hij gestorven. Voor u leed Hij aan 't kruis. Voor u heeft Htj verworven Een plaats in 't Vaderhuis.

Hieruit, dat Christus voor allen gestorven is, dus ook voor elk zondaar hoofd voor hoofd, dus ook voor elk, tot wien men spreekt, om het even, wie hij zijn mag en of hij al dan niet gelooft, ja, al zou hij ook een heiden zijn of een Turk — hieruit volgt nu ook, hoe men zich heeft te stellen ten opzichte van dat voor allen gebrachte offer. Deze leer der algemeene verzoening heeft natuurlijk een practische toepassing. Ze is niet bloot verstandswerk, niet enkel theorie. Neen, ze is veeleer door en door practisch. Juist met het oog op de practijk is ze zoozeer geliefd. Om den zondaar een Evangelie te kunnen aanbieden, gemakkelijker en aangenamer dan. de leer der bizondere, voldoening.

Deze practische toepassing is eenvoudig: neem slechts aan, wat Christus ook voor u immers heeft verworven en wat nu op u ligt te wachten, of ge het ook aan zult nemen. Ge behoeft niet eerSt te bidden meer om verzoening en vergeving. Neen, die is er, en ze is ook uw deel. Ge behoeft alleen te komen om te nemen. Zooals voor eenigen tijd een van de predikers dezer leer schreef: We behoeven niet meer om zondenvergeving te bidden, maar er alleen voor te danken.

317 En ook in den bundel van Joh. Ae Heer wordt deze practische toepassing overvloedig gemaakt.

'Reeds werd boven betoogd, dat de zangbundel van Joh. de Heer zich stelt op het standpunt der algemeene verzoening. Christus stierf voor alle menschen zonder eenige uitzondering en maakte het doordoor voor allen mogelijk, zalig te worden. De practische toepassing daarvan is nu, dat men niet meer behoeft te bidden om vergeving, maar er alleen voor behoeft te danken. Het heil van Christus ligt reeds te wachten, en men behoeft het alleen nog maar aan te nemen.

Zoo leert het ook de bundel van De Heer. Weer wil ik ook daarvan enkele bewijzen aanhalen.

In No. 72 heet het, nadat deze leer is verkondigd:

Werp op Hem dan 't gewicht van uw zonde en schuld, Vlied tot Jezus o zondaar vlied nu. Neem nu aan in 't geloof en met vreugde het heil, Neem het leven, dat Jezus u geeft.

Reeds werd gewezen op No. 128, een overbekend lied: Daar is plaaia biJ 't kruis. Ook daar is door het geheele lied heen de toepassing de noodiging tot den zondaar:

Stroomen van gena en vree Vloeien uit Gods liefdezee; Zondaar, komt, brengt and'ren mee, Daar is plaats bij 't kruis.

Om een eind over te springen, ook in No. 474 wordt hetzelfde gezegd tot „verloor'nen, afgedwaalden":

Dreigen u uw kwaad geweten En Gods wet met vloek en straf. Ga tot Hem, die tot uw redding Aan het kruis ZiJn leven gaf.

In No. 489 wordt het aldus gezegd tot den zondaar door Christus, die daar sprekend wordt ingevoerd:

Al uw zonden heb 'k gedragen Aan het kruis op Golgotha; 't Was voor u, dat 'k werd geslagen; Al Mijn leed was uw gena.

En dan komt de toepassing:

O, versmaad toch niet Mijn bloed, Neem 't geloovig aan; Zijn uw zonden als scharlaken, 'k Wil u een nieuw "schepsel maken, Neem mijn bloed geloovig aan.

In No. 542 worden den zondaar verschillende vragen voorgelegd, of liever, worden verschillende behoeften hem herinnerd, die zijn hart toch eigenlijk heeft, en waarvan in Christus do vervulling is:

Wilt gij van zonde en schuld zijn verlost? Wilt gij verlost zijn en witter dan sneeuw? Wilt gij de macht van den booze ontvliên? Wilt gij den Heiland in glorie eens zien?

En op het bevestigend antwoord wordt de weg gewezen om dat alles te bekomen:

Komt dan tot Jezus, Hij stierf ook voor u Daar is kracht in het Bloed! Hoort naar Zijn Woord en gelooft in Hem nu, Daar is kracht in het Bloed van het Lam!

Om nog één te noemen; in No. 620 wordt gezegd tot zondaars, die reeds lang den Heiland hebben weerstaan:

Wil toch niet langer moedeloos dwalen; Jezus, HIJ roept u nu! O, laat u door Zijn liefde bestralen. Geef Hem uw harte nu. Kom, zoo ge zijt, Jezus heeft ook u plaats bereid.

Dat is echter slechts één zijde van de toepassing van de leer der algemeene verzoening. Ze heeft nog een andere, een keerzijde. Dat Christus voor allen stierf, beteekent niet, dat nu ook allen zalig worden metterdaad. Neen, slechts een mogelijkheid verwierf Hij door zijn offer. Aller schuld is nu geboet. Nu moet echter de zondaar van zijn zijde ook iets doen. Hij moet nu komen en aannemen. En als hij dat doet, dan wórdt hij ook werkelijk zalig. Of hij zalig wordt, hangt daarvan af, of hij nu ook komt. Maar wanneer nu die zondaar niet komt, dan gaat hij voor eeuwig verloren, ondanks het feit, dat Christus voor hem gestorven is en al zijn zonden heeft weggenomen aan het kruis.

Ook deze consequentie van de leer der algemeene verzoening wordt in den bimdel van Joh. de Heer aanvaard. Ook deze toepassing wordt erin gemaakt.

In No. 233 komt een wijziging voor van het bekende lied: „Waarheen pelgrims, waarheen gaat gij"? Maar die wijziging is geheel en al van karakter anders dan het lied zelf. Het is nu een vraag aan zondaars buiten Christus, waarheen ze reizen op hun tocht naar de eeuwigheid. En dan komt de vermaning:

Wilt niet langer doelloos dwalen. Wentelt uwen weg op Hem; Jezus stierf voor uwe zonden, Jezus roept u, hoort zijn stem. Dan zult gij met ons Hem prijzen. Hem uw eer en dank bewijzen, In het nieuw Jeruzalem.

Als men dus hoort naar de stem van Jezus, dan zal men in het nieuw Jeruzalem binnengaan om Hem eeuwig te loven en te prijzen. Dan alleen. Anders gaat men nog verloren.

Zoo leest men het in No. 511. Eerst wordt daar de boodschap aan deii zondaar gebracht, dat Jezus voor hem stierf. Dan komt de vermaning, het hart aan Hem te geven. Nog is het tijd, niaar misschien is het spoedig te laat:

'tis nog niet te laat voor u, Halleluja! Kom, kies den Heiland, kameraad. Geef uw hart aan Jezus nu, Halleluja! Stel niet uit, wellicht is 't straks te laat.

Nog duidelijker in No. 512. Daar wordt de vraag gesteld:

O, wat wilt gij doen met Jezus, Die 's Vaders troon verliet, En stierf om u te redden?

En daarna komt de waarschuwing:

Hij wacht uw antwoord nu. 't Is eeuwig dood of leven, De keuze ligt aan u.

In No. 583 worden Christenen vermaand, de reddingslijn uit te werpen naar zondaars. Jezus stierf voor hen. Maar als ze niet worden gegrepen, komen ze om:

Werpt nu de lijn uit, o, aarzelt toch niet. Wijl gij uw makkers in doodsgevaar ziet; Redt de verloor'nen, uw roeping is groot. Voor zij verzinken in d' eeuwigen dood.

Hiermee houd ik op. De lijst zou te lang worden. Niemand zal na lezing van al deze voorbeelden tot een andere conclusie kunnen komen dan die, waartoe ik gekomen ben: dat in den bundel van Joh. de Heer de dwaling der algemeene verzoening onomwonden wordt geleerd en gepropageerd. Niet in een enkel lied, dat per abuis er tusschendoor loopt. Neen, door geheel het boek heen. Het is dè leer van het boek.

Daarna kom ik dan tot m ij n toepassing In tal van gezinnen Avordt deze bundel gebruikt. Eveneens in vele samenkomsten ter Evangelisatie. Geen wonder. Het boek is niet duur. Er zijn twee uitgaven, met en zonder muziek. De eerste kan worden gebruikt in het gezin, de tweede in samenkomsten, waar men over een groot getal moet kunnen beschikken.

Daarbij komt, dat de wijzen voor een groot deel zeer bekend zijn. Het zijn oude en geliefde wijzen, soms met nieviwe woorden. En dan zijn soms de wijzen van oude en goede liederen, die niets verkeerds leeren, terwijl de nieuwe liederen, die op die oude wijzen gezongen worden, juist de dwaling leeren. Maar doordat het oude lied zoo isekend is en vroeger in huis reeds werd gezongen, ziet iemand des te gemakkelijker de dwaling in het nieuwe of gewijzigde lied over het hoofd.

Maar daarom is het tijd, dat ons volk weet, wat het standpunt is, dat in dezen overbekenden bundel wordt ingenomen, het standpunt der algemeene verzoening. Dan kan men daarnaar zich richten.

En als iemand dan vraagt naar mijn oordeel over het gebruik in gezin en samenkomst, dan kan mijn oordeel kort worden gezegd: De bundel van Joh. de Heer is niet te gebruiken als geheel. Wel staan er vele zeer goede liederen in, maar dat neemt niet weg, dat de bundel als geheel niet is te gebruiken.

Misschien vindt iemand dit oordeel wel eenigszins hard. Men kan toch heel een bundel niet wegwerpen, omdat er sommige dingen in staan, die niet geheel en al Gereformeerd zijn! En wellicht vraagt iemand, of die dwaling nu wel zoo erg is. Of het wel zoo erg is, dat de algemeene verzoening er in wordt geleerd.

Dat ga ik hier niet beredeneeren en bewijzen. De dwaling der algemeene verzoening tast inderdaad het werk van Christus op bedenkelijke wijze aan. Het wordt van zijn waarde beroofd. Aan Christus zelf wordt zijn eer ontnomen. En aan die tot Christus komen om genade, wordt het fundament hunner zekerheid ondergraven. Wie dat alles wil zien in zijn volle strekking, leze maar een of ander handboek der Gereformeerde Geloofsleer over dit punt.

Ik wilde alleen, na de dwaling te hebben aangetoond als een niet tegen te spreken feit, wijzen op haar bedenkelijke strekking. Geen Gereformeerde is het met haar eens. Daarom is voor een Gereformeerde het boek van De Heer als geheel onbruikbaar.

Laat ik daarbij aanstonds een andere opmerking maken. Er staan in het boek ook vele zeer goede liederen. Het is voor wat den kleinen bundel betreft goedkoop. Het is in vele kringen ingevoerd.

Tegen het gebruik van de vele goede liederen in het boek is natuurlijk niet het minste bezwaar. Maar men zij met het boek van De Heer voorzichtig. De algemeene verzoening mag niet worden geleerd, ook niet door haar zingend het publiek „op de lippen te leggen". Daarom lette men op, liederen als de door mij genoemde nooit te gebruiken, ook niet in het huisgezin.

Om hierbij den gebruikers van eenigen dienst te zijn, wil ik hier opgeven, welke nummers van den bundel van De Heer deze dwaling teeren. Die het boek heeft, kan die nummers merken, of dit lijstje er in leggen. Het zijn de Volgende:

2, 35, 38, 72, 97, 114, 128, 141, 146, 192, 207, 233, 241, 287, 329, 399, 429, 473, 474, 474a, 475, 485, 486, 489, 510, 511, 512, 541, 542, 579, 583, 620, 625, 631, 660; en uit de laatste liederen, de korte melodieën, de z.g. koren, de volgende:1, 48, 62, 74, 105, 118, 121, 143, 146, 149.

In den geheelen bundel dus 45 nummers. Ik wil niet beweren, dat in geen der andere nummers deze of andere dwalingen voorkomen. Zóó nauwkeurig heb ik het boek niet gecontroleerd. Maar al déze nummers zijn onbruikbaar en mogen dus niet worden gezongen.

Om terug te keeren tot mijn uitgangspunt: als we het Evangelie brengen aan verdoolden, moeten we hun brengen het Evangelie Gods, zooals de Heere het ons heeft geopenbaard. Elk ander Evangelie is niet naar Gods Woord, strekt niet tot heil van hen die we be-Evangeliseeren, en niet tot eere Gods.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 juli 1927

De Reformatie | 8 Pagina's

Evangelisatie door tiet lied.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 juli 1927

De Reformatie | 8 Pagina's