GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

PRESSCHOUW

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

PRESSCHOUW

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

Het feest van de Vrije Universiteit,

We willen deze week nog enkele persstemmen doen overdrukken omtrent het feest onzer Universiteit, dat, Gode zij dank, in heel den kring der Universiteit zoo groote bezieling heeft gewekt.

Uit een artikel van Prof. Honig in „De Bazuin", knippen we het volgende:

Van het begin tot het einde hebben we de luisterrijke plechtigheden bijgewoond en zijn wij met buitengewone vriendelijkheid en voorkomendheid bejegend. Gelijk ook zeer gewaardeerd werd, dat onze nestor, Prof. Lindeboom, die zoo hartelijk en zoo ernstig 'van zijne liefde voor de Vi-ij6 Universiteit getuigde, twee dagen tegenwoordig was en zelfs op zijn hoogen leeftijd een mooie toespraak hield. Fijn gevoeld was het Dinsdagmorgen van Dr Colijn, dat hij de beide grijsaards, Prof Lindeboom en Prof. Fabius, uitnoodigde naast elkaar voor op het podium plaats te nemen en dat hij de groote schare verzocht hun de bekende zegenbede toe te zingen. Verschillende broeders en zusters bleven ook na afloop dezer morgen-vergadering even staan, toen ze merkten, dat de heer en de altoos zoo minzame mevrouw Colijn Prof. Lindeboom met zachten dwang noopten in hun auto plaats te nemen, om met hen in hun hotel den koffiemaaltijd te gaan gebruiken.

En even verder zegt Prof. H.:

De voorbereiding van dit zeldzaam goed geslaagde Feest heeft van een niet gering aantal personen langdurige inspanning geëischt. De onderscheidene sprekers in de kerk, in het Concertgebouw en in de Koningszaal van Artis hebben zich beijverd om het beste te geven, wat ze geven konden. Het orgelspel en de zang waren schoon. De feestmaaltijd was schitterend, het diner op Woensdag goed en de beide ontvangavonden gezellig. In één woord, schier alles wat - menschen • konden doen, om aangenaam en ter ver-

heerlijking Gods feest te vieren, is metterdaat^ëoaanf

En toch, en toch zou op de duizenden dit feest niet zulk een machtigen en hartverheffenden indruk hebben gemaakt, wanneer de Heere niet zoo kennelijk met Zijnen Geest in het midden was geweest. De ootmoedige bede om Zijne nabijheid en gemeenschap, voor het vertrek uit eigen plaats der inwoning opgezonden en saam bij monde van den waardigen Ds van der Velden herhaald, heeft de Erbarmer, ondanks onze onwaardigheid, mildelijk verhoord.

Vandaar de stilte en de aandacht waarmee werd geluisterd! Vandaar de geestdrift, die niet uitgedoofd raakte, en die soms zoo geweldig zich baan brak, dat vele oogen vochtig werden, en het gedurig weer bij ontmoeting van vrienden was: Welke heerlijke dagen geeft de Heere ons!

In het begin van zijn artikel had Prof. H. er reeds op gewezen, dat wij altijd de bewaring Gods behoeven; Prof. Ridderbos is een oogenblik in gevaar geweest:

Toch werd ook nu weer gezien, hoe ons leven gedurig in gevaar verkeert. Toen mijn waarde ambtgenoot en zijne gade Maandagmorgen, vergezeld van hun gastheer en gastvrouw Dr en Mevr. Nederbragt, in Den Haag per auto naar het station reden, kwam de auto in botsing met' dë tram. En wel dermate, dat de auto niet meer bruikbaar was. Gelukkig bekwamen de inzittenden geen letsel. Met dank aan den Heere zij dit vermeld!

Voor welk een schaduw op het feest heeft de Heere ons genadiglijk behoed!

Het „Geref. Jongelingsblad" schreef in een driestar o.a.:

Er wacht ons nog tweeërlei taak.

De eene is: voortbouwen aan hetgeen bereikt is, opdat we straks de beschikking hebben over een volledig uitgegroeide universiteit met vijf faculteiten.

En de andere: ongerept bewaren, wat de ouderen ons hebben nagelaten.

Die taak rust ook op de opgroeiende jeugd. En daarom roepen we haar toe: Hebt Uw Universiteit lief! Gedenk haar in Uw gebed!

En tracht vooral steeds beter te verstaan, dat hetzelfde beginsel, dat ge voor Uw leven als richtsnoer aanvaardde, ook ten grondslag ligt aan haar bestaan.

Dan gevoelt ge de eenheid. En ge erkent den zegen. Dan vermeerdert de liefde.

Ds Rietberg oordeelde in „De Wachter" als volgt:

Met groot enthousiasme is het gouden jubileum van de Vrije Universiteit gevierd. Uit alle oorden van het land zijn de duizenden naar Amsterdam gereisd om daar aan dit gouden feest deel te nemen. En 'tis weer gebleken met hoe groote liefde velen de V. U. aanhangen.

Ongeveer f450.000 is als jubileum-gave voor de V. U. bijeengebracht. Wel een bewijs, dat ons volk het geven nog niet verleerd is en gaarne offers brengt voor een zaak, die de liefde heeft van het hart.

Ds Broekstra van Rijnsburg schrijft aan „een vriend in Zion" in de „Leidsche Kerkbode" o.m.:

Een prachtvergadering was ook de vergadering van Dinsdagmiddag. Ik denk, dat er zeer velen zijn, die deze vergadering nooit meer zullen vergeten. De indruk zal bij velen zoo groot geweest zijn, dat er geen poging moet worden gedaan deze te beschrijven. Het zou ver beneden de werkelijkheid blijven. De Heere heeft genade en eere aan onze Vrije Universiteit gegeven. Genade voorop, want dit was ook het schoone, dat telkens kon worden beluisterd: onze zonden klagen ons aan, wij hebben op dit feest ons ook diep te verootmoedigen voor onzen God.

En eere. Wie zou voor vijftig jaar hebben durven vermoeden, dat in 1930 van alle zijde, niet het minst van regeeringswege, zooveel hulde aan deze stichting zou worden bewezen. En is het niet kenmerkend, dat hij, die namens de regeering de felicitatie aan de Feestvierende aanbood, onze Minister-president het uitsprak: het verwijt van bekrompenheid, dat vroeger zoo vaak den Gereformeerden naar het hoofd is geworpen, is nu wel een bekrompen verwijt te noemen? Rake woorden en typeerend als we er op letten, dat zij van regeeringswege zijn uitgesproken.

De schoone feestdagen zijn weer voorbij en nu ligt de roeping des te sterker voor ons volk, om de Vrije Universiteit te vervolmaken. Want zij is nog lang niet wat ze wezen moet.

Inderdaad, het parool blijft: Voortvaren.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 7 november 1930

De Reformatie | 8 Pagina's

PRESSCHOUW

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 7 november 1930

De Reformatie | 8 Pagina's