GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

De zegen der gehoorzaamheid.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De zegen der gehoorzaamheid.

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

En ziet, er' was eene vrocfw, die tenew geest der krankheid' adittien faren lang gehad Had, ' en zij was samengebogen en fcoa zfcïi ganschelijknlet oprichten. En Jezus haar ziende, , riep' haar tot Zich, en zeide tot haar: rouw! gic zijt verlost van' uwe krankheid. En Hij leide' de handen op haar, en zij werd terstond weder' recht; , en •verheerlijkte God. Lctkas 13 : 11-13.'

Wat kan Gods Woord ons - veel zeggen in enkele •. woorden, en veel toonen in een paar verzen. Oofc de ontmoeting vanJezusende geheel kromgegroei de ; vrouw bewijst dat. Achttien jaren lang was dez©'; ongelukkige met ©en geest der krankheid bevangen. Het Evangelie blijft hier niet staan bij de jam-' merlijke gestalte dezer vrouw, maar dringt door; tot de oorzaak harer krankheid: den boozen geest van satan. Deze ziekte had haar totaal misvOirmd, zoodat haar houding méér die van ©en dier dan van. van een menseh was.. Het jarenlang voortwoekerend© ziekteproces maakte het haar volstrekt onmogelijk, zich ook maar eenigszins uit haar samenge^ bogenheid op te richten.

Ondanks al haar ellende en diepe hulpbehoevendheid, was zij op den sabbat in de synagoge. Hoe moeilijk viel 't haar ©r te komen! Inspanning kostte haar elke voetstap. Toch bevond zij zich op de plaats, waar de Heere Zijn volk, naar het gebod, samenriep.

't Was deze vrouw blijkbaar nog moeilijker daar weg te blijven dan er te koimen. Zij wenscht© geleerd te worden van 'sHeêren wegen. Wijl d© begeerte haars harten krachtig drong, achtte zijl haarlichamelijk lijden geen reden, nog minder ©en verontschuldiging om te verzuimen.

Hoopte zij misschien op genezing harer krankheid in dien weg? Veeleer is het te verwachten, , dat zij aan herstelling niet meer dacht. Wat achttien jaar haar al zwaarder gedrukt had, zou allicht wel onherstelbaar wezen. Zij had zich misschien reeds geschikt in de bange gedachte: dat zal wel zoo moeten blijven. Ondanks alles, vond zij haa, r weg naar de plaats, waar 'sHeeren dag geheiligd en wet en' profeten gelezen werden.

Hoe strekt deze vrouw tot beschaming en veroordeehng van zoo vele naar 't lichaam gezonde ©n sterke belijders, die altijd in de samenkomsten kónden wezen, doch heel gemakkelijk, onder't voorwenden van allerlei verontschuldigingen, thuis blijven.

Door haar geheel krom gegroeid lichaam was het voor die vrouw niet slechts moeilijk er te komen, maar Ook om er te wezen. Allicht zat zij alleen; althans wat achteraf. Want zij kon niet, gelijk de andere mensch& n, het hoofd en den Wik opheffen. To'ch was 't haar goed daar te zijn. En hoe heilzaam zou het haar worden, want zij be'i'ond er zich in de tegenwoordigheid des Heeren. H©t blijkt niet, dat zij zich tot Jezus heeft gewend of eenige hoop op Hem had. Maar zeker ruischte in haar ziel het oude lied: „Hoe liefelijk zijn 'Uwe woningen, o Heere der heirscharen!"

Zij die zoo licht en zoo vast in de samenkomsten hun plaats ledig laten, kennen daarvan niets, al hebben zij het misschien werktuigelijk dikwijls medegezongen, 't Ter kerk gaan is hun geen voorrecht; slechts een drukkende plicht. Als zij er zijn, biedt 't orgelspel en 't gezang hun eenige afleiding. Hoe korter de dienst duurt, hoe beter. Komen ze uit de „zwoele atmosfeer" weer buiten, dan hebben zij een gevoel van verlichting en van vrijheid!

Dezulken zijn naar de ziel zóó vreeselijk sam©ngebogen, dat zij zich ganschelijk niet tot de hoogere dingen kunnen opheffen: Wat een gedachte: zich te vervelen in de samenkomst, de plaats waar Q© woorden des levens worden verkondigd. En krachten des levens troostend en zegenend door de toepassende werking van den Heiligen Geest worden ervaren.

Zich te vervelen onder de prediking van hei Evangelie van Gods genade in Christus. De pen weigert haast deze schrikkelijke uitdrukking neer te schrijven. Geen wonder, dat zulke belijders het al wèl vinden, als zij in den morgendienst zijn geweest. In den namiddag of 's avonds ziet gij hen er nooit. Hun overtuiging is, dat het kerkgaan de zaligheid niet aanbrengt. Zij zijn niet Roomsch!

De kromgegroeide vrouw was in de synagoge. En nog eens, gelukkig, dat zij er was. Want de Heiland, de Groote Heelmeester, was daar óók. Kon zij Hem niet zien, als geheel weggescholen in de menigte, Jezus zag haar wèl! Ja, Hij riep haar tot zich. Met deze ontfermend© noodiging schonk Hiji haar ook kracht en vrijmoedigheid om door al de menschen, die haar anders misschien niet eens meer opmerkten, tot Jezus te gaan.

Daar khnkt het wöniderbare woord: „Vrouw! gij" zijt verlost van uw krankheid". Zij wist niet, wal zij' hoorde, Jezus zeide niet; Gij zult van uw krankheid veï'lost worden. Dat had menig menseh, v< É medelijden misschien, oofc wel eens wenschenderwijs tot haar gezegd. De Heiland kondigt haar een goddelijke daad aan: , ., Gij zijt verlost van: uw krankheid". Dit zeggende, , leide Hij de haaiden op haar, en terstond werd zij; weder recht. 'Zoo straks zagen all-en haar strompelend tot Jezus gaan. En nu staat zij voor aller oog' weder recht, vlak roor Jezus! Welk' een aangrijpend; tooneel moet dat z.gDi geweest!

Is deze arme I§deres een scltrikbeeld van de BBacM der zonde, zij; is ook ©en treffend exempel van den zegen, dien God schenken wil in den weg der gehoorzaamheid aan Zijn ordSnantiën. Wel Waarlijk heeft deze vrouw ondervonden: .

„Hij, die op U vertrouwt^, Uw wetten onderhoudt. Vindt daariii groeten looni."'

Indien bij de ontrouswe en nalatige-kerkgangers & slt maar ©enigszins het besef was; . MisBchi©n is de Heere daar, om ook-mij bij den naam, te jroepea en mij te zegenen met Zijn gunst en; genade; zip zouden althans niet zoo gemakkelijk en zeker niet zoo dikw^ls trouweloos • verzuimen, wat de Heer© uitdrukkelijk geboden beeft.

Dit aangrijpende tooDj& el uit het Ev-aiugelie doet ons zien, den zegen dter gehoorzaamhei-d. Laten wij, bet toch niet vergetai: Alléén in Godies wegen is Godes. zegen.

We kunnen en mögsn den zegeni des Heeren üi g: een anderen weg verwachten, dam waarin Ui^ het zei heeft verordineeïd, met den stailgen eisch: „Dit is: de weg, wandel in denzelven.."

J. P. TAZELAAR.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 15 juli 1932

De Reformatie | 8 Pagina's

De zegen der gehoorzaamheid.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 15 juli 1932

De Reformatie | 8 Pagina's