GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

LITERATUUR EN KUNST

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

LITERATUUR EN KUNST

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

Geen nieuwe weg.

Ina Boudier-Baicker: Aan den groeten weg. — P. N. van Kampen & Zoon, N.V., A'dam,

Door haar eerste, en voornaamste weTken, is Mevrouw Ina Boudier—Bakker een der beste vertegenwoordigsters geweest der realistische romankunst van de 80'er beweging. Haar beschrijvingskunst en psychologische analyse gaven een d'uidelijk beeld van de mensclien en hun beslommeringen, zooals zij die zag.

Natuurlijk zal elke roman een subjectief kaïrakter dragen, ondanks zijn episclien stijl, maar het realisme van het begin onzer eeuw, dat zoo gaarne zicli den schijn gaf van onbevooroordeelde beschouwing van menschen en dingen, was in het geheel niet, wat het scheen. Immers het bekeek de wereld wel degelijk vanuit een bepaald gezichtspunt, een levensbeschouwing, die voortsproot uit de philosophie van het eind der vorigie eeuw, en die zeer ongodsdienstig en pessimi^ tiscli was.

Het beeld van mensch en maatschappij dat voor ons oprijst uit die, nu bijna alle verouderde romans, is gespeend van alle idealisme. Sommigen beschreven met ijzige uitvoerigheid' het uitzichtlooze leven der maatschappelijk misdeelden, anderen met niet minder zwarte tinten de geestelijlce armoede der beter gesitueerden, die nog schrijnender is dan de materiëele.

De titel van een der bekendste oudere werl< ein van Ina Boudier—Bakker, „Armoede", past volkomen bij den inhoud van dien roman, waarmee zij zich aansloot bij de genoemde realisten. Nooit echter schreef zij stuitende tafereelen, steeds bewoog haar Icunst zich in hoogere kringen, maar de nasmaak was niet minder pessimistisch. De hoogere waarden, die zij haar personen meegaf, welvaart, intellect, kunstzinnigheid of liefde, vermochten geen kleur te geven aan het grauwe leven, zij konden hoogstens tijdelijk dat leven verfraaien, doch gaven geen uiteindelijke bevrijding. Integendee], het maakte de levenstragiek benauwender, daar zij niet in staat waren het wreedé

pessimisme t€ doorbreken en uitzicht te openen naar het licht.

Ook haar groote sociale roman „De klop op do deur", is van den zelfden geest doortrokken. Wel speelt de godsdienst daarin een rol, maai- liet religieuze element is zoo ^ zwak, zoo gebonden aan conventies, dat het geen voldoende tegenwicht kan vormen en eerder door zijn onvermogen liet pessimistische beeld verdiept, dan dat het bevrijding kan brengen.

De onverwachte wending tot den histoirischen roman, of liever het z.g. „vie romancée" van „Vrouw Jacob" bracht geen veranderden levenskijk. De diepe, zuiver vrouwelijke liefde van dto vorstin Jacoba, kon haar leven niet reddenl van tragischen ondergang. Het leek wel of geen enkele geestelijke kracht den mensch kon behoeden tegen zijn fatalistisch bepaalden levensloop. Het groote talent van de schrijfster zag nergens een idealistische uitkomst; zij wekte bewondering door haar scherpe psychologische waarneming, haair grootsche ontwerpen en haar 'rijk uitbeeldingsvermogen, maar liet toch een groote onbevredigdheid achter.

Met haar nieuwste boek gaat de schrijfster terug naar haar vroegere genre, den psychologischmaatschappelijken roman. Alleen is de opzet nieuwer, het gegeven is ontleend aan de verhouding van den mensch tot het moderne verkeer. „Aan den grooten weg" bespreekt een probleem, dat d© nieuwe verkeersweg opwerpt: het zich moeten aanpassen aan de eischen van den nieuwen tijd.

Het boek bevat de geschiedenis van twee huizen, hotel „De Leeuw" en pension „Welgelegen" met hun bewoners. De hotelier en zijn vrouw hebben een vervallen hotel weten op te werken, soms met niet al te kieskeurige middelen, tot een bloeieind bedrijf» in de schaduw waarvan het pension, onder leiding van een beminnelijke oude vrouw, zijn bestaan voortsleept. Voor beide wordt de nieuwe verkeefsweg, oan het dorp heengeleid, fataal. Zij kunnen zich niet handhaven tegenover de nieuwe zaken langs den grooten weg, omdat zij geen jonge krachten bezitten, die een nieuwe zaak kunnen oprichten. Een zoon van den hotelhoudeir, opgeleid in het buitenland, wil zich niet in liet materiëele leven storten, het meisje uit het pension is te jong als de kans schoon staat. Zoo zien we deze twee bedrijven, eertijds elkaars rivalen, ten ondergang neigen. Het moderne verkeer ver^ nielt iets moois in het sliltó dorp, ondanks den liartslochtelijken ijver en de liefdevolle verzorging van de eigenaars. De doodelijke aanrijding van den hotelier dool- een auto op den grooten weg, vlak voor het nieuwe restaurant van zijn vroegeren kellner, vervult de tragiek van het modcime leven.

Veel dramatischer dan het ondergaan der beide huizen, hoe geladen ook met weemoed over het verdwijnen van het rustieke leven, is de ontwikkeling der persoonsgeschiedenis. Lag reeds in de namen der beide huizen een zekere symboliek^ ook de nieuwe weg draagt een symbolisch karalcter. Eenerzijds is het een nuchter feit uit den modernen tijd, dat de groote verkeerswegen, de afgesneden dorpen in een verlammend isolement terugbrengen, maar anderzijds voert zoo'n reëelen weg ook het nienschenleven langs nieuwe banen. Men kan zich afwenden van het moderne leven en in zijn isolement een nieuw levensdoel vinden, maar men kan zich ook met volle ene'rgie ©en plaats zien te verovel-en aan dien weg om materiëele en geestelijke winsten zelfs te behalen.

De jongen uit het hotel, en het meisje uit heü pension, worden de dragers der nieuwe ideeën die de weg brengt. In hun leven kruisen zich de wegen. Zij, met een onuitblusschelijken levensdrift bezield, meent een tijdlang door een huwelijk met Johannes, het ideaal te kunnen verwezenlijken, een nieuw bestaan op te bouwen aan den grooten weg. Doch hij, de stille, menschlievende jongen, kan dat leven niet als levensdoel aanvaarden. Door haar vurige liefde en geweldigen levensdrang afgeschrikt, breekt hij zijn verhouding met haar, om zich te gaan wijden aan de verzorging van achterlijke kinderen. Hij kan zijn liefde niet aan een mensch, of een gezin bindeni, zij ©ischt grooter ruimte en verkiest misdeelde kinderen boven het gezonde meisje. In zijn isolement, aan een zijweg van den levensweg, vindt hij' rust en bevrediging, ver van alle materialistische stroomingen.

Het is merkwaardig, hoe idealistische jonge menschen in de nieuwere literatuur, dikwijls den indruk geven van slappelingen in het werkzame leven. Ook de Johannes-figuur uit dit boek, is behept met een groote dosis levensschuwheid, die hem weinig sympathiek maakt ondanks zijn idealisme.

Friscli en aantrekkelijk is de figuur van Corrie, het onafhankelijke, toomeloos energieke meisje, ondanks haar zeer materialistische streven toch vol zuiver vrouwelijke liefde. Het geeft bevredigüig, dat zij eindelijk slaagt, dat zij ondanks duizenden moeilijkheden, eindelijk een vervallen landhuis kan ombouwen tot een hyper-modern hotel aan den grooten weg bij haar dorp. Nai de afwijzing van Johannes vindt zij haar geluk met diens broer, haar vroegeren speelmakker, minder begaafd, maar bezield door het zelfde ideaal. Hun gelukkig huwelijk ontneemt aan hun leven den al te materialistischen tendens eenigszins. Toch is de schrijfster het minst geslaagd met de teekening van Corrie's levensloop. Nooit toch zou zij uit eigen krachten haar doel bereikt hebben. Even lijkt het, alsof de schrijfster hier een anderen „nieuwen weg" beoogt, door de prachlfiguur van de grootmoeder, wier geestelijk leven, meer aangeduid dan beschreven, haar boven het jachtig leven met zijn op- en ondergangen, uitheft. Haar invloed op Corrie is geestelijk zeer geringt deze gaat haar eigen weg en slaagt tenslotte alleen door de erfenis van een rijken oom uit Indiè.

Deze oplossing verlaagt Corrie's slagen tot oen ; gp.woon, alledaagsch geval van succes in het leven. | De slot-pagina, waarin de schrijfster ineens Corrie | ook den weg laat gaan, dien Grootje en Johannes i trok, den weg die naar omhoog voert, boven het harde vechten om een goed bestaan uit, is meer een verrassing voor den lezer, dan ©en noodzakelijk gevolg van het verhaal. Nergens heeft zij getoond, dat haar hart „brandende was in haar" naar een hooger ideaal. Zij is slechts geslaagd in haar streven, ondanks zich zelf en haar weg wordt als belangrijker geteekend dan die der anderen, die omkwamen of wegvluchtten naar de zijpaden van het leven. Dit geeft ook aan dit boek weer het cachet van geestelijke armoede. De verkeersweg is van grooter belang, dan „de groote weg", waa'rvan de schrijfster de beteekenis heelt gevoeld^ maar die bij haar geen voorrangsweg is geworden.

Zoo heeft Mevr. Boudier-^Bakker ©en interessant boek geschreven, waarin zekere problemen van het moderne leven goed beschreven zijn, maar dat in geestelijk opzicht te kort schiet. Het hoogere) ideaal wordt belichaamd in een oude vrouw, door het rustelooze, zakelijke leven van haar plaats gedrukt en een dweependen jongen, die zijn roeping ve'rvult aan den zijweg, alsof er op den grooten weg geen plaats vooir was. Dat is het teleurstellende in dit overigens mooie boek.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 24 november 1939

De Reformatie | 8 Pagina's

LITERATUUR EN KUNST

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 24 november 1939

De Reformatie | 8 Pagina's