GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Buitenland.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Buitenland.

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

Engeland. Strijd over de kerkelijke inzegening van prins Oscar van Zweden.

Den rsden Maart werd te Bournemouth in het Zuiden van Engeland het huwelijk van prins Oscar van Zweden met Ebba Munck gesloten Bournemouth is reeds langen tyd een geliefkoosde verblijfplaats van de koningin van Zweden, die er ook dit jaar den winter doorbracht. Daaraan is het te danken, dat het huwelijk van den prins (een morganatisch) aldaar gesloten is, daar de étiquette niet medebracht, dat in Zweden deze plechtigheid plaats had Zij werd voltrokken door den Zweedschen hofprediker Reskow, naar Zweed-{ schen, ritus en in de Zweedsche taal. En nu zou men denken, dat deze zaak nauwelijks waardig is om er de aandacht op te vestigen, doch de gevolgen, die zij gehad heeft, kenmerken te zeer de Engelsche kerkelijke toestanden, dan dat wij er geheel over mogen zwijgen.

Bournemouth ligt in de diocese van Wineheaier en daar de koningin haar zoon in een kerk wilde laten trouwen en niet in haar salons, verzucht zij den bisschop om de kerk van Bournemouth daarvoor te mogen gebruiken. De bisschop schoof de zaak op den aartsbisschop, de a rtsbisschop op den vicarius-generaal, die eindelijk, besliste, dat het huwelijk in de St. Stephankerk van B. kon bevestigd worden, omdat die nog niet geheel voltooide kerk nog niet gewijd was, dus wettig nog niet als eene »kerk" kon beschouwd worden.

De Episcopale heeren hielden dus het trouwen volgens Zweedschen ritus, niet voor een kerkelijke handeling, maar voor een particuliere zaak. Maar daarna brak er een storm los.

Te Bournemouth vindt men een schoolmeester, Eev. Brackenbury, redacteur van de Sangen School, en het was jammer, dat noch de koningin noch de aartsbisschop hem eerst naar zijn gevoelen gevraagd hadden, voordat zij eenigen stap deden.

Deze gaf toch een brief in 't licht, waarin hij den bisschop beschuldigde, dat hij eene kerk, die wel niet formeel, maar toch door de bediening der Sacramenten genoegzaam gewijd was, had laten ontwijden.door een Luthersche godsdienstoefening. De bisschop antwoordde, met hem te wijzen op het onvoegzame, dat er in zijn interpellatie gelegen lag; doch ten slotte concentreerde hij zijne verdediging op één punt en wel het volgende: Ware prins Oscar een Duitsche prins geweest, dan zou hij zijne toestemming niet gemakkelijk gegeven hebben, maar de Zweden hebben bisschoppen en dit deed alles af. »De bisschoppelijke successie had wel een zwak lid, " scnreef de bisschop, »maar die vindt men in alle kerken, zelfs bij de Roomschen. De Zweedsche kerk belijdt verder de drie Oekuraenische symbolen, heeft de drie Sacramenten, drijft geen kettersche leer; daarom moest de Engelsche kerk haar de broederhand toereiken. Brackenbury antwoordde, dat, wat met zijne goedkeuring geschied was, in vele kringen bezorgdheid zou verwekken, waartegen de bisschop weer opmerkte, dat die kring zeer klein zou zijn.

De strijd tusschen die twee mannen werd echter in de kerkelijke bladen voortgezet en er was schier geen orgaan, of het koos vóór of tegen den bisschop partij. De „Dissenters" keurden zoowel de houding van den meester als van den bisschop af. Bisschop Jenner betoogde, dat de bisschoppelijke successie in Zweden niets te beteekenen had; waarschijnlijk was Peter - Manson in 1524 in 't geheel niet gewijd. Jenner zou tevreden zijn, als men maar kon aantoonen, dat hij zijne wijding van uit Rome ontvangen had, gelijk sommigen vermoedden, doch hij betwijfelde het. Bovendien, zeide hij, beteekende de wijding

sschop in Zweden eigenlijk niets; het ..13 slechts eene inleiding tot het ambt, niet eene mededeeling van een bisschoppelijk karakter. Ook betoogde hij, dat men in Zweden geen eigenlijke priesters heeft, maar enkel predikanten, enz. enz, Jenner toonde naar zijne meening glashelder aan, dat de Episcopale kerk niets gemeen heeft met de Zweedsch-Luthersche staatskerk.

Twee Anglikaansche geestelijken zijn bij opdracht van den aartsbisschop naar Armenië gereisd, om aldaar met de Nestorianen kerkelijke gemeenschap te zoeken. Niet lang geleden werd een bisschop der Grieksche kerk in Londen volkomen als broeder behandeld, ja was hij tegenwoordig bij de wijding van een bisschop der Anglikaansche kerk. Ook beschouwt men de oud-Katholieken als broeders, maar noch van Lutherschen, noch van Gereformeerden wil men iets weten.

In bovenvermelden strijd werd nog eene uiting van Dr. Pusey aangehaald, waarin hij den paus de broederband bood en de besluiten van het concilie van Trente wilde aanvaarden, wanneer deze slechts zijn aanspraak op de suprematie over de kerk van Engeland wilde laten varen.

Uit den strijd, die over het huwelijk van prins Oscar is voortgevloeid, blijkt opnieuw, hoe de Episcopale kerk steeds meer op Roomsche paden door hare voornaamste ambtsdragers geleid wordt. Schenen nu maar de vrije kerken der Dissenters als lichten op een hoogen berg! Doch uit zooveel en vooral uit den strijd, door Spurgeons optreden uitgelokt, is te zien, dat ook in den boezem der vrije kerken zooveel is ingeslopen, dat kerkverwoestend werkte, dat een ingrijpende reformatie noodig zal zijn, voordat zij waarlijk tot zegen zullen kunnen wezen voor het Engelsche volk. Hoe zouden wij den Heere lof moeten brengen, indien Spurgeons worsteling de dageraad was van betere dagen!

Uit onze berichten omtrent den voortgang der Romaniseerende richting in de Engelsche staatskerk zouden wellicht sommigen onzer lezers de gevolgtrekking maken, dat de Roomsche kerk in Engeland in de laatste jaren aanzienlijk aan leden gewonnen heeft. Doch dit is niet aldus. Wel zijn er oogenblikken in de laatste veertig jaren geweest, waarin een menigte nieuwe leden Rome in de armen gevoerd werd, gelijk geschiedde toen de Oxfordsche beweging aan duizenden een stoot gaf om te begeeren in de Roomsche kerk te worden opgenomen. Ook zijn er zeer velen geweest, die uit Ierland naar Engeland verhuisden, waardoor het zielental der Roomsche kerk aanmerkelijk steeg; men zegt zelfs, dat daardoor een millioen Roomschen in Engeland werden overgeplant.

Doch overigens is het een feit, dat de Roomsche kerk steeds vermindert.

Ter staving van deze bewering haalt de Quarterly Review de lijsten aan, welke in 1878 van Roomsche zijde uitgegeven zijn, van hen die sedert het begin dezer eeuw tot de Roomsche kerk overgingen. Daaruit blijkt dat tot 1878 334 predikanten en 1481 gemeenteleden van beiderlei kunne tot de Roomsche kerk zijn overgegaan. Niet te ontkennen is het echter, dat de meeste overgangen in de hoogere standen plaats hadden. Toch is het cijfer tot 1887, dat op 1900 geschat wordt, zeer gering, als men in aanmerking neemt, dat een priesterschaar van 2671 alles in het werk gesteld heeft om proselieten te maken.

Uit de staatsregisters van gesloten huwelijken blijkt, dat sedert 1850 nooit meer dan 3 pet der echtverbintenissen plaats hadden tusschen Roomschen; in 1885 was het slechts 4, 13 pet. Als men naar die cijfers de bevolking berekent, dan vormden de Roomschen vóór 50 jaren een derde deel der bevolking, terwijl zij tegenwoordig nog maar een zevende deel van de Engelsche natie uitmaken.

Het orgaan derjezuiten 7/ie Monih heiekende het getal Roomschen in Engeland en Wales in 1841 op 800, 000 zielen. Sedert is de bevolking met 60 pet. vermeerderd, zoodat er nu op dit oogenblik 2, 290, 000 Roomschen moesten zijn. Wel bedraagt dit cijfer thans 2, 290, 000; doch als men aanneemt, dat een millioen Roomsche Ieren naar Engeland overstaken, dan is de Roomsche bevolking sterk afgenomen.

Deze vermindering geven dan ook Roomsche bladen als TAeMoniAends Tadlet grif toe. Maar nu is de vraag, aan welke kerk verliest Rome hare leden? De Roomsche bladen aeggen eenstemmig: »Aan de Engelsche staatskerk." Waaraan is dit toe te schrijven? Ons dunkt, dat het wel te verklaren is. De bekwaamste proselietenmakers voor de Roomsche kerk waren steeds Episcopale predikanten, die tot de Roomsche kerk waren overgegaan; liet men lieden uit het buitenland voor Rome werven, dan was het gemeenlijk zonder het minste gevolg. Doch in de laatste jaren hebben er als het ware geen overgangen van predikanten tot de Roomsche kerk meer plaats; en zoo is het corps proselietenmakers aan het uitsterven. Maar waaraan is dit wederom toe te schrijven ? De Roomsche bladen geven het antwoord, en de Engelsche ritualistische bladen herhalen het met zekere zelfvoldoening: »Er treden geen Engelsche geestelijken meer tot de Roomsche kerk o\er, wijl zij in den schoot van hare eigene kerk alles vinden, wat zij in Rome vroeger bewonderden ; met andere woorden, omdat de Engelsche kerk zelve meer en meer Roomsch wordt gemaakt."

Wanneer dit proces geleidelijk dliffi voortgaan, dan kan het einde niet anders zijn, dan dat ten slotte de groote massa tot de Roomsche kerk overgaat. Mocht dit echter verhinderd worden doordat de Heere mannen verwekt, die het Engelsche volk in leer en kerkregeering weten terug te leiden tot het groote beginsel van de souvereiniteit Gods, dan valt de Engelsche staatskerk en wordt althans niet meer op kosten van het algemeen de propaganda voor de Roomsche beginselen gedreven. Dan wordt wederom het zuivere Woord Gods op den kandelaar geplaatst, hetgeen, nu helaas, maar al te veel onder de korenmaat gehouden wordt. Zou Spurgeons optreden de profetie mogen heeten van betere dagen voor het Engelsche volk ? Er is, naar wij hopen, een ster der hope voor Engeland opgegaan door het breken van dien machtigen prediker met de kerkgemeenschap, waarin het ongeloof openlijk geduld wordt. Opmerkelijk is het, dat zijne tegenstanders Spurgeon er een verwijt van maken, dat hij zijne leerlingen, die hij opleidt voor het predikambt in de Baptistische kerken, als leerboek het werkje van Elisa Coles, over »de Souvereiniteit Gods", ook in het Nederduitsch vertaald en ten onzent zoo gunstig bij alle liefhebbers der waarheid bekend, in handen heeft gegeven. Zijne tegenstanders toonen althans te gevoelen waarom het gaat en waarover Spurgeon den strijd heeft aangebonden.

De Heere stelle hem verder nog tot een rijken zegen, niet alleen voor de Baptisten, , maar ook voor geheel Engeland!

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 29 april 1888

De Heraut | 4 Pagina's

Buitenland.

Bekijk de hele uitgave van zondag 29 april 1888

De Heraut | 4 Pagina's