GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Marteldood van Francois Rochette.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Marteldood van Francois Rochette.

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

Het was het jaar 1760. Nog immer wilde de Fransche regeering de kerk des Heeren niet erkennen. Zij was gehecht aan het pausdom, dat met de pretensie optrad des Heeren kerk te zijn, maar tegen de kerke Gods zelve, welke in het begin der i6e eeuw tot reformatie gekomen was, zeer gekant was. Nog altijd stroomde het bloed der martelaren van die kerk, al geschiedde dit niet zoo veelvuldig meer als in het begin der 18e eeuw, toen Lode wijk XIV nog regeerde en Lodewijk XV de voetstappen zijns vaders drukte. Een dier martelaren is de predikant, wiens naam wij hierboven schreven. Den 29en Januari 1760 was voor Rochette een gewichtige dag geworden, want toen was hij tol de bediening des Woords bij de gemeente van Christus in Frankrijk ingeleid. Lang geen gemakkelijke taak! Te Lausanne (in Zwitserland), waar hij zijn theologische studiën voleindigd had, was het vrij wat rustiger voor hem geweest. Maar toch niet zoo rustig als voor andere studenten, dien een arbeidsveld in Zwitserland zelf of in Duitschland wachtte. Immers stond het hem klaar voor oogen, dat hij naar Frankrijk zou moeten gaan, zoo dra zijne studiën afgeloopen zouden zijn en daar wachtte hem vervolging, misschien ook dood. Wie zal ons zeggen, hoe vaak daar in zijne ziele strijd is geweest, juist met het oog op zijn gevaarlijke roeping. Wie weet, hoe dikwijls hij zichzelven afgevraagd heeft, of hij de vervol­ ging niet mocht ontloopen. Elders kon hij evengoed de kerke Gods behulpzaam zijn. Maar neen, de nood was hem opgelegd, en toen hij gereed was met zijne studie, vroeg hij der Gereformeerde kerk van Frankrijk, of zij hem wilde toelaten tot de bediening des Woords in haar midden. Welk een moed! De kerk van Frankrijk was in die dagen een kerk der woestijn in den vollen zin des woords. Kerkelijke en staatsmachten hadden zich samen verbonden tot uitroeiing van Christus' kerk. De bijeenkomsten der gemeente werden, als men wist waar ze gehouden werden, verstoord, de geloovigen verstrooid, de leeraars en leiders gegrepen en gedood. In dezen arbeid ingaande, moest Rochette zich voorstellen, dat de dood hem steeds op de hielen zitten en spoedig uit den kring zijns arbeids, zijner vrienden, zijns huisgezins zou kunnen wegnemen. De gemeente, waar hij zijn dienstwerk begon, was Agenais. Nog in datzelfde jaar woonde hij ook een provmciale Synode van Languedoc en in het volgende jaar een andere bij. Zijn godsvrucht, kundigheden en beleid waren bij de verschillende kerken spoedig bekend, zoodat men hem overal bad, om over te komen en te helpen. Nog slechts een jaar was Rochette in zijn eerste gemeente geweest, toen hij naar de geroeenten in het Mont-Albaneesche werd geroepen. Deze roeping moest hg aannemen. Ontzaglijk vele werden nu de werkzaamheden van Rochette. In niet minder dan 25 gemeenten moest hij niet alleen prediken, maar ook kranken bezoeken, catechiseeren, huwelijken inzegenen, kinderen doopen enz. Geen wonder, dat zoo zware last zijne s; ezondheid benadeelde en verplichtte naar Montauban te gaan, teneinde de baden van St. Antonin te gebruiken. Toentertijd hoorde men - tenminste in die streken - weinig van vervolging. De vervolgers schenen te slapen; de regeering scheen van gedragslijn veranderd.

De predikant Rochette scheen gerust te kunnen zijn. Op zijn weg naar Montauban kwam hij in de nabijheid van een klein plaatsje, Caussade geheeten. Daar kreeg hij het verzoek ergens op het land, niet ver van de stad, een kind te komen doopen. Begeleid door zijn gids trok hij af naar de bestemde plaats. Het was middernacht. Daar bleek, dat de gids niet precies wist, waar men den leeraar wenschte. Deze verzocht toen zijn leidsman naar een anderen hun bedden welbekenden persoon te gaan en dien om voorlichting te vragen. VVala — zoo heette de gids — vond den gewenschten persoon en begaf zich met dezen naar IJs. Rochette, die hen wachtte. Daar ontwaarden zij eenige menschen. Bevreesd van ontdekt te zullen worden, weken ze van den grooten

weg af. Dat was hun ongeluk, want'men had hen gezien en hield hen voor roovers. Terstond werd de wacht, die daar patrouilleerde, ingelicht van hetgeen men gesien had en vermoedde. De beide gidsen werden achternagezeten en aangehouden. De luitenant vroeg hun, waar zjj heen gingen Hadden zij toen slechts waarheid gesproken ! Maar zij logen en zeiden, dat zij naar Montauban gingen en een ruiter wachtten. De wacht kreeg kwaad vermoeden en nam de beide mannen gevangen. Kort daarna ontmoetten zij den ruiter, die niemand anders was dan de predikant Eochette. Op de vraag, waar hij heen ging, gaf deze het ware antwoord, dat hij naar St. Antonin op weg was. Dit versterkte het kwaad vermoeden. De predikant werd met zijn beide gezellen gegrepen en naar

Caussade gevoerd. Nog wist men niet, wie hij was, en had hij toen gezwegen, men had hem weer vrijgelaten. Maar dat achtte Rochette een tekortdoen aan de waar­ heid. Hij beleed dus, dat hij predikant was. De wacht wilde toen haar buit niet meer loslaten. De kerker werd voor hem geopend. Nauwelijks was in Caussade bekend, dat Rochette gevangengenomen was, of de Protestanten smeekten de overheid, den gevangene los te laten. Twee schepenen van het stadje besloten toen alles in het werk te stellen, om den leeraar gelegenheid tot vluchten te geven. Zij brachten hem naar eene plaats, vanwaar hij zou kunnen ontkomen.

Maar Gods raad was anders dan die der menschen. Want nauwelijks was Rochette op de bedoelde plaats, of eenige Rooraschen, door den pastoor aangevoerd, verspreidden het gerucht in de stad en haar grondgebied, dat de Protestanten de wapenen opgevat hadden, om hun leeraar te bevrijden. Als een loopend vuur verspreidde zich dit gerucht en vervulde de anders eerzame Roomsche burgers met schrik. Zij grepen naar de wapenen, renden door de straten en vielen op de Protestanten aan, die ze onderweg ontmoetten. Verscheidene dezer werden mishandeld, anderen naar den kerker gevoerd. Toen stelden de Roomschen binnen en buiten de stad zich niet anders voor, dan dat de Protestanten wrake zochten voor den Bartholomeüsnacht en de Roomschen wilden dooden, De alarmklok werd hier en daar geluid. De Roomschen verzamelden en wapenden zich. Ook de Protestanten waren op tegenweer bedacht. Een burgeroorlog dreigde. Het gelukte de overheid een bloedbad te verhinderen, maar zij liet toch toe, dat de Protestanten mishandeld werden.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 15 december 1889

De Heraut | 4 Pagina's

Marteldood van Francois Rochette.

Bekijk de hele uitgave van zondag 15 december 1889

De Heraut | 4 Pagina's