Buitenland.

Duitschland. Kerkelijke proceduren tegen afw ij kende leeraars.

De Mecklenburgsche predikant. Schmaltz is door het Consistorium uit zijn ambt ontzet, omdat hij heeft uitgesproken, dat de feiten van de geboorte van den Heere Jezus Christus uit eene maagd en van de lichamelijke opstanding van den Christus uit den doode, voor hem niet vast staan. Wel wil hij erkennen, dat God mensch geworden is, maar hij is van oordeel, dat de menschwording van den Christus op eene andere manier kan geschied zijn dan in den Bijbel verhaald wordt. Ook staat het volgens hem vast, dat de Christus in een „geistleiblichen Wesen" nog steeds leeft en werkt, doch twijfelt hij er aan of de Christus in hetzelfde lichaam is opgestaan. Volgens ons heeft het Consistorium volkomen terecht dezen predikant ontzet, omdat leerstukken voor hem onzeker zijn, die in de belijdenis der kerk uitgesproken zijn als boven allen twijfel vast te staan. De ontzette predi kant heeft zich op het Opper „Kirchengericht" beroepen.

De predikant Heijn te Greifswald stond voor een predikantsplaats te Berlijn. Het Brandenburgsche Consistorium heeft echter gemeend dezen predikant om zijn „Taktlosigkeiten" niet te mogen benoemen. Als men weet dat deze leeraar zeide: „Als Jezus uitspreekt: „ulieden is het gegeven de verborgenheden van het Koninkrijk Gods te weten", dan heeft Jezus of deze woorden gesproken, en dan kan men slechts met afschuw aan Hem denken, óf Jezus heeft deze woorden niet gesproken, en dan hebben de Evangelisten de grootheid van Jezus niet begrepen". Op Kerstmis, Paschen of Pinksteren leerde hij, dat men die feesten met stichting kon vieren, al geloofde men hetgeen de Schrift daaromtrent zegt, niet.

Het komt ons voor, dat deze leeraar niet louter om gebrek aan tact moest geweerd wor den. Wel voerde Pastor Heijn tot zijne veront schuldiging aan, dat hij zoo moest optreden gelijk hij deed, om de twjjfelaarS der gemeente weder aan te trekken, doch dit is weder een nieuw bewijs, dat hij niet enkel gebrek aan tact heeft; immers bewijst zijne uitlating, dat hij twijfelt aan de kracht van het zi'ivere Woord Gods.

Eén ding verwondert ons. Als de predikant Heijn niet deugt voor de kerk van Berlijn, is hij dan wel goed vuor de kerk van G, reifsw; ald? Of konit het er niet op aan, wat den menschen in plattelandsgemeenten omtrent God en Zijn dienst geleerd wordt?

N.-Amerika. De Revival in Wales schijnt ook op de Nieuwe wereld over te slaan. De Hope schrijft hierover:

„Piasregens van zegen zullen er rijn" is de belofte bij monde van Ezechiel, en op die be^ lofte mag gepleit worden. Naar luid van vertrouwbare berichten worden er dezer dagen milde stroomen" des Geestes uitgegoten.

Van over zee hoorden wij dat God Zijn volk in het oude Wales en ook in de stad Londen op 't onverwachtst bezocht.

Eenige dagen geleden sehreet een onzer bekenden hoe te Albany, N. Y. onder leiding van de leeraars een vragen naar God was ontstaan, en dat, zonder den bijzonderen dienst van evangelisten, als vrucht op het verkondigde Woord, de gebouwen te klein wareii om de heilbegeerige hoorders te bevatten.

— Verleden week meldden ons de bladen hoe het groote Denver, een echt wereldscbe stad, waaromtrent de plaatselijke pers schimpend beweerde, dat zij nooit door eenige godsdienstige strooming uit haar eigene bedding kon gelicht worden, met pers en al overgebracht werd in zoo een gansch anderen toestand van godsdienstig leven, als, volgens het getuigenis van de oudste burgers aldaar nooit te voren gekend was.

Rev. G. W. Chapman, D. D., vergaderde de belijders en werkers der zestig gemeenten van die stad en begon met hen dit veld te bearbeiden, de stad in tien districten indeelende.

Op zekeren Vrijdag werd, in die zestig ge meenten onder leiding harer eigene leeraars, biduur gehouden en daarop scheen het vuur zoó allerwegen uit te breken, dat de stad weldra als in lichte laaie stond.

De groolste gehoorzalen der plaats, de eerste Baptisten kerk, het opera huis en de Coliseum zaal, waren te klein. Vijf honderd handelshuizen werden dagelijks twee uren gesloten om allen, patroons en bedienden, vrij af te geven. Eigener beweging sloot de burgemeester de stads kantoren. De publieke scholen werden gesloten om de kinderen gelegenheid te geven de mee tings bij te wonen.

Naar het getuigenis van hen, wie we mogen gelooven, werd in geen tijden ergens een gansche stad zoo bewogen.

Een lauw christen werd bekeerd, de nood werd door leeraars gevoeld, de verlevendiging begon bij de belijders, onverschilligen, halfslachtigen, onjeloovigen en vijandige tegenstanders hébben Jezus Chr'stus openlijk beleden. Uit eenen mond zegt men dat dit machtig en diep ingrijpend werk der genade een antwoord was op het vereenigd gebod van Gods volk in die Westersche stad.

— En nu vernemen wij dat Schenectady, N. Y., eene stad alwaar onze Ger. Kerk vier gemeenten telt met een negenhonderd huisgezin nen, ook bedropen werd met piasregens van zegen. Aldaar kwam die zegen, als de regen, van den Vader die in de hemelen is. Zij kwam vrijelijk van boven als droppelen, die een wachtend aardtijk verrassen Eenige leeraars hielden met elkander biduur en verzochten een hunner, Rev. G. R. Lunn van de iste Ger. gem. aldaar, in eene week daartoe afgezonderd, een reeks predikaties te geven.

De verkondiging van het Woord werd gezegend.

Eer de week ten einde was, kon het groote kerkgebouw de belangstellenden niet meer bevatten.

Zoo werden andere gemeenten geroerd, en eer men wist, waren negentien gemeenten bezig in het gezegend werk van stelselmatig huisbezoek en persoonlijke bearbeiding van zielen, de heele stad door.

Het verslag „Eene stad ingenomen voor Christus" wordt door onzen Ds. Talmage van die stad aldus besloten:

„Deze reeks van gezegende meetings liggen nog niet helder genoeg in 't verschiet, haar indrukken zijn nog te versch en te overweldigend, om alles in orde en naar waarde te kunnen stellen. Wij kunnen den eindelijken uitslag niet bij getallen berekenen. De dagen en gelegenheden die op handen zijn, zullen blijk geven van wat God onder ons wrocht."

Het verdient opmerking dat in elk een van deze verlevendigingen het volgende in 't oog springt: —

Allereerst vond men een kring van vromen in den gebede vereenigd.

Dan maakten de plaatselijke leeraars, door den nood des volks begaan, zich op en lieten zich gezamenlijk vinden voor het werk Gods.

Voorts z; gende de H. Geest het gepredikte Woord.

En, waar het waaien van dien wind de toppen der boomen deed ruischen, was men vaardig om te doen wat de hand vond.

Waar de Heere begon te werken, waren Zijne medewerkers gereed tot alle goed woord en werk.

Men begreep wat de benaming genademiddelen beteekende.

Dus werd geen revival opgewerkt, maar neergezonden en aanvaard."

Mocht het blijken dat hier blijvende zegen nederdaalde.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Terug naar resultaten Printen