GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Zonde en recht - pagina 42

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Zonde en recht - pagina 42

Rede, gehouden bij het overdragen van het rectoraat der Vrije Universiteit

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

36 en ziet het was zeer goed." Er was vlek noch kreukel, geen misstand en geen botsing. Ware het zonder zonde tot een uitspreken van Gods ordeningen gekomen, het zou geweest zijn volkomen adaequaat, zonder eenige feil. De afstand, die thans tusschen recht en wet, het Goddelijk en het menschelijk recht bestaat, is, evenals de behoefte aan zulk eene formuleering, uitsluitend door de zonde. De wet bedoelt Gods recht uit te spreken. In beginsel mag daarom geen tusschenruimte worden gedoogd. Waar het oog die ontdekt, mag niet worden gerust eer naar het bewustzijn de eenheid is hersteld. Eene onjuiste wet is eene valsche leer; eene leugenprediking, die Gods woorden steelt uit het hart der menschen (Jer. XXIII: 30). Gods eer is met de rechtsorde onder menschen gemoeid. Ook in het recht gaat het om de waarheid Gods. Daarin ligt de hooge adel onzer wetenschap. In beginsel mag geene scheiding tusschen recht en wet, tusschen Goddelijke bepaling en menschelijke uitdrukking, worden toegelaten. Toch volgt daaruit niet, gelijk maar al te vaak is beweerd, en ook door de physiocraten verdedigd, dat ieder mensch bevoegd is, ja verplicht, elke wet, die naar zijne schatting, van de Goddelijke orde afwijkt, ter zijde te zetten; te doen als ware zij niet. Wij hebben den val te aanvaarden. Onmiddellijk naar Gods ordening te leven, is de hooge gunst geweest, waartoe de mensch eenmaal was geroepen. Nu hij moedwillig aan God zich onttrok, dient hij de gevolgen voorzoover die door de verlossing niet zijn opgeheven, te dragen. En daartoe behoort ook dit, dat hij thans is onderworpen aan menschelijke ordeningen, die wel slechts uitdrukking van Gods wil moeten zijn, maar door de zonde daaraan nooit volkomen kunnen beantwoorden. Het recht de ordening Gods. Het geheele recht. Daarmee is ook het antwoord op de strijdvraag gegeven, of ook de Overheid aan de wetten onderworpen is. In de scheiding toen door absolutisten en hunne tegenstanders erkend, ligt de oplossing van het geschil. Voorzoover het recht hooger dan menschelijken oorsprong heeft, zoo werd beiderzijds toegestemd, bindt het ook den Souverein. Welnu, dan is er ook geen deel, waarin zij boven het recht zoude staan. Wat voor de eene

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van maandag 21 oktober 1895

Rectorale redes | 100 Pagina's

Zonde en recht - pagina 42

Bekijk de hele uitgave van maandag 21 oktober 1895

Rectorale redes | 100 Pagina's