GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Beginsel en norm in de literatuur - pagina 17

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Beginsel en norm in de literatuur - pagina 17

Rede bij de overdracht van het rectoraat aan de Vrije Universiteit

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

13 wetenschap en kunst. Zij sluiten elkander geenszins uit; het is mogelijk dat beide in éénen mensch gevonden worden; ik noem slechts een LESSING en een BILDERDIJK. De gave van den man van wetenschap en wijsbegeerte, den denker, is de gewoon-menschelijke gave van het denken, maar in bijzondere mate en rijke ontwikkeling toebedeeld. Zoo is ook het talent of het genie van den dichter niets anders dan de hoogere potentie van gewoon-menschelijke function van den geest. Beide gaven, die van den denker en die van den dichter, zijn, bij alle verschil, toch nauw verwant, zooals de functiën der ziel, waarin zij hunnen grond hebben, het verstand en de phantasie, in hunnen wortel eng verbonden zijn. Wat-wij als gave van het verstand scherpzinnigheid noemen, heeft zijn analogon op het gebied der phantasie. De scherpzinnige merkt scherp en snel verschil of overeenstemming in voorstellingen en begrippen, in alle logische verhoudingen. Grooter wordt de gave, wanneer de geest gemakkelijk van de eene verhouding tot de andere daaronder liggende, van gevolg tot oorzaak doordringt, en telkens naar diepere gronden zoekt. In de wereld der aanschouwing, van het gevoel en de emotie, scherp en snel verschil en overeenkomst te zien, de werking van de dingen en de gebeurtenissen op zijn ziel snel en diep te gevoelen, dat gevoel vast te houden en in daarmede overeenkomende beeldrijke en plastische taal weer te geven, is de groote gave van den dichter. Dat ons zien niet passief is: indrukken ontvangen, maar actief: het reageeren van de ziel op ontvangen indrukken, dat daarin het eigenlijke zien bestaat, is eene waarheid, welke voor hem, die op zich zelven acht geeft, geen bewijs behoeft. Het zinnelijke zien is voor den dichter meer aanleiding dan oorzaak van zijne emotie. Er is een hooger zien, een innerlijk, geestelijk aanschouwen. MiLTON was blind, toen hij het Paradijs en Christus' uittocht ten strijde tegen Satan zoo onnavolgbaar schoon beschreef. Nooit, nooit kunnen we ons in dit leven genoeg doordringen van de waarheid, dat ons zinnelijk zien eene nabeelding is, dat Hij die het oog geformeerd heeft, aanschouwt, die het oor geplant heeft, hoort, zonder oog en zonder oor. Van dat goddelijke geestelijk-zien is, naar menschelijken maatstaf, de gave ook aan des menschen ziel gegeven, in zeer hooge

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van maandag 28 oktober 1901

Rectorale redes | 46 Pagina's

Beginsel en norm in de literatuur - pagina 17

Bekijk de hele uitgave van maandag 28 oktober 1901

Rectorale redes | 46 Pagina's