GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

De taak der Natuurwetenscbap.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De taak der Natuurwetenscbap.

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

V.

Terug tot die natuur

Natuur en kuituur zijti biegrippen, die in het miodeme leven mieier en mteer tegemovei^ eltdalnder zijn komen te staan, inplaats vajn ©en ©enheidi te vormen als natuurlijlk© kuituur.

De kuituur heeft zich van 'é& natuur vervreemd. Nieit alleen de kültuur in de steden, de mechanische samenleving in fabriek en kaatoor met ^rjh ^renzelooze troosteloosheid rm. doode gelijkvormigheid, niet alleen de kuituur in d©n, voim van verdwaasd mode-gedoe, van verstetlen zinlooze vormen ein ge^woonten, van kleinnioedige genotzucht, van macjitelooze kunst, van troebel© wetenschap, van, zelfzuchtigen pfl, Ttij^trijidii niet alleen in de stadjes en dorpen met suffe sleur en afmattend nietedoeni met bediacht© zorgen en vermoonde emoities. De kuituur zelf, in haar eigen wezfen, in haar jeigen dirij-fkracht, zooate deze leeft en welrkt in de ziel van den mensch hgt gevanigeïi in een waraet, da; t zij zichzelf beeft gemaakt. Vervreemd van de natuur niet alleen geldacht , ate dj© natuur buiten ons, als plaint en dier, als water ©n lucht, maar natuur ook als di© frissdi© primaire' ontroeringen, lemioties, waaridieeringen van ons iïmerlijk zielsbestaan, die w'i| ons ontwend hebben te beluisteren.

Denken wijf een oogenblik aan ons' - leven, aan ons denken van eiken dag, denlcen wij' aan het net, dat ons gevanjgieri houdt, aaöi de sluier, waarmede wij' onszelf het uitzicht en inzicht der werkelijkheid, der natuur bebiben ontnomen, aan het gekunstelde, 'zielfhtedacbte, zelfgemaakte van alles in ons en om ons eni noemen wij dan het woord: natuur. Noem' het in een oiogenblik' van stilte, met dten Mik naar lucht en veld of starend op bet Mankte brood! ppi uwi bord, noem het in u zelf in dte eenzaanihead of in eten gezelschap. Roep het woo^rd „natuur", eenmaal, tweemaal, driemaal dtesnoQids en ©en mystiektei kracht begint zich in uw hart te' ; !'oe!rien, ©en aanziwellende.warmte doorstraalt u, vreemd, nieuw en toch bekend als bij een vluchtig wederzien na langen tijd.

Terug tot dtei naituur! Het is de Schrift, het is Gold, die het ons toeroeipt. Niet in den zin van het naturalismie, alsof dö natuur onze moedej: , onze leerm'oestei^es, ons voorbeeld' moiest zijn, alsof de natuur het wax© het goe'di© en h'et ^ohoone zou verbeelden, alsof die natuur God zou We^en, niaatu terug tot dl© natuur, tot een gehouwen der weiktehjfcheid. Diat leert dei Schrift ia haar overweldigende realiteitszin, dat l©eren ons de oude .profeten, dat leert ons Christus. Wierkelijkhieid'szin... natuur buiten en binnen ons 'kennen, waari(feeren, beoordeelen naar den mlaaltstaf van Gods Woord en fliaairnaar leven.

De wetenfechap, als bet bleschouWende leven heeft tot taak' alleen heit eerste, namelijk 'htet weten, het kennen. En voor haaï en met name voor db natuurwetenschap geldt wel in de eerste plaats 'de eisch: terug tot da natuur...

Wanneer men spree!k!t met eenvoudige mensöhen van het land' en hen iets vertelt o^mtrent de moderne wetenschappeÜjfce tbeoriën, bijv. omlLrent het materialisme, êan voelt men aan hun onuitgesproken gedachte, aan bewustzijh yan een volkomen klaar-Mijkelijkheid der onjuistheid , van zulkte beschouwingen, eerst recht, hoe de natuurwetenschapj.zich van de natuur heeft vervreemd. '

Bij de oorzaifcen van dit ernstig© verschijiistei zal ik niet te lang stilstaan. .Schoo'lsohe methcïdten, verdorde begripSformuleering, streven naar eenvoudig© en alles verklarende hypothesen, zöeke[n naar het t'oO'verwoord en de machtispïeuk moge ertoe hebben bij, ^dragen, de .dieptete grond is jde scheiding tusS'chen natuur als werkelijkheid en wetens chajy als werkzaamheid, 4oor het menschelijk denken over het wezen van onze kennis zelf voltrokken.

Het is, zo'oais een nog onbektenld' Duitsche schrijver. Peter Wust, het zO'Oi treffend' uitdrukt, de „erdrücfcende Au'üoritat Eants", die elk© gezonde ontwikkeling van natuur-kennen heeft verlamid, die oiok een „ Aulerstehung dier Metaphysik" onmogelijk heeft gemaakt.

Het menschelijk denken, buiten bet geloof in die harmonie van denken en zijn , om', beeft zijn eigen vonnis geveld en is biezig heitj te' voltrekken. Het beeft alleen uitgaande van den mtensch geen wereld kunnen vinden, dan zijh eigen gewaarwordingen geen orde dan zijn bfedachtej geen werkelijkheiid'i, alleen schijki.

Wat Eant als dwingende gevolgtrekking in 4j!n scherpizinnigheüd formuleende: gee'n wijlsblegieie'rti© nïalar wijlsgeerig dienk'en is de l? oeping van den wijis'geer, heeft zich herhaiald op, alle .terreinen jdter m'odeme kuituur. Geen weteinsohap^ geen weakel^k bezit, geen weiten, miaar alleen wetenfechappelijlk werken zou die taak van flen na, tuuronderzoeker zijln.

Het gevolg , van deze opvatting bleef niet uit.

Het gevolg , van deze opvatting bleef niet uit. , Doel van het leven en ötreven, dier onderzoekeijs werd] , , werk)en", niet „kennen", Hefde voor Jiet werk, nietk liefdie voor de natuur; werd eisch.

Moet die wetenschap zich dus - weer wenden tot de natuur en afweoiden van de b!eg'rip^constr|u, cities, 'dan sluit dit tevens voor alles 'de taaiki ip. om geen natuurwetenschap! van achter die schtïjïtafel te beoefenen.;

Vooral , ia onze kringen mioge dit wel wordtela overwogen, waar helaa® maar a; l te vetel werkelijkheidszin eti werkelijkheidiss'tudie ontbree'kt en het „bolwerk" van het ChriBtenJd'omi, zooals' pen geestig S'preker mij! - wel wil toeistaan te herhaien> dre'igt slechts: „bolle-werk" te worden.

Men h^ft maar al te vaak n'iet b^eft, dat een overzidit over het terrein dier feitelijkle kennis niet verkreg^i wordt d^oor op eigengemaakte vleugelen in een Ikai'us-vlucht op te stij'gen en zich zwelveride trachten te houdieai boven de fdiölgen. Maar het terrein dert feiten heeft zelf natuurlijke verheffingen van waaruit een grooter of ikleintet deel is te ov©rzien. Deze Txoogten moeten wij' zoeken.

Maar ooiik bij' dieze bezigheid zullen ; Wij ons aan een leiding moetien toevertrouwen. Immers al moge de voorste-lling van een landschap: een verklarend beeld! zijn voor het gezamenlijke wetenschap^materiaal, wij' .dienen toich niet te' vergeten, i^at het terrein der wetenschaJp', ©en geestelijifce we^reld, een globus intellectualis is, - voor de zintuigen niet idirect waameembaail ©n waardoorheen wij' dus geen weg zullen vindien onjder ide leiiding van ons ? ; intuigelijk oog. •, .-i; !^^; :

Zooals die wereïdreizigeï lii het onbekende .land niet zijh weg vin'dlt., gele'id 'door id'è wisselende diingen óm hem. been, maar hiet oog gericht houdt p'P den onverainiderlijikjen sterneHihemel ver boven en buiten hem of zich richt naai-f het kompias, .dat hij met zich draagt, zpo dient ook de or d©rziotekfe!r' der globus intellectualis: zich te richten naar zijh leiid-ster of naar het bletrouwbaalr kompas, dat hierop is gesteljdl i W-i: j^as''

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 4 februari 1921

De Reformatie | 8 Pagina's

De taak der Natuurwetenscbap.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 4 februari 1921

De Reformatie | 8 Pagina's